Multitasken kent grenzen

De do's en dont's van het multitasken op een rijtje. Bijna elk populair televisieprogramma heeft tegenwoordig een tweede scherm: met de iPad op schoot kijken we televisie, ondertussen snel even de mail checkend en natuurlijk houden we op de smartphone ook nog in de gaten wat er op Twitter en Facebook gebeurt. Efficient toch, dat multitasken? Sommigen kunnen het absoluut niet en weten dat ook (maar proberen het toch), terwijl anderen er prat op gaan dat ze goed kunnen multitasken. Toch lees je regelmatig dat ons brein er niet voor gemaakt is. Ook ik denk dat ik er in ieder geval een béétje mee weg kom. Houd ik mezelf echt zo voor de gek? 

Foto: Shai Barzilay (cc)

Wetenschappelijk verantwoord oud worden

ACHTERGROND - Mensen doen de raarste dingen om maar zo lang mogelijk te kunnen leven. Sommigen volgen een hongerdieet, anderen slaan iedere dag een handvol peperdure pillen achterover. Het wetenschappelijk bewijs voor dit soort methodes is echter flinterdun.

Eén manier om het leven te rekken zou zogenaamde “calorische restrictie” (CR) zijn. Al 75 jaar is bekend dat een vermindering van de hoeveelheid calorieën bij ratten en muizen leidt tot een flinke verlenging van de levensduur. Vele wetenschappers hebben zich sindsdien gebogen over het mechanisme hierachter, wat nog steeds niet helemaal ontrafeld is, maar een handjevol mensen hebben de observatie in knaagdieren alvast rechtstreeks vertaald naar hun eigen situatie. Zij zijn ervan overtuigd dat door dagelijks 70% minder calorieën te eten dan aanbevolen, ze lang en gezond oud zullen worden. Er is zelfs een Caloric Restriction Society, die informatie geeft over onderzoek en praktische zaken aan iedereen die geïnteresseerd is in deze levensverlengende methode.

Maar echt gezond is dit natuurlijk niet. Ondervoeding, zoals door CR, kan leiden tot osteoporose, spierafbraak, onvruchtbaarheid en meer ellende. Ook is het nog maar de vraag of de rest van je leven honger lijden opweegt tegen ouder worden, maar dat terzijde. Verontrustender is dat het nog helemaal niet aangetoond is dat CR bij mensen echt tot een langer leven leidt. Dit is ook lastig te onderzoeken. Er is wel een studie gaande met mensen die vrijwillig aan CR doen, maar dit slechts een handjevol mensen. Ook is het lastig te controleren of ze allemaal exact hetzelfde eten en leven (wat bij muizen in een laboratorium veel makkelijker is). Daarnaast raadt de CR Society ook aan om vooral gezond te eten, met veel fruit en vezels. Tegenover een gemiddelde fastfoodliefhebber heb je dan al snel een decennium gewonnen.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Foto: Pieter Schepens (cc)

Genen van varkens kunnen mensen gezonder maken

ACHTERGROND - Mensen en varkens hebben een lange geschiedenis samen. Varkens zijn lang geleden door de mens gedomesticeerd en zijn belangrijke veedieren geworden. Nu blijkt dat de genen van varkens nieuw inzicht kunnen verschaffen in menselijk genoom.

Na twintig jaar is door het internationale Swine Genome Sequencing Consortium het genoom (de complete set genen van een organisme) van een gedomesticeerd varken in kaart gebracht. Het gaat om het gefokte varkensras Duroc (Sus scrofa). Aan het genoom hebben meer dan honderd wetenschappers uit twaalf verschillende landen aan mee gewerkt. Het bijna drie miljard bouwstenen tellende genoom is gepubliceerd in verschillende wetenschappelijke tijdschriften, waaronder Nature.

Professor Martien Groenen, een van de drie onderzoeksleiders van het project en professor van de leerstoelgroep Fokkerij en Genetica aan de Universiteit Wageningen, ziet veel mogelijkheden voor de fokkerij, maar ook voor biomedisch en fundamenteel biologisch onderzoek. Hierbij kun je denken aan het bestuderen van genen die bij mensen mogelijk een rol spelen bij ziektes of het onderzoeken van de onderlinge relatie tussen de genen in een individu.

Goed ruiken, slecht proeven

Varkens wroeten graag met hun neus door de modder. Ze gaan namelijk op hun reukorgaan af als ze op zoek zijn naar voedsel. In het genoom is goed te zien waarom: het varkensras heeft meer dan duizend genen voor reuk, meer dan mensen en honden.

Foto: copyright ok. Gecheckt 06-11-2022

Vertakte meningen voorkomen culturele saaiheid

Er bestaat geen saaie wereldwijde monocultuur en dat is best wel raar, zegt evolutiebioloog Barbara Vreede.

Waar zou de Arabische Lente geweest zijn zonder Facebook? En zou de internet-zeepbel überhaupt wel gevormd zijn zonder menselijke communicatie? Elke vorm van collectief gedrag, van internethypes tot economische problemen of zelfs een volledige revolutie, kan teruggevoerd worden tot de onderlinge interacties tussen mensen. Wij beïnvloeden elkaars meningen en veranderen elkaars gedrag met elke ontmoeting, virtueel of in den lijve. Maar die invloed is niet oneindig: ondanks het feit dat ontwikkelingen als luchtvaart en het internet ervoor zorgen dat er steeds meer contact is tussen mensen in alle uithoeken van de wereld, is de mensheid nog niet verworden tot één saaie, monoculturele samenleving. Dat mag logisch lijken, maar in feite is dit behoorlijk paradoxaal.

Meningen

Stel je voor: met ieder contact dat je hebt, verandert je mening een beetje. Natuurlijk luister je niet naar iedereen: mensen die voor een groot deel dezelfde meningen hebben als jij, zullen jou wellicht kunnen overtuigen in een discussie, maar iemand met een radicaal andere achtergrond en bijbehorende rare ideeën zal bij jou waarschijnlijk niet meer dan ergernis oproepen. Toch zou je je kunnen indenken dat, als er maar genoeg tijd overheen gaat, en er geen geïsoleerde groepen mensen zijn, uiteindelijk iedereen dezelfde set gebruiken en meningen heeft.

In modellen waarin culturele interacties worden nagebootst gebeurt dit dan ook. Op kleine schaal zien we het zelfs om ons heen: denk aan mode, aan hypes, maar ook aan de vorming van economische zeepbellen: grote groepen mensen vertonen hetzelfde (collectieve) gedrag. Maar er lijkt een grens te zijn, want op grotere schaal bestaat er nog een enorme diversiteit, en die lijkt helemaal niet af te nemen. Waar komt die grens vandaan?

Deze paradox is onlangs getackled door Diego Garlaschelli, econofysicus (het wetenschappelijke huwelijk tussen economie en natuurkunde—lang leve de interdisciplinaire vakgebieden!) aan de Universiteit Leiden. Samen met collega’s uit Oxford, Engeland en Siena, Italië, kwam hij erachter wat er ontbrak waardoor de modellen niet strookten met de realiteit. Namelijk: de realiteit.

Het viel de wetenschappers op dat voor eerdere modellen altijd computergegenereerde, random “meningen” waren gebruikt. In plaats daarvan gebruikte het team van Garlaschelli nu eens échte menselijke meningen, uit een daadwerkelijk uitgevoerde multiple choice enquête. Multiple choice gegevens waren handig, want zo konden de onderzoekers afstanden meten tussen de meningen, en zien hoe verschillende combinaties verspreid waren. Dit bleek aanzienlijk te verschillen met de willekeurige meningen die voorheen door computers werden uitgespuugd, en dat verschil bleek de sleutel voor het oplossen van de paradox.

Boom

Garlaschelli en zijn team vergelijken de meningen van mensen met de takken van een boom. Personen met veel overeenkomsten zijn twijgjes dicht naast elkaar, slechts een enkele vertakking van elkaar verwijderd. Hoe meer vertakkingspunten er tussen twee personen zitten, hoe verder hun meningen uit elkaar liggen. Collectief gedrag—stel je een vlammetje voor dat zich verspreidt—kan ontstaan, maar het zet alleen één (hoofd)tak in de fik voor het weer uitsterft, en niet de hele boom tegelijk. Het verschil met de random computermeningen is precies deze metafoor: meningen die helemaal willekeurig zijn clusteren niet tot takken, maar lijken meer op een pluizig stukje wol. Een hype kan zich daardoor razendsnel verspreiden, waardoor de hele baal wol een monocultuur wordt.

We zien het als vanzelfsprekend, maar de boomvorm in onze meningen is extreem belangrijk voor het handhaven van culturele diversiteit. In hun onderzoek manipuleerden Garlaschelli en collega’s van alles, maar niets zorgde ervoor dat de hele boom samensmolt tot één saaie cultuur. Kort gezegd: de manier waarop onze meningen zich tot elkaar verhouden is de reden dat collectieve gedragingen én culturele diversiteit vredig naast elkaar kunnen bestaan.

Sociaal

Een van de manipulaties die de wetenschappers uitvoerden zorgde voor misschien wel het opvallendste resultaat: knoeien met het ‘sociale netwerk’—de verbindingen die er tussen mensen onderling bestaan—bleek nauwelijks effect te hebben. De combinaties van meningen, overtuigingen, etc. die bestaan in een groep mensen hebben dus aanzienlijk meer invloed op het verloop van culturele ontwikkelingen dan de individuele connecties tussen mensen. Met andere woorden: het gaat niet om wie je kent, maar hoe je denkt. Dat is het belangrijkste ingrediënt voor een revolutie: je mening. En gelijkgestemden op een naburige tak.

L Valori, F Picciolo, A Allansdottir, D Garlaschelli (2012): Reconciling long-term cultural diversity and short-term collective social behavior. PNAS 109: 4. 1068-1073 (arXiv) (Pubmed)

foto illustir

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Cybercrime; preventie vs. repressie

<Webwereld column>

Cybercrime en cyberoorlog zijn op dit moment de hippe termen om als overheid extra middelen en mogelijkheden te verwerven. Als men cybercrime kan combineren met de distributie van afbeeldingen van kindermisbruik (ook wel bekend als kinderporno) is het helemaal prijsschieten. Dan mag bijna alles. Wat daarbij vreemd blijft, is dat al die aandacht gaat naar het distribueren van afbeeldingen, terwijl het toch om die kinderen zou moeten gaan. Ik heb nooit helemaal begrepen hoe die kinderen worden beschermd door het filteren op die afbeeldingen.

Bart Schremer gaf afgelopen week in zijn opiniestuk een overzicht van de vragen waar opsporingsinstanties mee zitten. Enerzijds verwacht de samenleving (of liever het mediasysteem) van wetshandhavers dat alle misdaad onmiddellijk en perfect wordt opgelost, en dan liefst ook nog voor een bescheiden budget. Anderzijds willen de meeste Nederlanders nog steeds liever geen politie-staat naar Noord-Koreaans of Amerikaans model.

Maar wat in alle discussies over toelaatbare opsporingsmethoden, (cr)(h)ackende KLPD-ers en crime-fightende politici ontbreekt, is de vraag waarom cybercrime zo enorm gegroeid is. Het feit dat we veel meer en complexere IT gebruiken zal daar zeker aan hebben bijgedragen. Maar een belangrijke andere factor is de enorme digitale ongeletterdheid onder verreweg de meeste burgers en een extreme technische mono-cultuur op de desktop. Afgezien van wat slappe voorlichtingscampagnes doet de overheid er weinig aan burgers echte kennis en volwassenheid bij te brengen.

Als je al wat langer online zit (=langer dan 15 jaar) is het lastig je voor te stellen dat veel internetgebruikers van vandaag helemaal niet weten hoe een URL in elkaar zit. Met de browsers van vandaag is dat ook niet meer zo nodig. Vaak zie ik mensen een naam van een site in Google intikken (die als homepage ingesteld staat) en daarna doorklikken. En dus voert men ook zonder blikken of blozen bankgegevens in op helpdesk.br.ru/ING, of iets dergelijks. Want het logo stond in de mail en het is toch de helpdesk van de ING? Als mensen het verschil zouden snappen tussen een top level domein en de rest van de URL, kunnen ze zelf waarschijnlijk wel bedenken dat hun ING bank niet in Rusland huist.

Een van de belangrijkste oorzaken van het succes van cybercrim is dus de diepe onwetendheid van de meeste computergebruikers. Deze onwetendheid wordt mede veroorzaakt door een onderwijssysteem dat op trucjes traint in plaats van dat het mensen echt inzicht biedt. Het ‘computerrijbewijs’ is gewoon een cursus MS-Windows & MS-Office en geeft geen enkel inzicht in wat een computer doet of hoe netwerken functioneren. Niet dat iedereen tot systeemprogrammeur hoeft te worden opgeleid, maar en set minimale inzichten (zoals het kunnen ‘lezen’ van een URL) zou al veel leed kunnen voorkomen.

Daarnaast blijft de enorme monocultuur van computersystemen een groot probleem dat de overheid nog steeds actief groter maakt. Zo is het in Nederland vrijwel onmogelijk de middelbare school af te maken zonder toegang tot een systeem met MS-Windows en MS-Office. Een school besturen en gefinancierd krijgen is nog veel moeilijker. Studeren aan veel universiteiten is zonder Google-account in hoog tempo onmogelijk aan het worden en voor het functioneren aan andere instellingen is een Facebook-account verplicht.

De Tweede Kamer, horend de beraadslaging, constateerde in 2002 al dat software een cruciale rol speelde in de kennissamenleving, en dat de aanbodzijde van de softwaremarkt op dat moment sterk geconcentreerd was. De Kamer verzocht de regering dan ook zich maximaal in te zetten om hier verbetering in aan te brengen.

Het zijn de eerste zinnen van de Motie Vendrik over de niet-functionerende markt voor desktopsoftware, die al vrij snel buiten beeld zijn geraakt in alle discussies over PDF/A en welk opensource CMS nou het beste is. Maar het ging dus in eerste instantie om een verstoring van de softwaremarkt, niet de interne bedrijfsvoering van middelbare scholen, gemeentes en agentschappen. Die verstoring oplossen is een veel taaiere klus dan ‘iets met open standaarden doen’.

Hoewel steeds meer rekenwerk in mistige wolken gebeurt, verloopt de interactie met die wolken nog steeds voornamelijk via desktop/laptopsystemen. En de markt voor deze systemen is nog vrijwel net zo gemonopoliseerd als in 2002. Diegene die controle heeft over deze desktops, heeft de facto controle over de informatievoorziening van Nederland. Tot nu toe lijken vooral criminelen interesse te hebben in onze desktops. Het desktoplandschap van Nederland is een extreme software mono-cultuur. Deze mono-cultuur maakt ons kwetsbaar, en de afgelopen tien jaar heeft de overheid vrijwel niets gedaan om deze kwetsbaarheid te verlagen.

De rol van IT voor het van seconde tot seconde functioneren van onze samenleving is de afgelopen jaren echter sterk toegenomen. Ziekenhuizen, havens, vliegvelden, scholen, politiebureaus en ambulance dispatchers? Allemaal kunnen ze alleen functioneren met werkende desktop Pc’s. En die Pc’s draaien vaak Windows zonder de laatste updates. Criminelen of buitenlandse cyberlegers die deze systemen kunnen overnemen of uitschakelen hebben onze samenleving in een wurggreep.

Als cybercrime en wellicht cyberoorlog echt zo belangrijk is, zou het logisch zijn als de overheid een begin maakt met computeronderwijs dat ook echt onderwijst, het zo snel mogelijk afbouwen van onze software-mono-cultuur en het reduceren van de hoge afhankelijkheid van buitenlandse dienstverleners. Op deze gebieden echte stappen zetten heeft meer zin dan nog meer macht geven aan een overheids-apparaat dat daardoor steeds meer totalitaire trekjes krijgt, terwijl de competentie ervan terecht nog zeer ter discussie staat.

Update, terwijl ik de column aan het schrijven was maakte een vermoedelijk Russische crimineel mijn punt nog eens even door 100.000 computers te besmetten via een java kwetsbaarheid en een hack van de website nu.nl. Alle besmette system draaiden MS-Windows. Veel meer details in het post-mortum rapport van Fox-IT.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Ongelijkheid doet roesten (4)

Het doet wel iets: ik begin een serie over de spreiding van kennis, macht en inkomen en in de PvdA ontstaat een leiderschapscrisis en een verkiezingsstrijd. Zou het toeval zijn? Ik probeer met deze ideologische schetsen wat voeding te geven aan het debat. Plasterk deed dat met een pleidooi voor nivellering, door verhoging van het hoogste fiscale tarief: dat is een leuke provocatie.

Hoe dan ook: hoe zit het met de verdeling van macht? In een democratie moet die verdeling een zekere evenwichtigheid en gelijkmatigheid hebben. Zo dacht men er ongeveer over in de tijd van Den Uyl. Het was ook de tijd van de “200 van Mertens”. Dat was een voorman van het NKV, een katholieke vakbond, die het thema macht in de samenleving aan de orde stelde.

In 1968 sprak hij: “In Nederland hebben wij in ons economisch bestel te maken met wat ik zou willen noemen een lijnenspel. De gehele economie in ons land is in handen van rond 200 personen. Van een groep mensen die elkaar goed kennen en elkaar frequent ontmoeten in verschillende colleges. Het is een evenzo deskundige, financieel sterke als beangstigende groep.” (“Graven naar Macht, p.11)

Het was een opmerking, die forse deining veroorzaakte in ons land. Niet eerder was de zelfgenoegzame, democratische tevredenheid zo uitgedaagd. Het leidde tot een studieproject van een groep politicologen, die probeerden de stelling te onderzoeken: bestaan die 200 van Mertens? En moet je “graven” naar macht? Ik denk het wel: macht toont zich liever niet. “Verhulling van macht is een belangrijk middel voor het instand houden van macht.” (Graven naar Macht, p.69) De moderne media slagen er soms wel in die verhulling te doorbreken. Levert dat meer gelijkheid op? In de Arabische lente wel, maar de tentjes staan niet meer op het Beursplein.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Ongelijkheid doet roesten (3)

De ongelijkheid van kennis en informatie wordt door Google en Internet opgeheven, zo lijkt het op het eerste gezicht. Maar dat is niet zo. Google maakt een profiel, op basis van je zoekgedrag en levert op basis daarvan een persoonlijk antwoord op je vraag. Is dat een bezwaar? Ja, behoorlijk. Google is geen encyclopedie, met een voor iedereen op dezelfde wijze toegankelijke informatieschat. Daarmee worden mensen in hun (beperkte) kennis en opvattingen gesterkt en de confrontatie met afwijkende inzichten vermeden.De egalitaire samenleving, die de sociaal-democratie dichter bij wil brengen, wordt door Google misschien wel niet bevorderd. Google verkoopt geen informatie, geen resultaat op zoekvragen (want die is gelukkig gratis), maar Google verkoopt jouw aandacht, aan adverteerders.

De crisis in de PvdA geeft mijn greep naar hun slogan “spreiding van kennis, macht en inkomen”, een verrassende actualiteit. Wat mij interesseert is wat de geldigheid van die doelstelling nu is en wat de voortgang geweest is. Anders gezegd: hebben we het nog over de wenselijke verhoudingen in de samenleving?  Cohen gaf een impuls aan het “VanWaarde-project”  van de WBS, een poging om oude waarden te moderniseren. Bij uitblijvend resultaat is dit mijn variant daarop.

In mijn vorige post heb ik gepoogd de inkomensongelijkheid te bekijken. Het kabinet Den Uyl betoogde destijds dat de samenleving door nivellering beter af zou zijn. Onderzoek wijst uit dat daarvoor goede gronden zijn aan te voeren. “Het quotiënt van maximum-  en minimuminkomen moest zo klein mogelijk worden.” Deze elegante formulering is van Roel in ’t Veld. (Zeven jaar Paars, p.175) Inmiddels kijken we daar minder “Rijnlands” naar: het Aglo-Amerikaanse model ziet meer in inkomensverschil. Maar het resultaat lijkt niet goed.  In mijn stuk probeer ik, met moderne onderzoeken en inzichten (Wilkinson en Picket) te bezien of inkomensnivellering ook nu goed  zou kunnen werken. (minder zorg, minder criminaliteit, minder obesitas, hogere levensverwachting.)

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Ongelijkheid doet roesten

Een betere spreiding van kennis, macht en inkomen wilden we vroeger. Maar Joop den Uyl is er niet meer. Volgens Zygmunt Bauman is de situatie paradoxaal: “Nooit waren we zo vrij. Nooit hebben we ons zo machteloos gevoeld.” Daar zit iets in. Nu de SP de grootste partij dreigt te worden, komt de herinnering aan Den Uyl weer boven.

Kent de PvdA nog bevlogen socialisten? Misschien dat Hans Spekman het tij wat kan keren, maar erg positief is het beeld niet, voor traditionele partijen als CDA en PvdA. De VVD en de PVV doen het nog even redelijk, op basis van de neo-liberale winderigheid, maar voor hoe lang? De neo-liberale visie is een mislukking op het economische vlak en sociaal-psychologisch gevaarlijk, dus verandering kan niet uitblijven.

Obama richtte zich in zijn State of the Union bijna exclusief tot de middenklasse in Amerika. Dat is te snappen. Door de combinatie van belastinghaat, afkeer van overheidsuitgaven, stijgende zorgkosten en crisis, komen de middengroepen in Amerika in de knel te zitten. Want zij dragen de gevolgen.

Het is een vreemd schouwspel, ook in Europa: rechts heeft ‘oplossingen’ voor de problemen, maar de gevolgen daarvan komen toch vooral bij Henk en Ingrid terecht. Bezuinigen doen we op de zorg, op de regelingen voor de zwakken en de kwetsbaren, de uitkeringen bij werkeloosheid en invaliditeit. De schulden moeten op orde, maar de beperking van de overheidsuitgaven kost banen. Ook bij ons betalen de middengroepen de prijs voor de crisis. In Engeland worden rellen, gelijkend op die in de Franse voorsteden gezien en Cameron reageert als een neo-liberaal kind van zijn tijd: streng straffen, crimineel gedrag, de zweep er over. “Racaille”zei Sarkozy al.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Registratie octrooien geeft Nederlandse kenniseconomie onterecht hoge positie

De Nederlandse economie zou internationaal hoog scoren op innovatie. Uit het het rapport Octrooitoppers van het Ministerie van Economie, Landbouw & Innovatie blijkt immers dat Nederland een aandeel van 3,6 % in de totale mondiale geoctrooieerde innovatie heeft. Over de negen topsectoren die door de politiek in een bevoorrechte positie worden gemanoeuvreerd ligt dat percentage zelfs nog iets hoger: 4,2%. In de sectoren voeding en high-tech is Nederland een ware wereldkampioen, daar claimt het respectievelijk 8,8 en 4,2% van alle geoctrooieerde innovatie. In Nederland -met haar hoogopgeleide bevolking- worden dus relatief veel ‘slimme dingen’ bedacht die de mensheid vooruit helpen, zou je uit bovenstaande cijfers kunnen concluderen. Of toch niet?

Neen, deze geoctrooieerde innovatie vindt hoofdzakelijk plaats bij multinationals: DSM, Unilever, Philips. Bedrijven met kantoren en laboratoria over de hele wereld. Dat deze octrooien uiteindelijk aan Nederland worden toegeschreven komt omdat het hoofdkantoor van deze multinationals in Nederland staat, iets wat voor Unilever zelfs nog valt te betwisten. Het economie-blog OnzeEconomie maakte een eenvoudig rekensommetje waar het keek naar de geografische verdeling van het personeel bij Nederlandse multinationals over haar buitenlandse vestigingen en kwam tot de conclusie dat maar een beperkt deel van geoctrooieerde innovatie kan worden toegeschreven aan de Nederlandse kenniseconomie. Veel van de Nederlandse octrooien, mogelijk de helft, zijn ‘ not invented here’.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Does nuclear power have a negative learning curve?

‘Forgetting by doing’?
Real escalation in reactor investment costs

Drawing on largely unknown public records, the paper reveals for the first time both absolute as well as yearly and specific reactor costs and their evolution over time. Its most significant finding is that even this most successful nuclear scale-up was characterized by a substantial escalation of real-term construction costs.

Fig. 13. Average and min/max reactor construction costs per year of completion date for US and France versus cumulative capacity completed

We’ve known for a while that the cost of new nuclear power plants in this county have been soaring (see Nuclear power: The price is not right and Exclusive analysis: The staggering cost of new nuclear power).

Before 2007, price estimates of $4000/kw for new U.S. nukes were common, but by October 2007 Moody’s Investors Service report, “New Nuclear Generation in the United States,” concluded, “Moody’s believes the all-in cost of a nuclear generating facility could come in at between $5,000 – $6,000/kw.” That same month, Florida Power and Light, “a leader in nuclear power generation,” presented its detailed cost estimate for new nukes to the Florida Public Service Commission. It concluded that two units totaling 2,200 megawatts would cost from $5,500 to $8,100 per kilowatt — $12 billion to $18 billion total! In 2008, Progress Energy informed state regulators that the twin 1,100-megawatt plants it intended to build in Florida would cost $14 billion, which “triples estimates the utility offered little more than a year ago.” That would be more than $6,400 a kilowatt. (And that didn’t even count the 200-mile $3 billion transmission system utility needs, which would bring the price up to a staggering $7,700 a kilowatt).

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Vorige Volgende