Israël overweegt verbod op filmen van soldaten in actie
De Israëlische regering wil voorkomen dat beelden van misbruik van geweld door het leger de pers bereiken.
De commissie voor wetgeving van het Israelische kabinet heeft onlangs een ontwerp goedgekeurd voor een wet die een verbod inhoudt op het fotograferen van Israelische soldaten bij het uitoefenen van hun functie. Op overtredingen staan meerdere jaren gevangenisstraf.
Over de nieuwe wet wordt echter nog niet gestemd in de Knesset, want procureur generaal Mandelblit heeft bezwaar aangetekend. Hij voerde aan dat de wet mogelijk in strijd is met de Israelische basiswetgeving, die in Israel de functie vervult van grondwet. De ministeriële commissie besloot daarom dat de wet zal worden aangepast en vervolgens nogmaals door de commissie zal worden goedgekeurd.
De aanpassing zal gaan in de richting van het creëren van een parallel tussen het hinderen van een militair bij het uitoefenen van zijn functie en een politiefunctionaris bij het hinderen van zijn/haar functie. Het laatste is al verboden in Israel.
Er is al een een tijdje het nodig te doen over dit nieuwe wetsvoorstel dat is ingediend door het parlementslid Robert Ilatov van Yisrael Beiteinu, de partij van minister van Defensie, Lieberman. Ilatov heeft de wet ingediend om een einde te maken aan de praktijk van organisaties als de mensenrechtenorganisatie B’tselem die een aantal jaren geleden camera’s uitdeelde aan haar medewerkers om misbruik van geweld jegens Palestijnen vast te leggen op video, of een organisatie als Machsom Watch, die al jaren de gang van zaken vastlegt bij de vele Israelische checkpoints in bezet gebied. ”De tijd is gekomen,” volgens Ilatov, ”om een einde te maken al deze wetteloosheid. Het is ondenkbaar dat een linkse activist of een organisatie die door buitenlandse elementen wordt gesteund, ongehinderd Israelische soldaten kan benaderen en vastleggen. We hebben een verantwoordelijkheid om te zorgen dat de soldaten hun taken onder de beste voorwaarden kunnen uitvoeren, en dat ze niet hoeven te vrezen dat de één of andere linkse organisatie hun foto zal rondsturen met de bedoeling ze te beschamen of verdacht te maken.”