Het verhuiscircus, deel 23
Er is weer nieuws van het front van het gevecht om de vergaderplaats van het Europees Parlement. Een nieuw rapport laat zien dat 91% % van de Europarlementariërs en medewerkers van de maandelijkse Straatsburg-vergadering af wil. Eigenlijk zijn de kosten zelf (180 miljoen euro per jaar, 19 miljoen ton CO2) nog niet eens het grootste probleem. Het is de democratie die er onder lijdt, zo valt te lezen.
Straatsburg is duur en slecht bereikbaar. Bekend is dat veel media het zich niet kunnen veroorloven om naar Straatsburg te komen, wat de journalistieke controle verzwakt. Maar ook het parlementaire werk lijdt onder de verhuizingen. Het rapport staat bol van ergernissen: “Na een week Straatsburg ben ik kapot (…) Velen klagen over allergieën, problemen met de stoelgang, stress”, zegt een medewerker. “Ik heb een klote tijd (…) Je verliest een halve dag om er te komen, een halve dag om weer terug te gaan”, zegt een ander.
Europarlementariërs hebben last van de reputatieschade door het verhuiscircus. Burgers weten vaak niets van hun werk, behalve dat er onnodig gereisd en geld verkwist wordt . “Het hangt als een albatros om je nek”, zegt een langzittend parlementslid. Was Straatsburg eerst een symbool van verzoening, het is nu een symbool van verspilling en daarmee een enorm obstakel in de verantwoording van het EP naar de Europese burger.