Hulspas weet het | Mijn robot-arm heeft het gedaan!

Het is de eerste van de drie ‘Wetten van de robotica’,  bedacht door SF-schrijver Isaac Asimov. Een robot mag een mens geen letsel toebrengen (of door niks te doen, toestaan dat een mens letsel oploopt). De tweede wet luidt dat een robot een mens altijd moet gehoorzamen (tenzij de robot daarmee de Eerste Wet schendt). Asimov klinkt logisch, maar in de praktijk zijn deze vaak geciteerde wetten natuurlijk onbruikbaar. Zo wordt een (intelligente) operatierobot hiermee onmogelijk. Want ook al opereert hij tien keer beter dan een mens, letsel zal hij altijd kunnen veroorzaken. En wat dat gehoorzamen aan de mens betreft: daar ga je toch anders over nadenken wanneer een buitenstaander jouw robot (of bionische arm) probeert te commanderen.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Hoe scepsis over menselijk invloed op klimaatverandering verandert in iets gevaarlijkers

LONGREAD - Een uitgebreide analyse in The Guardian over het mogelijk bijeffect van de voortdurende geventileerde scepsis over de menselijke invloed op klimaatverandering:

Doubts about the science are being replaced by doubts about the motives of scientists and their political supporters. Once this kind of cynicism takes hold, is there any hope for the truth?

Foto: Blondinrikard Fröberg (cc)

Status van beroep leraar

ACHTERGROND - Al een aantal jaren publiceert de AOb zeer interessante analyses over de status van het beroep leraar. Robert Sikkes, die naam maakte als onderwijsjournalist, schreef in 2015 nog een prikkelende analyse, met een mooi plaatje van de beroepenstatusladder. Daar laat hij zien dat de status van beroepen als hoogleraar, leraar gymnasium en leraar basisonderwijs sinds 1956 is gedaald.

Ondanks die overtuigende analyse, kan een beleidsmaker een dergelijke publicatie terzijde schuiven, simpelweg omdat de boodschapper een bepaald belang heeft. Een recenter rapport, uitgevoerd onder regie van de NRO door vier wetenschappers, is lastiger te negeren. En veel van de boodschappen van de AOb, komen in dit rapport terug.

In het onderzoek is vanuit diverse invalshoeken gekeken naar de status van het beroep. Naast subjectieve indicatoren, gemeten via enquêtes, is een aantal objectieve maatstaven onderzocht.

klik voor groter beeld

Bron: Cörvers, F., Mommers, A., Van der Ploeg, S. & Sapulete, S. (2017). Status en imago van de leraar in de 21ste eeuw. Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht en Ecorys, Rotterdam

Ook in het recente onderzoek zijn de figuren over de beroepenstatusladder zeer interessant. En de toelichting is op enkele punten behoorlijk hard:

Dat betekent dat lerarenberoepen redelijk wat maatschappelijk aanzien wordt toegedicht maar dat deze beroepen zeker niet tot de top behoren. Vergeleken met de meer klassieke professies als professionals in de gezondheidszorg of juristen (notariaat / advocatuur) staat de leraar in heel wat minder aanzien. De leraar basisonderwijs laat zich eerder vergelijken met een secretaresse, boekhouder of verzekeringsagent en een leraar in de bovenbouw van havo/vwo met een verloskundige of dominee.

Foto: Carissa Rogers (cc)

Financiële geletterdheid jongeren

DATA - Globalisatie en digitalisering hebben financiële diensten en producten toegankelijker gemaakt, maar tegelijkertijd ook complexer. 15-jarigen worden tegenwoordig vaker geconfronteerd met situaties waarin ze moeten beslissen over hun uitgaven, ze moeten oppassen voor fraude, ze moeten weten dat sommige aankopen gekoppeld zijn aan langdurige verplichtingen of dat sommige aanbiedingen te mooi zijn om waar te zijn.

Vlaanderen publiceerde vorige week een eigen landenrapport over financiële geletterdheid onder 15-jarigen: gebaseerd op resultaten uit het PISA2015-onderzoek. Een uitgebreide website gaat in op de resultaten. De publicatie viel samen met het wereldwijde OESO-rapport. Het Nederlandse rapport van de OESO verscheen ook op dezelfde dag. Een vergelijkbaar rapport als in Vlaanderen met een verdere verdieping op het OESO-rapport, kon ik zo snel nog niet vinden.

In Vlaanderen behalen 15-jarigen in PISA2015, net als in PISA2012, een gemiddelde score van 541 punten. Dat is, zowel in PISA2015 als in PISA2012, de hoogste score van de OESO-landen die deelnamen aan financiële geletterdheid in PISA2015.

Het tweede vaardigheidsniveau wordt binnen PISA gezien als het basisniveau dat nodig is om te kunnen functioneren in de maatschappij. 1 op 8 Vlaamse leerlingen haalt dit basisniveau niet en beschikt dus niet over de basisvaardigheden voor financiële geletterdheid. In Nederland haalt 1 op de 5 leerlingen het basisniveau niet.

De 15-jarigen in Vlaanderen hebben een hogere financiële geletterdheid dan de Nederlanders. Waarschijnlijk hangt de hogere financiële geletterdheid samen met de expliciete aandacht die het onderwerp in het curriculum krijgt (via zogenaamde vakoverschrijdende eindtermen, afgekort VOETEN). Het NIBUD is verontrust over de resultaten voor Nederland en pleit ook voor structurele inbedding van het onderwerp in het curriculum.

Ook in andere opzichten is er nog veel te verbeteren: zowel in Vlaanderen als in Nederland. De verschillen tussen autochtonen en leerlingen van buitenlandse afkomst zijn in beide landen veel groter dan het OESO-gemiddelde. Dat lijkt me een serieus probleem – en de vraag is hoe het komt dat de verschillen in andere landen veel kleiner zijn.

klik voor groter beeldBron: Financiële Geletterdheid Bij 15-Jarigen Vlaams Rapport Pisa 2015.

Een manier om alle leerlingen de kans te geven om kennis over de financiële wereld te verwerven, los van de kennis die ze meekrijgen van hun ouders of vrienden, is financiële geletterdheid opnemen in het schoolcurriculum. De school kan op die manier de sociale ongelijkheid verkleinen en een meer genuanceerd beeld scheppen over financiële kwesties dan de berichten die 15-jarigen mee krijgen uit reclame en media. In Vlaanderen werd met de nieuwe VOETEN bewust gekozen om financiële kennis op te nemen in alle curricula.

Via Onderwijs in grafieken.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: thierry ehrmann (cc)

Hoe de parapsychologie de nek werd om gedraaid

RECENSIE - ‘We hebben gewoon geen zin meer in gedonder.’ Aldus decaan Wim Koops van de Utrechtse faculteit Sociale wetenschappen in 2009. Nu zijn faculteiten vanouds broedplaatsen van geroddel, afgunst en kinnesinne – kortom van gedonder, maar waar Koops niets meer mee te maken wilde hebben, was de bijzondere leerstoel voor parapsychologie. Die had een halve eeuw lang alleen maar gedonder gegeven. De vraag is alleen wie daarvoor verantwoordelijk mag worden gehouden.

In ‘Wetenschap van gene zijde’ (de handelsuitgave van haar proefschrift van vorig jaar – een merkwaardige titel overigens) beschrijft Ingrid Kloosterman de geschiedenis van de Nederlandse parapsychologie. Althans, dat is de ondertitel van de handelseditie.

Volgens de inleiding gaat het echter vooral om de vraag ‘hoe we de ontwikkelingsgang van de Nederlandse parapsychologie kunnen begrijpen in relatie tot de ontwikkelingen in de gehele academische psychologie.’ En inderdaad speelt de relatie tussen die twee in het boek de hoofdrol. Maatschappelijke ontwikkelingen worden summier aangestipt; het parapsychologisch onderzoek wordt keurig vermeld maar komt er in wezen bekaaid van af. Lezers op zoek naar spectaculaire verhalen komen dan ook bedrogen uit. In plaats daarvan is er veel aandacht voor de voortdurende strijd rond die ene Utrechtse leerstoel; het ‘gedonder’ van Koops.

Foto: digitalbodies (cc)

De dissidenten in ‘Dat wordt oorlog!’

RECENSIE - Het sociaal experiment in het tv-programma van BNN laat zien hoe gewone mensen door manipulatie en wij-zij-denken worden gedreven tot conflict.

BNN zond in april en mei in vier delen het programma Dat wordt oorlog! uit. In het programma wordt een sociaalpsychologisch experiment uitgevoerd om te laten zien hoe ‘gewone mensen’ zo gemanipuleerd kunnen worden dat ze bereid zijn te strijden (met geweld) tegen een groep mensen die in hun ogen ‘anders’ is.

Het experiment is gebaseerd op het Amerikaanse Robbers Cave Experiment uit 1954, waarin twee groepen van 12-jarige jongens, die dachten dat ze op een zomerkamp waren, tegen elkaar werden opgezet. Onderdeel van het experiment is niet alleen om de rol van groepsdynamiek (in-groep versus uit-groep, wij-zij-denken) in het ontstaan van een conflict te onderzoeken, maar ook om te kijken wat er nodig is om de groepen tot verzoening te laten komen.

Strijden om eten

De twaalf deelnemers (18-30 jaar) in Dat wordt oorlog! zijn ingedeeld in twee teams, die in eerste instantie niet van elkaar weten. De eerste manipulatie is gericht op het hecht maken van de teams. Ze moeten hun persoonlijke items afstaan, dezelfde kleding dragen (zo ontstaan Team Rood en Team Blauw) en een teamlogo ontwerpen.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 02-03-2022

Ieder getal in je theorie is een teken van onmacht

OPINIE, RECENSIE - Er is geen groter pedagogische moeilijkheid dan mensen uitleggen dat je iets niet weet. Ik heb herhaaldelijk gezien dat groepen mensen in woede ontstaken als je vertelde dat dit of dat eigenlijk onzeker is. Dat jij dan weliswaar de deskundige bent, maar er toch ook weinig van begrijpt. Wat ben jij dan voor deskundige? Waarom moeten zij dit dan leren respectievelijk er een avond aan besteden?

En toch, als je willekeurige welke deskundige diep in de ogen kijkt, geeft hij toe dat hij in wezen geen idee heeft. De ware taalkundige heeft geen idee wat taal eigenlijk is, de ware bioloog staat voor een raadsel waar het om het leven gaat, en de ware natuurkundige geeft toe: de materiële wereld is maar een bizar samenraapsel.

Waarom mensen daar zo boos over worden, is mij een raadsel.Ik vind het juist wel fijn om zoiets te lezen. Althans, ik zou natuurlijk ook best graag iemand tegen willen komen die alles zou kunnen uitleggen. Maar omdat ik het idee heb dat zulke mensen niet bestaan – dat de mensheid over vrijwel alles in het duister tast –, ben ik wel blij als wetenschappers uitleggen wat precies de grenzen van hun kennis zijn. (Die grenzen liggen verder weg dan bij mij of een andere leek, maar ze zijn er dus wel. Klimaatwetenschappers moeten we niet geloven omdat zij precies weten hoe het allemaal toe gaat, maar omdat zij het waarschijnlijk beter weten.)

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Hulspas weet het | De ruimte is van ons!

COLUMN - Ooit van het ruimtevaarttijdperk gehoord? Mooi, dan mag u dat nu weer vergeten. Dat handjevol bemande vluchten van de afgelopen halve eeuw, onderdeel van de Koude Oorlog, stelde namelijk niks voor. Het ware ruimtevaarttijdperk begint pas nu. Waar ooit twee regeringen met geld smeten, zijn het nu honderden ondernemers die massaal de ruimte bestormen.

Afgelopen week lanceerde het bedrijfje Rocket Lab met succes een goedkope mini-raket tot (en dat is het interessante stukje nieuws) op grote, commerciële hoogte. En er zullen nog vele bedrijven volgen. Niet alleen lanceren, ook het bouwen van satellieten wordt steeds goedkoper. Mocht u nog wat centen hebben liggen, investeer dan in space industries. Iedere organisatie en elk bedrijf wil straks zijn eigen communicatie- en detectienetwerken in de ruimte hebben. Milieu, klimaat, landbouw, justitie, bosbouw, verkeer, mensenrechten, surveillance – je kunt het zo gek niet bedenken of satellietbeelden zullen een grote bijdrage gaan leveren.

Ruimteverkeersregels zijn er niet. Het is een kwestie van gaan-met-die-banaan. Onderhoudskosten zijn er ook niet, want die commerciële bedrijven brengen die satellieten tot bescheiden hoogten, tot daar waar de atmosfeer uiterst ijl is maar altijd nog dik genoeg om je satelliet na een aantal jaren zodanig af te remmen dat-ie weer op aarde terugvalt. Ergens. Wellicht op iemands huis. Maar geen zorgen: gelukkig zijn daar ook geen internationale afspraken over gemaakt.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Wetenschappelijke methoden maken sociaal werkers beter

ONDERZOEK - Marcel van Engelen, Peter Rensen en Marcel Ham bezochten het afgelopen jaar tien plekken waar sociaal werkers met bewezen en goed beschreven methoden werken. Ze kwamen opgetogen terug, maar er zit wel een kiezeltje in hun schoen. Waarom doen we dit nog zo weinig?

Voor het boek ‘Bezielende interventies’ bestudeerden we het afgelopen jaar de praktijk van een vijftal ‘sociale interventies’ (elk op twee plekken), duidelijk omschreven en onderbouwde methodes waarmee beroepskrachten hun sociaal werk uitvoeren. We waren bij jongerenwerkers van Thuis op Straat die in weer en wind verloederde pleinen in Rotterdam en Bergen op Zoom met sport en spel weer aantrekkelijk maken. We keken hoe in een opvangcentrum mishandelde vrouwen en verwaarloosde jongeren werden gecoacht met de methode Krachtwerk, waarbij voortdurend wordt gehamerd op hun talenten en positieve eigenschappen. We keken rond in ontmoetingscentra voor dementerenden, op scholen waar leerlingen zich beijveren voor een lhbt-vriendelijk klimaat en we gingen op bezoek bij huisartsen die welzijnsrecepten uitschrijven tegen geestelijke nood.

Methodes die aantoonbaar werken

Vijf precies omschreven manieren van werken waarvan wetenschappers zeggen dat ze goed doordacht en effectief zijn. Dat ze werken, waarvoor de laatste jaren steeds meer bewijs is gekomen. Dankzij de ontmoetingscentra bijvoorbeeld hebben dementerenden minder gedragsproblemen dan in de reguliere dagbehandelingen, zijn ze minder depressief en hebben ze een positiever zelfbeeld. En op de pleinen van Thuis op Straat blijkt dat kinderen, ouders en bewoners goed te spreken zijn over de verbeterde sfeer. Onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut liet bovendien een positieve sociaal-emotionele ontwikkeling op de spelende kinderen zien.

Vorige Volgende