Hulspas weet het | Liegen over uw drankgebruik

Dat drank slecht is, dat weet iedereen. Maar blijkbaar bestaat er onder gezondheidswetenschappers een heftige drang om dat voortdurend te herhalen, ook als daar geen enkele aanleiding voor is. Dat gebeurde afgelopen week, toen het Erasmus Medisch Centrum vol trots mededeelde dat EMC-medewerkers hadden deelgenomen aan een internationaal onderzoek naar het effect van stevig drinken op het aantal jaren dat men op deze aardkloot doorbrengt. Dat was verschenen in het vooraanstaande vakblad The Lancet – dus alle reden voor een plakje cake en één (nou... één dan) glaasje witte wijn. En natuurlijk ook reden voor een mooi persbericht met, uiteraard, de waarschuwing dat drank slecht is. Centrale boodschap dit keer: de gezonde drinker bestaat niet. Zelfs één glaasje per dag, wat zeg ik: één per week, is schadelijk.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Hoe Monsanto aan Roundup-studies sleutelde

Oneworld journalist Vincent Harmsen interviewt de chef conflictbeheersing van Monsanto.

Sleutelde Monsanto Company in het geheim aan wetenschappelijke studies over hun eigen onkruidverdelger Roundup? Tegenover Vincent Harmsen geeft fabrikant Monsanto toe dat er inderdaad ‘cosmetische wijzigingen’ zijn toegepast.

De antwoorden in het interview lezen als een PR-praatje van Monsanto. En als iets lijkt op een PR-praatje, dan is …..

Gelukkig verwijst het interview ook door naar relevante achtergrond artikelen.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Newspeak

OPINIE - Bovenstaand plaatje haalde ik woensdag van Twitter. NWO, een van de voornaamste financiers van het wetenschappelijk onderzoek, heeft een strategisch plan aan de minister aangeboden en dat is, zo moeten we geloven, weer een stap om de wetenschap in Nederland en de impact ervan op een hoger niveau te brengen.

Mocht u denken “dat is newspeak”, dan krijgt u gelijk als u er wat meer over leest. Het komt erop neer dat er geld komt voor riskante voorstellen, waarvan het resultaat niet van te voren valt te voorspellen. Verder moet het onderzoek wat meer verbinding hebben met de samenleving. Anders gezegd: NWO verandert links en rechts wat formulieren en noemt het strategie.

Onze wetenschappers zijn zulke intelligente mensen. Zouden ze deze flauwekul nou echt geloven? Het is niet voor het eerst dat ik me dat afvraag.

Ik ben zo’n doctorandus onbenul uit de jaren tachtig. (Voor de jonge lezers: de lengte van de opleiding is toen tot vier jaar teruggebracht, wat minder is dan het noodzakelijke. Wie nadien is afgestudeerd, heeft het niveau van wat vroeger een kandidaat heette.) Maar ook al waren mijn medestudenten en ik onvolledig geschoold, wij wisten dat er tussen de mooie academische woorden en de praktijk nogal wat lucht zat. Als wij het al herkenden, dan zullen doctores en professoren de spanning tussen woordenkraam en praktijk zéker herkennen. Ik vraag me van NWO dus af – en ik schrijf dit zonder sarcasme – of ze nou werkelijk niet beter weten of dat ze cynisch liegen. Voor beide valt iets te zeggen en het kan ook zijn dat het allebei tegelijk waar is.

Foto: De quadriga op de Brandenburger Tor (foto Livius.org)

Waarom de Revolutie in Parijs begon

RECENSIE - De Brandenburger Tor, symbool van de stad Berlijn, oogt als een monument ter ere van een grootse militaire overwinning. Een Pruisische overwinning op de Fransen, zal menige toerist vermoeden. Maar het was een overwinning op de Nederlanders. Of beter, op de Nederlandse patriotten.

En voor wie het naadje van de kous wil weten: het is een monument voor een overwinning die uitsluitend te danken was aan een paniekaanval van één patriotse legeraanvoerder, Friedrich Rijngraaf von Salm-Grumbach. Paniek of verraad? Militair historicus Olaf van Nimwegen geeft hem het voordeel van de twijfel. Maar als de Rijngraaf iets meer lef had getoond, was de revolutie in Nederland begonnen, en niet in Frankrijk.

De Nederlandse Burgeroorlog, zo heet het boek van Van Nimwegen. Met daaronder de jaartallen 1748-1815. Beide zijn wat te ruim gekozen. Het boek reikt niet écht tot de val van Napoleon, en die burgeroorlog begon eigenlijk pas in 1787.

De hele tweede helft van de achttiende eeuw waren de spanningen tussen de patriotten en de prinsgezinden langzaam opgelopen. Het was een bont gezelschap, die patriotten, van gematigden (vooral onder de stedelijke elite) die de macht van de stadhouder wilden inperken, tot aan radicalen die openlijk streefden naar de val van deze tiran, de stadhouder, en het ‘herstel’ van fraaie maar vooral fictieve ‘Bataafse’ vrijheden. Hun grootste bondgenoot was overigens stadhouder Willem V zélf, die besluiteloosheid tot een ware kunstvorm had verheven, waardoor zelfs zijn vrienden tot wanhoop dreef.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Quote du Jour | Moral responsibility

We cannot outsource the moral responsibility of our technologies to third parties. Google’s stated values make this clear: Every one of our users is trusting us. Never jeopardize that. Ever. This contract puts Google’s reputation at risk and stands in direct opposition to our core values. Building this technology to assist the US Government in military surveillance – and potentially lethal outcomes – is not acceptable.

Google-medewerkers komen in het geweer (pdf) tegen dronetechnologie die het bedrijf gaat ontwikkelen voor de Amerikaanse overheid. Dat druist in tegen het beleid dat Google geen wapens maakt.

Foto: Ron Cogswell (cc)

De wetenschap heeft behoefte aan twijfelaars

OPINIE - Wie het hardste schreeuwt, krijgt de meeste aandacht. Wie blijft twijfelen raakt ondergesneeuwd. Toch zouden wetenschappers meer moeten twijfelen, vindt sociaal wetenschapper Jaap Bos.

Wetenschappers moeten zich regelmatig weren tegen twijfels van buitenaf. Wordt klimaatverandering echt door de mens veroorzaakt? Is genetisch gemodificeerd voedsel echt veilig? Zijn alternatieve geneeswijzen echt niets meer dan een placebo-effect? Wetenschappers zouden maar wat graag absolute zekerheden, of zelfs ‘waarheden’ tegenover deze twijfels zetten. Maar absolute zekerheid is in de wetenschap geen haalbare kaart. Sociaal wetenschapper dr. Jaap Bos (UU) ziet het niet eens als wenselijk. Niet zekerheid, maar twijfel is een deugd.

Absolute zekerheid is in de wetenschap geen haalbare kaart

Het idee dat de wetenschap absolute zekerheden zou leveren werd al in de eerste helft van de twintigste eeuw ontmanteld door de Oostenrijkse filosoof Ludwig Wittgenstein. Voor Wittgenstein leiden “zekerheden” onvermijdelijk tot twijfels.

Dat heeft te maken met ons gebruik van taal om die “zekerheden” in uit te drukken. Een logische verbinding tussen taal en de werkelijkheid is volgens Wittgenstein niet te maken. Binnen het ’taalspel’ ontstaan eigen werkelijkheden. Zinnen hebben alleen betekenis in de taal, niet in de wereld. Een fundamentele zekerheid als Descartes’ “ik denk dus ik besta” is voor Wittgenstein geen uitspraak over de werkelijkheid, omdat de begrippen ‘denken’ en ‘zijn’ alleen in het taalspel bestaan.

Foto: Adam Kuban (cc)

Rabbijn van de Kamp moet beter leren godwinnen

OPINIE - Er vallen ongetwijfeld goede argumenten te geven voor het behoud van het recht op rituele slacht.

Argumenten over een afweging van grondrechten en hoe wezenlijk religie is voor de identiteit van haar aanhangers; argumenten dat rituele slacht slechts een fractie vormt op de totale bio-industrie; technische uiteenzettingen over hoeveel lijden er nu werkelijk met rituele slacht gepaard gaat in verhouding tot slachtmethoden waarbij een dier vooraf verdoofd wordt met een stroomstoot of gedood met een pin door de schedel; dat zijn stuk voor stuk legitieme wegen om te betogen dat een verbod op halal of koosjer slachten wel een sympathiek idee lijkt, maar dat de voordelen niet opwegen tegen de nadelen.

Rabbijn Lody van de Kamp komt met een andere invalshoek, namelijk dat het voorstel om rituele slacht te verbieden functioneel antisemitisch is. Jammer genoeg vergaloppeert hij zich daarbij in reductiones ad hitlerum.

Rudolf Steiner

De Partij van de Dieren zou zich in haar kritiek op koosjere slacht volgens Van de Kamp bedienen van eenzijdig gebruik van de wetenschap, en alleen die studies citeren die haar uitkomen. De rabbijn maakt dat nergens hard, maar ik wil ‘m best op z’n woord geloven.

Vervolgens stapt Van de Kamp over op het argument dat antisemieten in de eerste helft van de 20e eeuw echter ook al gebruik maakten van eenzijdige wetenschap, en dan gaat het flink mis.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Hulspas weet het | Zinloze doden zijn een voetnoot

COLUMN - Het meest opmerkelijke aan de Spaanse Griep is dat deze dodelijke epidemie, die naar schatting vijftig miljoen slachtoffers maakte, zo volledig vergeten kon raken. Er is ongeveer een metertje serieuze literatuur over geschreven, maar dat haalt natuurlijk niet bij de kilometers die er geschreven zijn over de Eerste Wereldoorlog – vlak daarvoor, en maar zevenentwintig miljoen doden. Het een is een voetnoot geworden bij het ander – qua aantal slachtoffers zou het andersom moeten zijn. De Eerste Wereldoorlog als pijnlijke politieke vergissing in de jaren voordat de échte ramp zich voltrok.

Maar echt gek is deze vergeetachtigheid natuurlijk ook niet. Want de Spaanse Groep kende geen helden, gestorven voor het vaderland. Die vijftig miljoen stierven voor niks. Ze hadden geen idee waarom. En ook de wetenschap weet het eigenlijk niet.

De ziekte was zó dodelijk dat er jarenlang getwijfeld werd of het überhaupt wel een griep kon zijn geweest. Die vraag werd pas gesteld lang nadat de laatste slachtoffers begraven waren, zodat het harde bewijs dat het inderdáád om griep ging eigenlijk pas recent geleverd kon worden.

Maar waaróm deze griep zo gruwelijk tekeer ging, blijft een raadsel. Omdat de bevolking van Europa, na vier jaar oorlog, hongerig en verzwakt was? Lage weerstand, dus? Oké, maar waarom sloegen andere ziekten dan niet net zo hard toe? Een zeer gevaarlijke griepvariant? Dat weten we niet, maar dat kun je wel stellen. Alleen, ‘de’ griep was geen onbekende, en eerder opduikende varianten plegen vaak in ieder geval voor enige weerstand te zorgen. Die weerstand leek in 1918  totaal niet te bestaan. De aantallen doden waren wérkelijk grotesk.

Foto: Lenny Flank (cc)

Goede redenen om ernaast te zitten

Wie ongelijk heeft, wordt vaak vergeten. Wie kent Jan Swammerdam en zijn theorieën nog? In zijn tijd waren zijn ideeën echter helemaal niet zo gek, betoogt filosoof Han Thomas Adriaenssen.

Veel van de vroeger gangbare wetenschappelijke ideeën zijn inmiddels achterhaald en uit de lesboeken verdwenen. Voor filosoof dr. Han Thomas Adriaenssen (RUG) is dat geen reden om zulke vergeten theorieën niet meer te bestuderen. Hadden aanhangers destijds goede redenen voor zulke theorieën? En kunnen we daarmee nog iets van hen leren?

Een mooi voorbeeld van zo’n vergeten theorie komt uit de ontwikkelingsbiologie, het vakgebied dat zich bezighoudt met de vorming van organismen tijdens de embryonale ontwikkeling. In de 17e eeuw geloofden veel biologen dat organismen ontstonden uit miniatuur-versies van zichzelf. De ontwikkeling van een mens begint volgens deze ‘preformatietheorie’ met een minuscuul mensje waar alle structuren van een volwassen mens al in zitten. Tijdens de ontwikkeling groeit dit miniatuur-mensje uit tot een volwaardig organisme. In de meest extreme versie van de preformatietheorie werden alle miniatuur-organismen van alle generaties al bij de schepping gevormd. Het eerste vrouwelijke individu van elke soort bevatte al miniatuur-versies van alle volgende generaties.

Het lijkt nu een bizar idee: dat miniatuur-versies van organismen al in al hun voorouders bevat zitten. De preformatietheorie werd door volgende generaties wetenschappers ook met de grond gelijk gemaakt, en in de 19e eeuw omschreven als “… the greatest error that ever obstructed the progress of our knowledge of development.” Maar hoe kwamen 17e-eeuwse wetenschappers als Jan Swammerdam bij deze theorie? En waren er toen misschien niet hele goede redenen om erin te geloven?

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Hulspas weet het | Hawking deed het voor ons allemaal

COLUMN - Het had allemaal iets aandoenlijks, het afscheid nemen van Stephen Hawking. Aandoenlijk, die intense behoefte aan heldenverering die ineens naar boven kwam. Een groot wetenschapper was heengegaan. We lazen hoe diepzinnig hij was, hoe zwaar hij het had gehad met zijn ziekte, zijn vrouwen, zijn gecomputeriseerde stem – hoe grappig hij wel niet was en vooral: hoe beroemd. Vooral dat laatste.

Gevraagd naar zijn inhoudelijke bijdrage aan de wetenschap, zal Hawking de geschiedenis ingaan als de man die ontdekte dat zwarte gaten straling uitzenden. Ten onrechte. De ontdekking van deze ‘Hawkingstraling’ valt eigenlijk toe aan de russen Zel’dovich en Starobinsky. En toen Hawking hierover publiceerde, stonden er boven het artikel nog drie coauteurs. Zijn bijdrage mag bescheiden heten. Maar de Britse media besloten al snel dat dit a British invention was. Hawking werd naar voren geschoven als de nieuwe Newton. Geniaal. Onbereikbaar. Bovenmenselijk. De man die God in een formule kon vangen. En hij vond het heerlijk. De daaropvolgende 45 jaar heeft hij vooral genoten van dat voetstuk, van de media-aandacht en alles wat daarbij kwam kijken. Hij werd de ster waar de wereld behoefte aan had.

Hoe belangrijk was die ontdekking? Kort gezegd hadden Zel’dovich en Starobinsky het probleem opgelost dat een zwart gat dat alleen maar zaken opzuigt, de wetten van de thermodynamica schendt. Ze hadden een oplossing bedacht. Op de grens van het zwarte gat, waar licht nog nét kan ontsnappen (of nét niet), leidt een kwantummechanisch proces van spontane paarcreatie tot een maf resultaat. Als daar op die grens twee deeltjes (elkaars tegenpolen) ontstaan, wordt het ene opgezogen, en kan het andere ontsnappen. Het luistert heel nauw, het is érg weinig, maar een zwarte gat straalt een beetje. Daarmee kon de thermodynamica van het zwarte gat worden gered, constateerde Hawking.

Vorige Volgende