Waarom zijn wij de enigen met taal?

Taal heeft de mens veel gebracht: de naakte, zwakke aap die niet noemenswaardig kan rennen of verscheuren vinden we in grote – sommige zouden zeggen: veel te grote – aantallen over de gehele wereld, en er komen er nog steeds bij.  En dat komt waarschijnlijk voor een groot deel door de vele voordelen die de taal biedt. Wanneer taal zo belangrijk is voor de evolutie van de menselijke soort, waarom zijn wij dan de enigen die taal hebben? Dat is de vraag die de taalkundigen Bob Berwick en Noam Chomsky stellen in hun onlangs verschenen boek Why only us?

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Supermarktje spelen

COLUMN - CVS, een Amerikaanse supermarkt-annex-apotheek, doet iets ongekends in de supermarktwereld. Ze verkopen nog dezelfde producten, maar de indeling van de winkel is op de schop genomen. Als je Oreokoekjes wil kopen (hey, je bent in Amerika) moet je behoorlijk goed zoeken; ze liggen achterin de winkel, op de onderste plank. In plaats van suikerrijke snacks liggen er gezondere snacks bij de uitgang.

Die supermarkt is mijn droom. Nog liever zou ik zelf supermarktje spelen en mijn eigen supermarkt inrichten – op zo’n manier dat ik niet elke dag in de verleiding kom om mijn gezonde voornemens teniet te doen. Als ik inkopen doe, wil ik snel klaar zijn, weinig geld uitgeven en geen dingen kopen die ik niet nodig heb. Die wensen stroken niet bepaald met de doelen van de supermarktuitbater. Dat maakt winkelen soms onverwacht leuk: “hee, een nieuwe chipssmaak!”, maar ook lastig.

Marketeers en retailers kunnen ons gedrag veel beter voorspellen en sturen dan wijzelf. En dat gaat verder dan ‘producten op ooghoogte verkopen beter’. Het beste plekje op het schap wordt verkocht aan de hoogste bieder, zoals google de advertentieruimte bij bepaalde zoektermen per opbod verkoopt. Stunten met kiloknallers lokt zoveel extra klanten, dat hun andere uitgaven de kosten van de promotie compenseren. Zelf hebben we als consument weinig zicht op zulke wetmatigheden. Ik betrap mezelf tenminste regelmatig op de gedachte dat ik het systeem mooi te slim af ben, door selectief van aanbiedingen gebruik te maken – hoewel dat net zozeer van zelfoverschatting getuigt als het feit dat 80% van de Nederlanders denkt dat hij beter dan gemiddeld kan autorijden.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: grevillea. (cc)

Den Haag: de internationale stad van vrede en recht

COLUMN - Den Haag is de internationale stad van vrede en recht met de hashtag: #peacejustice. “Tienduizenden mensen werken [daar] elke dag samen aan een vrediger, rechtvaardiger en veiliger wereld. In zo’n 160 organisaties, honderden bedrijven en kenniscentra. Ook in het Vredespaleis, al meer dan 100 jaar het symbool voor internationale gerechtigheid.”

Deze tekst komt van een website die een initiatief is van de gemeente Den Haag en het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

Buiten Den Haag werken er nog vele juristen, gewetensvolle non-profit mensen en academici (filosofen, sociale wetenschappers, juristen, enz.) aan internationale gerechtigheid. In Nederland is er uit gemeenschapsgelden een hele intellectuele infrastructuur van leerstoelen en onderzoeksinstituten opgebouwd om mensenrechten te bestuderen en te helpen verankeren. Er wordt, al met al, in Nederland goed verdiend aan het internationaal recht. (Echt waar: een van de links op die website, waar The Hague Security Delta en Toeristische informatie Den Haag naast elkaar staan,  is naar Doing Business in the Hague.)

Beroepshalve spreek ik weleens jonge mensen die carrière willen maken in deze intellectuele infrastructuur om via het internationaal recht zich in te zetten voor een rechtvaardiger wereld; ik leer dan over methoden om het onrecht elders te verminderen of zelfs te voorkomen. Ik hoor over nieuwe juridische, politieke, of filosofische concepten en strategieën die het internationaal recht zullen versterken. Het is mijn taak om jonge geesten aan te moedigen, dus ik luister welwillend. Ik ben altijd onder de indruk van de wilskracht om voor anderen op te komen.

Foto: Peter Merholz (cc)

Crisis in de psychologie: nog maar een experiment

COLUMN - Blogs kunnen iets wat wetenschappelijke artikelen niet kunnen: de wanhoop van de onderzoeker laten zien. Neem het stuk dat de prominente Canadese sociaal psycholoog Michael Inzlicht onlangs publiceerde op zijn eigen website. “Ik voel dat de grond onder mijn voeten beweegt”, schreef hij daarop, “en ik weet niet meer wat werkelijk is en wat niet.” En: “De sociale psychologie verdient een nieuw begin. Maar waar moeten we beginnen? Waarvan ben ik het meest zeker en waar kan mijn scepsis eindigen?”

Waar lees je zulke kreten in de vakbladen? Nee, het gaat niet goed in de sociale psychologie. De ontmaskering van Diederik Stapel bleek slechts een van de voorboden van een veel diepere crisis. Kon je in zijn geval nog denken dat het ging om een enkeling wiens bizarre onderzoeksresultaten gewoon niet goed genoeg waren getoetst, nu blijkt een van de kernpunten van het vakgebied – een effect waarvan men meende dat het in allerlei condities en in allerlei laboratoria was getoetst – ineens onvindbaar.

Het gaat om het idee dat de mens beschikt over een eindige hoeveelheid wilskracht: als je het aan het ene besteedt, kun je het niet aanwenden voor iets anders.
Wie een uur naast een pot M&M’s heeft gezeten, waarvan zij niet mocht snoepen, kan zich er daarna lastiger toe zetten een ingewikkelde som tot het einde af te maken; ego depletion heet dat in de vakliteratuur.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

De gedragsbioloog en de Bijbel

ACHTERGROND - Vorige week zaterdag publiceerde De Volkskrant een interview met de gedragsbioloog Carel van Schaik en de Duitse wetenschapsjournalist en historicus Kai Michel, die het joodse deel van de Bijbel hebben gelezen vanuit het perspectief van biologisch antropologen. Dat kan de moeite waard zijn – ik heb het boek niet gelezen – maar van het interview wordt een mens niet vrolijk.

De Bijbel heeft niets te maken met het woord van God, maar alles met het woord van de mens.

Duh. Teksten worden geschreven door mensen en mensen scheppen zich – als we ons tot religie beperken – goden, gebeden, mythen, rituelen, verhalen, regels. Dat geldt voor het Egyptische Dodenboek, dat geldt voor de teksten uit het oude Babylonië, dat geldt voor de Perzische Avesta, en dat geldt voor joodse religieuze teksten. Ik denk dat er onder de lezers van De Volkskrant niet één is die de geciteerde platitude niet heeft herkend.

Van Schaik licht toe dat de Bijbel werd samengesteld omdat de joodse samenleving in het reine moest zien te komen met de maatschappelijke veranderingen die het gevolg waren van het ontstaan van de landbouw. Die had de wereld nogal op zijn kop gezet en dus waren er gedragsregels, rituelen en wetten nodig. Dat is waar; het is immers een logische tautologie. De menselijke cultuur (waarvan gedragsregels, rituelen en wetten een onderdeel zijn) is nu eenmaal – met excuus voor het jargon – de extra-somatische vorm van adaptatie waarmee mensen reageren op hun veranderende omgeving.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Een halfvol glas?

COLUMN - In de recente golf wetenschappelijke replicatieprojecten waren vorige week de gedragseconomen aan de beurt. Een studie in het blad Science rapporteerde 18 pogingen tot replicatie van toppublicaties in dat vakgebied. Daarvan bleken 11 studies repliceerbaar, met nog een aantal in een schemergebied. Reden voor het weekblad The Economist om victorie te kraaien voor de economische wetenschap, terwijl de Volkskrant juist over een “aframmeling’’ spreekt. Is het glas half leeg of half vol?

Onder mijn collega-gedragseconomen is de stemming licht positief, ondanks het feit dat volgens de officiële statistiek ruwweg 95% van de studies repliceerbaar zouden moeten zijn. Eén van de redenen is dat eigenlijk niemand een resultaat van 95% had verwacht. Dat komt voornamelijk door de zogenaamde publication bias, de neiging van tijdschriften om spectaculaire resultaten te publiceren, waardoor “nulresultaten” vaak in de kast blijven liggen. Een tweede reden is dat economen er in ieder geval beter vanaf komen dan de psychologen, waar het replicatiepercentage in een soortgelijke studie rond de 39% lag (met nog ongeveer 30% in een soort schemergebied).

Je zou dus denken dat in ieder geval de psychologen zich achter de oren krabben, maar ook daar zijn de meningen verdeeld. Een aantal toppsychologen, waaronder David Gilbert trekken juist de replicatiestudies in twijfel, met het argument dat er subtiele verschillen waren tussen de replicaties en de originelen, zogenaamde “infedelities”, die voor mislukte replicaties zorgden. In sommige gevallen is dat punt geldig, bijvoorbeeld voor een experiment dat het effect van positieve emoties bestudeerde door mensen een Robin Williams video te laten zien. De replicatie mislukte, wellicht door het feit dat Williams in de tussentijd was overleden.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Caroline (cc)

Wetenschap en politiek

COLUMN - Het probleem is steeds hetzelfde: PVV-leider Geert Wilders ziet ergens iets dat fout is en constateert die fout dan niet om haar te corrigeren, maar om er politiek gewin uit te halen. Dit keer valt hij over een uitspraak van de Tilburgse hoogleraar bestuurskunde Paul Frissen die oordeelt dat Wilders “het klassieke fascistische verhaal” vertelt en – zo lees ik hier – stelt “dat mensen in opstand moeten komen tegen de herhaaldelijke uitlatingen van Wilders over een nepparlement”.

Toevallig ben ik dat met Frissen eens. Ik mag dat zeggen, want ik ben een burger. Frissen mag dit als burger ook allemaal zeggen. Bovendien kan hij als wetenschapper concluderen dat Wilders’ betogen voldoen aan deze of gene definitie van fascisme. Het is echter een heel andere zaak als hij als wetenschapper mensen oproept in opstand te komen.

We hebben namelijk een kristalheldere afspraak, teruggaand op Webers “Wissenschaft als Beruf”, dat de politiek zich niet bemoeit met de wetenschap (de academische vrijheid) en dat de wetenschap de politiek de vrijheid laat (we zijn immers een democratie en geen technocratie). De in de wet vastgelegde maatschappelijke relevantie van de wetenschap is niet het geven van politieke oproepen, maar het ter beschikking stellen van informatie. Een hoogleraar moet zijn inzichten delen, kan desgevraagd adviseren maar kan – althans in zijn functie als hoogleraar – niet oproepen tot opstand.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Zelfbedrog

COLUMN - Mijn toekomstige zelf is een held: ze is ontzettend goed met deadlines, vindt tussendoor tijd om hard te lopen en weerstaat glimlachend de dure koffie op het station. Mijn huidige zelf heeft met al die dingen weleens moeite. Datzelfde geldt natuurlijk voor meer mensen. Vijf onderzoekers vroegen zich af of dat komt doordat we gewoon erg goed zijn in het bedriegen van onze huidige zelf.

De term die de onderzoekers gebruiken voor zelfbedrog is ‘strategische onwetendheid’ (zie ook deze twee ‘Kiezen en Delen’ -columns). Gaan we expres negatieve informatie over de toekomst uit de weg opdat we lekker ongezond kunnen dooreten en geld uitgeven?

Om vast te stellen of mensen hun ogen dicht doen voor ongewenste informatie, lieten de onderzoekers 96 Denen kiezen of ze wilden horen hoeveel kilocalorieen hun maaltijd bevatte. De deelnemers mochten proeven van een Caesarsalade en van een maaltijd met biefstuk en quinoa. 53 anderen kregen na het proeven direct het aantal kcal zien; 52 anderen kregen helemaal geen informatie aangeboden. Daarna mocht iedereen een van de gerechten kiezen en zoveel eten als ze wilden. Na afloop werd het bord gewogen.

Van degenen die de keus kregen, koos 46 procent ervoor om de envelop met informatie niet open te maken. Die mensen, de “strategisch onwetenden”, aten vervolgens significant meer dan wie überhaupt niets had gelezen over kilocalorieen.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: Martin Clavey (cc)

De nadelen van populariseren

COLUMN - Er zijn weinig onderzoekers die openlijk twijfelen aan het nut van populariseren. Ik ken ze wel: mensen die denken dat we vooral zoveel mogelijk onderzoek moeten doen, en hoogstens af en toe communiceren met wetenschappers in andere vakgebieden. Die vinden dat je wanneer je met het publiek praat altijd teveel moet versimpelen en dat dit de toch al fragiele aanzien van ons vak bij de échte wetenschappers nog verder doet afbrokkelen.

De meerderheid vormen ze niet. Het officiële beleid van veel instanties – NWO, de universiteiten – is om contact met het publiek aan te moedigen: het wordt doorgaans gezien als de belangrijkste manier waarop geesteswetenschappen voor de samenleving nuttig kunnen worden gemaakt, kunnen worden ‘gevaloriseerd’.

Productie

Je zou zeggen: alle reden om je als jonge onderzoeker op dit o zo belangrijke onderdeel van het wetenschappelijk bedrijf te storten. Maar daar kun je toch ook grote twijfels bij hebben: het is de vraag of het wel zo goed is voor je wetenschappelijke loopbaan.

Daarover verscheen afgelopen week een interessant artikel in The Journal of Neuroscience.

De onderzoekster Susana Martinez Conde schreef een artikel over het Carl Sagan-effect: die beroemde Amerikaanse popularisator werd in de vroege jaren niet toegelaten tot de Amerikaanse National Academy of Sciences omdat hij te vaak optrad in de publieke ruimte – ook al valt gemakkelijk vast te stellen dat zijn wetenschappelijke productie niet onderdeed voor die van mensen die wel lid waren (hij publiceerde een wetenschappelijk artikel per maand!)

Vorige Volgende