Hongarije dreigt wetenschap aan regeringsbeleid te onderwerpen
ELDERS - Een nieuw plan van Orbán raakt de onafhankelijkheid van de wetenschap.
De Hongaarse regering van premier Viktor Orbán zit stevig in het zadel. Bij de Europese verkiezingen van eind mei behaalde Fidesz een meerderheid van 52,3%. Van de 21 Hongaarse EP-leden zijn er nu 13 van Orbáns partij. De oppositie is zwak en verdeeld. Bij demonstraties en manifestaties tegen de regering laten met name studenten en wetenschappers zich duidelijk horen. Bijvoorbeeld bij de sluiting van de Engelstalige Central European University, gesticht door Orbáns aartsvijand George Soros. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat deze autoritaire, ‘illiberale’ regering naar mogelijkheden zoekt ook de Hongaarse universiteiten aan haar wil te onderwerpen.
De overkoepelende Academie van Wetenschappen dreigt nu buiten spel gezet te worden als de 15 wetenschappelijke instituten en 150 research groepen met alles bij elkaar 3000 onderzoekers rechtstreeks onder het bestuur worden geplaatst van een nieuw door de regering benoemd orgaan. Een wetsontwerp met dat doel komt binnenkort in het parlement aan de orde. De Hongaarse minister van Buitenlandse Zaken Péter Szijjártó benadrukt de nationale belangen van de wetenschap. Hij vindt dat wetenschappers ‘onderzoek moeten doen in gebieden en richtingen die belangrijk zijn vanuit het perspectief van de toekomstige concurrentiepositie van het land’. László Palkovics, minister van Handel en Industrie sluit zich daarbij aan. Volgens hem is het de taak van de wetenschappers de regering van advies te dienen, ze dienen zich niet met de politiek te bemoeien.