We denken nooit in ons eentje
COLUMN - Steengoede brief, van mijn Nijmeegse collega Mark Dingemanse en een indrukwekkende lijst andere geleerden, in het tijdschrift Cognitive Science deze week. In de brief vatten ze samen wat zij, en naar mijn indruk steeds meer onderzoekers, beginnen te vatten: we denken niet in ons eentje – misschien wel nooit. De menselijke hersenen zijn geen makkelijk van de omgeving af te snijden entiteit, ideeën en gedachten ontstaan eigenlijk altijd in samenspraak met anderen.
Het is natuurlijk hoe lang is gedacht over het denken: als iets dat je hersenen doen. Het model was een computer, en wel een soort desktop-computer zonder internet aansluiting, waar je een som in kon voeren die het dan uitvoerde. Steeds duidelijker wordt dat je de hersenen misschien beter kunt zien als netbooks, laptops zonder veel eigen opslag die al hun gegevens en zelfs hun programma’s voortdurend ophalen van de cloud.
De brief is een soort manifest: stel voortaan juist de interactie centraal. Dingemanse en zijn collega’s geven voorbeelden uit allerlei domeinen waaruit blijkt dat de mens, inderdaad, eigenlijk nooit in zijn eentje opereert. Studie van de structuur van alledaagse gesprekken laat bijvoorbeeld zien hoe er voortdurend heel kleine misverstandjes dreigen die over het algemeen door de gesprekspartners zo moeiteloos worden opgelost dat het eigenlijk nauwelijks opvalt. En zelfs redeneren, op het eerste gezicht het paradepaardje van denken in je eentje, heeft blijkens onderzoek vaak het karakter van een dialoog.