Aangiften van haatmisdrijven worden in weinig landen nauwkeurig bijgehouden. In de Verenigde Staten, Engeland en Wales gebeurt dat wel, en in ons land ook. De gegevens variëren enorm per land. Wie zijn in Nederland vaak slachtoffer, en van welke soorten haatmisdrijven?
In april was ik in Streeterville, Chicago. Die wijk is vernoemd naar George Streeter, die berucht was om zijn leugens en geweld. Streeterville kwam eind januari in het nieuws door de mishandeling van Jussie Smollett, acteur in de Chicagoan dramaserie Empire. Twee mannen met skimasker en rood petje herkenden de “Empire nigger”, overgoten hem met bleekmiddel en deden een strop om zijn nek.
“Een hedendaagse lynchpoging,” zo betitelde Amerikaans presidentskandidaat Cory Booker het incident in een tweet op 29 januari. Zijn rivale Kamala Harris noemde Smollett in een tweet diezelfde dag “één van de aardigste, zachtmoedigste mensen die ik ken (..) Niemand zou voor zijn leven hoeven te vrezen vanwege zijn seksuele geaardheid of huidskleur. We moeten deze haat het hoofd bieden.”
President Donald Trump was in verlegenheid gebracht vanwege het rode MAGA-petje dat één van de daders droeg. Daarnaast schreeuwden Smolletts belagers “This is MAGA country,” verwijzend naar Trumps campagneslogan Make America Great Again (MAGA). Tegenover journalisten veroordeelde Trump de daad: “Erger kan het niet worden.” Ruim drie weken lang zochten agenten naar de daders.