Censuur
Nederland anno 2006. Hoogleraar Nieuwe Testament prof. dr. Pieter van der Horst wordt door het universiteitsbestuur onder zware druk gezet om een vlammend betoog over het virulente antisemitisme in de islamitische wereld uit zijn afscheidsrede te snijden, omdat anders boze moslimstudenten wel eens aanslagen zouden kunnen plegen.
Met name de zinsnede dat de islamitische wereld “de fakkel van het antisemitisme van de nazi’s heeft overgenomen” zit de bestuurders dwars. Ze hadden zopas nog wel zo’n fijne conferentie gehad, waar joden, christenen en moslims het erover eens waren dat de drie abrahamitische godsdiensten naar vrede en saamhorigheid streven.
Het land was te klein. Dit was censuur! De wetenschappelijke vrijheid werd hier aangetast! Dat het gewraakte deel van de lezing van Van der Horst niets met wetenschap van doen had, maar een eenzijdig ronkend zionistisch verhaal was, viel nauwelijks iemand op – al had de gloeiende bijval van het CIDI hint genoeg moeten zijn. Wie nam nu de moeite om de voetnoten (of het gebrek daaraan) even na te lopen? Van der Horst werd als martelaar van het vrije woord overladen met bloemen en bedankbrieven, na uitvoerige berichtgeving door Trouw en NOVA. Geert Wilders stelde kamervragen over deze “ongepaste aantasting van de academische vrijheid”.