KRAS | Zuivere wetenschap

Wanneer je als hoogleraar bent aangesteld aan een Nederlandse universiteit, verlies je het recht om politiek gevoelige uitspraken te doen. Dat vindt - u raadt het al - iemand van de PVV die zich gestoord heeft aan een prof (Paul Frissen) die iets lelijks over de PVV gezegd had. Nu zijn er ook rechtse proffen (wijlen Bob Smalhout comes to mind), maar die zeggen zinnige dingen, dus dan is het niet politiek gevoelig. Dit hadden we allemaal kunnen voorkomen als we de hoogleraren lekker in hun ivoren toren hadden laten zitten. Maar nee hoor, al enkele decennia hameren we erop dat ze maatschappelijk relevante wetenschap moeten bedrijven. Als de PVV aan de macht komt, mogen we dus verwachten dat hoogleraren weer hun wereldvreemde gang mogen gaan. Degenen die het niet kunnen laten, moeten dan maar de politiek in gaan, zoals professor Pim.

Door: Foto: Opgelet, onderstaande tekst kan sporen van ironie bevatten

Berufsverbot

Paul Frissen, de hoogleraar bestuurskunde van de Katholieke Universiteit Brabant hoeft niet te worden ontslagen vanwege zijn vergelijking van Geert Wilders politieke stijl met fascisme in een radio interview. De PVV had dat geëist, minister Bussemaker weigert.

Het bizarre van het verhaal is dat Paul Frissen zijn vergelijking maakte onder de titel “politiek filosoof Paul Frissen”. Tot twee keer toe werd hij als de persoon Paul Frissen aangesproken in het interview op de zender L1. Hij zat daar als burger en niet als hoogleraar.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Caroline (cc)

Wetenschap en politiek

COLUMN - Het probleem is steeds hetzelfde: PVV-leider Geert Wilders ziet ergens iets dat fout is en constateert die fout dan niet om haar te corrigeren, maar om er politiek gewin uit te halen. Dit keer valt hij over een uitspraak van de Tilburgse hoogleraar bestuurskunde Paul Frissen die oordeelt dat Wilders “het klassieke fascistische verhaal” vertelt en – zo lees ik hier – stelt “dat mensen in opstand moeten komen tegen de herhaaldelijke uitlatingen van Wilders over een nepparlement”.

Toevallig ben ik dat met Frissen eens. Ik mag dat zeggen, want ik ben een burger. Frissen mag dit als burger ook allemaal zeggen. Bovendien kan hij als wetenschapper concluderen dat Wilders’ betogen voldoen aan deze of gene definitie van fascisme. Het is echter een heel andere zaak als hij als wetenschapper mensen oproept in opstand te komen.

We hebben namelijk een kristalheldere afspraak, teruggaand op Webers “Wissenschaft als Beruf”, dat de politiek zich niet bemoeit met de wetenschap (de academische vrijheid) en dat de wetenschap de politiek de vrijheid laat (we zijn immers een democratie en geen technocratie). De in de wet vastgelegde maatschappelijke relevantie van de wetenschap is niet het geven van politieke oproepen, maar het ter beschikking stellen van informatie. Een hoogleraar moet zijn inzichten delen, kan desgevraagd adviseren maar kan – althans in zijn functie als hoogleraar – niet oproepen tot opstand.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Nexus, het fascisme en de ratten

In Tilburg confereerde Nexus over de stelling van Rob Riemen, dat de PVV de belichaming van het hedendaags fascisme zou zijn. Vargas Llosa sprak over de terugkeer van de “monsters”, terwijl het congres toch echt “the return of the ghosts” als titel had. Het leek me beter het over “ghosts” te hebben, want “monsters” zijn realiteit, terwijl een ghost vooral in je eigen hoofd wordt gevormd.

Die spanning blijft; na een middag aan mijn bureau om online te kijken, blijf ik met veel vragen zitten. Natuurlijk, de grote schrijver hoor je met genoegen aan, Frits Bolkestein is spaarzaam met woorden, maar zeer doeltreffend, Paul Frissen, hooggeleerd bestuurskundige, provoceert als altijd. De onderwerpen zijn ook de moeite waard: wat is integratie precies, wat zijn de problemen van migratie, maar wat ook de voordelen, waarom is het multi-culturalisme een dwaalspoor en waarom is het zolang overheersend geweest, wat is bedreigend aan het populisme? Het zijn allemaal geesten, in hevige onderlinge strijd. Maar zijn het ook bruine monsters? Nou, nee.

Vargas Llosa had mooie relativeringen en doorkijkjes uit zijn ervaring in de politiek van Peru. Uiteindelijk kwam hij, als verhalenverteller, met de geschiedenis van een nijlpaardjong, dat wees werd door de tsunami, maar werd opgenomen in een geïmproviseerde dierentuin. Daar vond het jonge dier een pleegmoeder in een schilpad van ruim een eeuw oud. Hoezo verschillen, in cultuur, huidskleur en geloof? Als dieren zulke verschillen overbruggen, waarom mensen niet? In de paneldiscussie kwam het verschil tussen angst voor de Islam en Islamofobie op: de angst is rationeel, de fobie irrationeel. Maar waarvoor je precies rationeel bang moet zijn? Lijkt die angst op de angst voor het communisme? Neen, zei Vargas Llosa, want de Islam is veel meer dan een ideologie, dus die vergelijking gaat mank. Maar ik denk aan de ontregeling van veel communisten, in de jaren negentig, die hun ideologie, hun geloof en sociaal systeem zagen verkruimelen; het communisme is ook meer geweest dan ‘alleen’ een ideologie. Maar daarover had Meindert Fennema, hoogleraar politicologie en ooit communist, het niet.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

‘Emancipatie = paternalisme’

Bestuurskundige Paul Frissen in Trouw:

Samengevat zou je kunnen zeggen dat het paternalisme voorwendt te beschikken over een superieure moraal die van de samenleving een betere samenleving en van de mens een beter mens maakt. Daarmee stuiten we automatisch op het emancipatiedilemma: moeten we mensen willen emanciperen die dat zelf niet willen? Het pedante paternalisme zegt zonder aarzeling ja op die vraag. Emancipatie moet zorgen voor gelijke machtsposities en is vooral een strategie van morele verheffing. Dat zijn geen onschuldige ambities want het paternalisme wil zijn doelen politiek verwerkelijken en via meerderheidsvorming aan de hele samenleving opleggen. Daarmee is de totalitaire verleiding gegeven.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.