Grote variatie in stemgedrag oppositie tijdens Rutte-IV

gastbijdrage van Tom Louwerse, eerder verschenen bij Stuk Rood Vlees In het publieke debat is terecht aandacht voor de ruwe omgangsvormen in het parlementaire debat. Persoonlijke beledigingen en verdachtmakingen gelden als een teken van sterke politieke polarisatie. Dat biedt echter maar een gedeeltelijk beeld van de verhouding tussen coalitie en oppositie. Allereerst omdat het parlementaire debat slechts een gedeelte van het representatieve werk betreft, maar ook omdat de retorische polarisatie zich toch vooral laat gelden door en ten aanzien van enkele van de rechtse oppositiepartijen – met Forum voor Democratie als meest bekende voorbeeld. In dit stuk kijk ik niet naar wat de parlementariërs zeggen, maar hoe ze stemmen. Dat biedt een zicht op een ander, maar belangrijk, deel van het parlementaire werk. Uit een analyse van hun parlementaire stemgedrag komt naar voren dat oppositiepartijen onder Rutte-IV heel uiteenlopend stemmen. Niet alleen inhoudelijk, maar ook in de mate waarin hun stemgedrag onderscheidend is van de regering en de coalitiepartijen. Steun voor wetgeving Allereerst kunnen we kijken naar de wetsvoorstellen van de regering die onder Rutte-IV in stemming zijn gebracht. Ik laat de begrotingswetten daarbij buiten beschouwing. Het verwerpen van wetsvoorstellen van de regering is een duidelijk manier voor oppositiepartijen om zich af te zetten tegen het regeringsbeleid. Toch zien we over het algemeen veel steun voor wetgeving onder oppositiepartijen. Partijen als Volt, PvdA en GroenLinks en ook de eenpitters Den Haan en Gündoğan steunen ruim 9 op de 10 wetsvoorstellen van de regering. Bij DENK, SP en PvdD gaat het om ongeveer 8 op de 10, en voor BIJ1 iets minder dan 7 op de 10. Bij de oppositiepartijen die je rechts van de regering zou kunnen plaatsen zien we iets lagere percentages, vooral bij Forum (steun voor minder dan de helft van de wetsvoorstellen). PVV, JA21 en Van Haga steunen zo’n 7 op de 10 wetsvoorstellen. Bij Omtzigt, SGP en BBB betreft het pakweg 8 op de 10 wetsvoorstellen. Ter vergelijking staan in onderstaande figuur ook de cijfers voor Rutte-III, waarbij we redelijk vergelijkbare patronen terugzien. [caption id="attachment_341112" align="aligncenter" width="800"] © Stuk Rood Vlees Tom Louwerse Steun-wetgeving[/caption] Nu zijn niet alle wetsvoorstellen even politiek gevoelig. Sommige wetsvoorstellen worden afgedaan als hamerstuk en die heb ik sowieso buiten beschouwing gelaten, maar er zijn ook wetsvoorstellen die unaniem worden aangenomen. Als we die buiten beschouwing laten, dan blijven de percentages steun voor wetgeving relatief hoog voor de meeste partijen, maar bij sommige partijen die al minder vaak steun gaven daalt het percentage nog verder: Forum steunde minder dan 3 op de 10 niet-unaniem gesteunde wetsvoorstellen, en ook voor PVV en Van Haga ligt dit net boven de 5 op de 10. Onder de linkse oppositiepartijen zien we vooral relatief weinig steun bij BIJ1 (iets meer dan 5 op de 10). [caption id="attachment_341113" align="aligncenter" width="800"] © Stuk Rood Vlees Tom Louwerse Steun-wetgeving-in-niet-unanieme-stemmingen[/caption] Hier zien we dus een zeer divers beeld van de mate waarin oppositiepartijen wetgeving van het kabinet steunen: sommige, vooral linkse oppositiepartijen, stemmen heel vaak voor die wetgeving. Aan de andere kant staan partijen als Forum, PVV, Van Haga en in mindere mate BIJ1 die dit veel minder vaak doen. Voorstellen van oppositie- en coalitiepartijen Nu betreft wetgeving maar een klein gedeelte van het totaal aan stemmingen in de Tweede Kamer. De meeste stemmingen gaan over moties, op afstand gevolgd door amendementen. Veel van die voorstellen worden ingediend door oppositiepartijen. Hoe stemt men daarover in de Tweede Kamer? [caption id="attachment_341114" align="aligncenter" width="800"] © Stuk Rood Vlees Tom Louwerse Steun-voorstellen-naar-indiener[/caption] Voorstellen van coalitiepartijen in de Tweede Kamer worden vaak gesteund door die coalitiepartijen zelf en ook door veel linkse oppositiepartijen. Ook BBB, Omtzigt en SGP steunen die moties en amendementen vaak. Dat zijn natuurlijk meestal geen voorstellen die een serieuze bijsturing van het kabinetsbeleid vragen, maar door de steun van de coalitie wel vaak succesvolle manieren om punten te agenderen en een beetje bij te sturen. Met name onder de radicaal-rechtse oppositie zien we minder vaak steun voor deze moties en amendementen. Als een linkse partij de eerste indiener is van een motie of amendement, kan deze heel vaak rekenen op de steun van (andere) linkse oppositiepartijen. Ook BBB en Omtzigt stemmen relatief vaak voor deze moties en amendementen. Coalitiepartijen steunen oppositievoorstellen minder vaak – dat is geen nieuw verschijnsel – maar voor CU en D66 geldt dat zij ongeveer de helft van de moties en amendementen van linkse indieners steunen. Moties en amendementen van rechtse oppositiepartijen krijgen vooral vaak steun van (andere) rechtse oppositiepartijen. Daar zit wel behoorlijk wat variatie in (bijv. Omtzigt steunt minder dan 7 op de 10 voorstellen en rechtse oppositiepartijen), maar dat is wellicht begrijpelijk als je bedenkt dat het ook gaat over voorstellen van bijvoorbeeld Forum om abortus te beperken, door te gaan met gaswinning in Groningen en geen verblijfsvergunningen te geven aan Oekraïners. Linkse oppositiepartijen steunen voorstellen van rechtse oppositiepartijen niet erg vaak; alleen Denk en SP komen boven de 50% steun uit. Ook de regeringspartijen steunen deze moties en amendementen weinig (zo rond de 2 op de 10) en ook minder vaak dan voorstellen van de linkse oppositiepartijen. Onderscheidend en geloofwaardig De analyse laat dus een zeer diverse oppositie zien. Met name sommige linkse oppositiepartijen steunen vaak wetgeving van de regering en hun eigen voorstellen weten, weliswaar minder frequent maar toch nog regelmatig, steun te verwerven van in ieder geval een deel van de coalitie. Het recent door de regering overgenomen PvdA/GroenLinks-voorstel voor een prijsplafond in de energierekening is daar een sprekend voorbeeld van. Een voordeel van een dergelijke opstelling voor oppositiepartijen is dat ze daarmee soms (belangrijke) punten kunnen binnenhalen, zeker als hun steun in de Eerste Kamer noodzakelijk is. Het nadeel is dat ze – in ieder geval in termen van parlementair stemgedrag – minder onderscheidend zijn ten opzichte van de regeringspartijen. Daardoor is voor kiezers bij de volgende verkiezingen ook minder duidelijk wat er zou veranderen als deze partijen aan het roer komen. Aan het andere uiterste zien we partijen als Forum, PVV en Van Haga die relatief vaak tegen wetgeving stemmen, voorstellen van coalitiepartijen vaak verwerpen en hun eigen voorstellen juist vaak verworpen zien door de coalitie en linkse oppositie. Forum en PVV zijn door veel andere partijen uitgesloten van coalitiedeelname en dat zien we ook terug in hun gedrag: zij hebben weinig te winnen bij constructieve oppositie en gaan ‘vol op het orgel’. Hun probleem daarbij is dat ze daarmee wel heel onderscheidend zijn, maar binnen het evenredige en gefragmenteerde Nederlandse politieke landschap nauwelijks een geloofwaardig alternatief kunnen bieden, omdat ze na eventuele verkiezingen weer samen zouden moeten werken met partijen als CDA en VVD om een meerderheidscoalitie te kunnen vormen. Het is in een gefragmenteerd en evenredig politiek systeem als het Nederlandse dus lastig om als oppositiepartij een onderscheidend en tegelijkertijd geloofwaardig alternatief te bieden. Regeringen veranderen nooit geheel van (partij)samenstelling en de partijen die de meeste kans lijken te maken op toekomstige regeringsdeelname zijn ook die oppositiepartijen die wetsvoorstellen van de huidige regering al relatief vaak steunen. Kiezers die echt ander beleid willen, kunnen weliswaar uitwijken naar meer radicale oppositiepartijen, maar het is niet de verwachting dat die partijen electoraal sterk genoeg zullen zijn om een regering te vormen. De Nederlandse kiezer heeft een keuze uit een breed scala aan (oppositie)partijen, maar de invloed op de regeringssamenstelling is in de praktijk beperkt.   Verantwoording De bovengenoemde analyses zijn uitgevoerd op basis van de Dutch Parliamentary Behaviour Dataset, welke het stemgedrag van politieke partijen in de Tweede Kamer omvat. De meeste analyses omvatten de stemmingen sinds het aantreden van Rutte-IV t/m 6 oktober 2022 (in totaal 2710 stemmigen, waarvan 2435 over moties, zo’n 186 over amendementen, 59 over wetsvoorstellen van de regering, 12 over initiatiefwetten en 16 over begrotingswetten). Deze dataset wordt ieder jaar bijgewerkt; de nieuwste data komt eind dit jaar beschikbaar. De DPBP maakt gebruik van de door de Tweede Kamer ontsloten data. Het ontsluiten van deze data voor sociaal-wetenschappelijk onderzoek werd voor de periode na 2017 mede mogelijk gemaakt door het Profileringsgebied Political Legitimacy van de Universiteit Leiden en als onderdeel van het project ‘Who opposes?’ (Projectnummer: VI.Vidi.195.020) dat gefinancierd is door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk onderzoek.

Door: Foto: Tweede Kamer Schermafbeelding Debat gemist stemmingen 18-10-2022
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Een voorbarige brief of hoe de Eerste Kamer haar boekje te buiten gaat

COLUMN - van Prof.Dr. Bert van den Braak

Artikel 85 van de Grondwet bepaalt dat een voorstel van wet zoals het door de Tweede Kamer is aangenomen ter overweging aan de Eerste Kamer wordt gezonden. De Eerste Kamer komt bij wetgeving dus pas in beeld nadat zij een wetsvoorstel heeft toegezonden gekregen.

De brief waarin oppositionele fracties minister Kuipers waarschuwen rekening te houden met een wens van de Eerste Kamer is in die zin inconstitutioneel. De Eerste Kamer verlangt dat de (nog in te dienen) coronawet bepalingen bevat waardoor de Eerste Kamer de mogelijkheid krijgt om mee te praten over uitvoeringsmaatregelen.

Nu kun je de stelling innemen dat het wetsvoorstel in consultatie is en dat ook leden/fracties van de Eerste Kamer de mogelijkheid hebben om commentaar te leveren en zelfs wensen te formuleren. Het is aan de minister om daaraan wel of niet tegemoet te komen. De Eerste Kamer is echter zelf speler in het wetgevingsproces, met als krachtig middel het vetorecht. De Eerste Kamer kan zo de minister nagenoeg dwingen zijn wetsvoorstel op voorhand aan te passen, los van wat de Tweede Kamer daar van vindt.

Over de vraag of zeggenschap van de Eerste Kamer bij uitvoeringsmaatregelen noodzakelijk is, kan worden getwist. Ook daarbij geldt het primaat van de Tweede Kamer: die kan het kabinet op dat punt controleren. Overigens heeft de Eerste Kamer het recht van interpellatie en is ook zij bij machte het kabinet ter verantwoording te roepen.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Mooi inkijkje in de zelfverrijking van de Russische politieke top

Oppositieleider Aleksej Navalny heeft een film gemaakt waarop de enorme rijkdommen van Dmitri Medvedev getoond worden, inclusief uitleg over het louche corruptienetwerk wat gebruikt is om deze rijkdommen te vergaren.

Het bijzondere is natuurlijk niet de corruptie in Rusland – dat wisten we al. Het bijzondere is dat Navalny hier een goede lange film over maken kan, met miljoenen hits op YouTube, en nog steeds leeft.

Blijkbaar rommelt het in Rusland.

Foto: Grigory Gusev (cc)

Odyssee door Rusland wegens Rammstein-clip

Op 29 april 2021 werd Andrej Borovikov uit Archangelsk veroordeeld tot twee jaar en zes maanden strafkolonie. Ardy Beld sprak hierover met de echtgenote van Andrej, Darja Borovikova. Haar man kreeg deze straf voor het opslaan van de videoclip ‘Pussy’ van Rammstein in zijn profiel op het sociale netwerk vk.com. De rechter achtte het bewezen dat de lokale ex-coördinator van Navalny’s Fonds voor Corruptiebestrijding hiermee pornografie verspreidde. Het opslaan geschiedde al in 2014, maar leidde nu pas tot een veroordeling. De videoclip is vrij toegankelijk in de database van vk.com. Verschillende activisten maakten met eenmansprotestacties op de absurde zaak opmerkzaam, maar werden opgepakt wegens het overtreden van ‘sanitair-epidemiologische voorschriften’. Inmiddels heeft de ‘criminele verspreider van Duitse muziekvideo’s’, zoals Borovikov zijn brieven ondertekent, gedurende de laatste twee maanden een ware odyssee door Europees Rusland achter de rug. Een update van zijn zaak.

Rondreis door burchten en forten

Van 29 april tot 30 mei bevond hij zich in detentiecentrum Nr. 4 in zijn woonplaats Archangelsk. Dit centrum is aangesloten op een onlinesysteem voor correspondentie met de gedetineerden. Zodoende was een redelijk vlot contact met de buitenwereld mogelijk. Bovendien kon Borovikov nog pakketjes ontvangen van zijn zwangere echtgenote, andere familieleden, vrienden en kennissen. Op 30 mei werd hij onverwacht gedeporteerd naar de gevangenis van Jaroslavl, 1000 kilometer naar het zuiden. Op 7 juni werd hij wederom totaal onvoorzien overgeplaatst naar de penitentiaire inrichting in een fort bij de stad Kirov. Deze stad ligt 700 km ten oosten van Jaroslavl en is eveneens 1000 kilometer verwijderd van zijn woonplaats. De activist beschrijft zijn odyssee met humor: ‘Tot voor kort zat ik in een burcht uit de tijd van Catharina de Grote. Daar was ik een week. Sinds de tijd van Catharina is er kennelijk niet veel aan verbouwing gedaan. Nu woon ik in een fort uit de 17e eeuw. Ik reis door het land en woon uitsluitend in burchten en forten. Onze dierbare overheid heeft speciaal voor mij een monumentenreis georganiseerd…’

Foto: Schermafbeelding videostream Tweede Kamer stemmingen moties 18 maart 2020

Verkiezingscampagnes begonnen

COLUMN - Politieke partijen moeten uiterlijk 21 december 2020 hun partijnaam bij de Kiesraad laten registreren om onder deze naam deel te nemen aan de Tweede Kamerverkiezing. Je zou denken dat de verkiezingscampagnes dan echt los gaan. Maar nee…

Met de verkiezingen van een lijsttrekkertje hier en een nominatie voor het minister-presidentschap daar, die moet concurreren met deez’ of wellicht toch gene, zat de stemming er al een beetje in en Prinsjesdag 2020 heeft het verkiezingsvuur echt doen ontbranden.

De eerste campagnespeech is vanmorgen afgestoken door de heer Wilders, die als eerste op de sprekerslijst van de APB (Algemene Politieke Beschouwingen) stond.

Tijdens een van de vele interrupties sprong Baudet in en verklaarde zich solidair met de PVV, waarop Wilders hem bedankte en de hoop uitsprak dat PVV en FvD in maart 2012 alle andere partijen zullen ‘overrulen’.

Aan het einde van zijn betoog openbaarde hij zijn verkiezingsprogramma (niks nieuws, de bekende riedel: geen hoofddoekjes, geen geld naar Zuid-Europa en naar asielzoekers, behoud van Zwarte Piet, etc., etc.) en riep hij de kiezers op 10 jaar Rutte-beleid weg te vagen door op de PVV te stemmen en de partij de grootste van Nederland te maken.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

De kwaal en de middelen

COLUMN - van Prof.Dr. Bert van den Braak

Zelfverrijking, pensioenkortingen, een latere AOW-leeftijd, geringe kansen op de arbeidsmarkt, hogere zorgkosten, financiële gevolgen van de energietransitie, niet-nagekomen beloften, vermeende Europese bemoeienis, regeldruk, komst van migranten, moeizame integratie, vrees voor terrorisme, mislukte overheidsprojecten, het bestaan van voedselbanken. Het zijn allemaal – afzonderlijk of in combinatie – redenen, met name voor lager opgeleiden, om ontevreden te zijn over ‘de politiek’. Daarbij geldt zeker een gevoel van zich ‘niet gehoord’ voelen. ‘Ze doen maar en ze luisteren toch niet naar ons’.

De analyse in het eindrapport van de Staatscommissie parlementair stelsel dat er sprake is van een kloof tussen hoger en lager opgeleiden is op zichzelf juist. Dat is echter primair een politieke kloof en heeft hoogstens indirect met ‘het stelsel’ te maken. Betwijfeld moet dan ook worden of wijzigingen in het stelsel die kloof kleiner zullen maken.

De stem van ontevredenen is wel degelijk in het parlement vertegenwoordigd. Partijen als SP, PVV, 50PLUS en Forum vertolken dat geluid. Dat doen ze op een eigen toon en met eigen voorstellen voor een ander beleid. De SP kwam bij de afgelopen verkiezingen met een voorstel voor een ander zorgstelsel. 50PLUS heeft duidelijke voorstellen om de positie van gepensioneerden en van oudere werknemers te verbeteren. De PVV en Forum bepleiten een Nexit en directe democratie. Dat de ‘ontevreden’ zich toch onvoldoende vertegenwoordigd achten, komt omdat deze oppositiepartijen nauwelijks kans maken om tot regeren te komen. De SP had in 2006 een electoraal hoogtepunt (25 zetels), maar wist dat succes niet te bestendigen en kon zich niet herstellen, zelfs niet bij het smadelijke verlies van de PvdA in 2017. De gedoogconstructie van de PVV (2010-2012) liep spoedig spaak. Deze oppositiepartijen, en het geldt ook voor het kleinere 50PLUS, zijn vrij machteloos. De stem van onvrede wordt wel vertolkt, maar vindt geen weerklank.

Foto: Jon S (cc)

Een poepje op de principes

COLUMN - Joris Luyendijk schreef begin deze maand een wrang essay voor De Correspondent, waarin zijn wanhoop over de staat van de politiek doorklonk. Onderzoeksjournalisten duikelen het ene schandaal na het andere op, ze spitten gigabytes aan informatie door, ze traceren hoe geld van internationals via Nederlandse postbussen en allerhande complexe constructies wordt weggesluisd, zodat die amper ergens belasting betalen. Ze schrijven er prachtige stukken over, de commotie is enorm, iedereen is in rep en roer – en vervolgens gebeurt er niets.

Er is amper een solide oppositie te bekennen die regeringen of kabinetsleden tot de orde roepen, en telkenmale sluiten de regeringspartijen braaf de gelederen, terwijl ze voor het schellinkje luidkeels klagen over al die meloenen die ze moeten doorslikken. ‘Heb meelij met ons! Wij hebben het hier ook zwaar mee,’ koeren ze, terwijl ze hun borst pront vooruit steken en weer een poepje op hun principes doen.

Op die manier, betoogt Luyendijk, worden onderzoeksjournalisten huns ondanks gereduceerd tot useful idiots. Ze houden de schijn van een zelfreinigend systeem in stand. Bij betrokken burgers veroorzaakt de huidige gang van zaken steeds meer apathie en desolaatheid: ‘Er gebeurt he-le-maal niets met alle opgediepte feiten en schandalen.’ Anderen slaan er vooral een populistisch slaatje uit: ‘Zie je wel, ze houden elkaar allemaal de hand boven het hoofd.’ En een derde groep ziet er voer voor complotten in.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: Minister-president Rutte (cc)

Herfstakkoord is uitbreiding coalitie

ANALYSE - Het is natuurlijk spannend hoe de Begrotingsafspraken 2014 door de wandelgangen gedoopt zullen worden. ‘Herfstakkoord’ is al bezet. ‘Fundatieakkoord’ verwart parlementaire arbeid met plaatselijk toerismebeleid. ‘Mannenbroedersakkoord’ is te geestig, en ‘Crematoriumakkoord’ zal de spin vanuit de voorstanders niet overleven. Maar belangrijker dan dat: wat is het precies? Het aanlijnen van drie nieuwe bedrijfspoedels of een gelegenheidsdeal, zoals het Woonakkoord was?

Het plaatje van de persconferentie wekte een weinig bescheiden indruk: Pechtold, Slob en Van der Staaij runnen nu de show. Samsom en Zijlstra stonden aan de zijkant klappen te incasseren. Hun begroting kon wel degelijk anders en beter. Meer banen, meer onderwijs, meer lastenverlichting – allemaal mogelijk voor wie even wil doorrekenen. Rutte en Dijsselbloem stonden er zo mogelijk nog bedremmelder bij. Voor de goede orde: Rutte is de minister-president van dit land. Dijsselbloem is de minister van Financiën en voorzitter van de Eurogroep. Van der Staaij runt een club met drie zetels en zat onlangs in Straatsburg te klagen dat zijn fundamentele mensenrecht op het weren van een skeelerende superwoman geschonden was.

Wat over de aard van de nieuwe constructie gecommuniceerd wordt, is veel minder snoevend. D66, SGP en CU benadrukken dat zij geen nieuwe gedogers zijn. Zij zullen dit kabinet nog op talloze onderwerpen te vuur en te zwaard bestrijden, zo luidt de belofte. Anderzijds is er de principiële voorkeur vanuit dit kabinet om ook volgende begrotingen met behulp van dezelfde zijwieltjes in het Staatsblad te krijgen. Het motorblok van het regeringsbeleid, het sociaal-economische deel, is het beleid van een supercoalitie geworden. Die kan hoogstens groter worden. Mogelijk krijgt het CDA het toch te kwaad met de gedachte dat zij tussen Wilders en Roemer de zijlijn bevolken. Heel erg geloofwaardig is het tenslotte niet om uit naam van het ‘radicale midden’ afstand te nemen van beleid dat verder gesteund wordt door alles wat zich in het politieke midden bevindt.

Foto: Erik Barfoed (cc)

‘Mijn indruk is dat het Westen Assad aan de macht wil houden’

INTERVIEW - ‘Don’t say you don’t know how to help.’ Vredeactivist Fadi Hallisso klinkt getergd als hij deze laatste woorden spreekt tijdens zijn actualiteitencollege op dinsdag 24 september in het Erasmusgebouw van de Radboud Universiteit van Nijmegen. Hallisso, priester en ingenieur,  is afkomstig uit Aleppo en vluchtte vanwege de Syrische burgeroorlog naar Beiroet in Libanon.  Hier zette hij samen met IKV Pax Christi een organisatie op die zich inzet voor de slachtoffers van de Syrische burgeroorlog. In zijn lezing vertelt Hallisso een publiek van rond de zestig man over de situatie in zijn thuisland en roept hij op tot hulp. Uit de vragen van het betrokken en met vlagen geëmotioneerde publiek blijkt duidelijk waar het pijnpunt ligt: we willen best geld geven, maar niet aan jihadisten. En dat is waar het uiteindelijk op neer komt. Of niet?

Vlak voor de lezing ontmoet ik Hallisso voor een kort interview. In het onderstaande verslag is ook een deel van de vragen van het publiek verwerkt.

What is the current situation of the Syrian refugees in Lebanon?

‘It is very bad. We estimate that there are over 1.2 million Syrians that crossed the border into Lebanon. That means that one out of five people that are now residing in Lebanon is a refugee. There are no camps. The refugees had to go to the cities looking for a shelter, whether it was a small apartment or basement. Families share rooms. There are no commodities, no sanitation, no blankets, no schools. And the winter is coming. One of the biggest concerns right now is the waiting period for the newcomers. They have to wait three to four months before being able to register as a refugee and gain access to necessary help and commodities. In the meantime they have nothing and are literally left to fend for themselves.’

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Volgende