Workshop Nieuw Kapitalisme

Er was in 2008 een wereldwijde economische crisis voor nodig om het neoliberalisme uiteindelijk toch niet van z’n plaats te krijgen als dominante ideologie. Als een crisis, zo groot, die verandering niet teweeg brengt, hoe moet zo’n verandering waarvan de noodzaak voor velen duidelijk is dan beginnen? Klein? Laten we eerst een paar dingen op een rij zetten over ideologieën, zoals de vraag wat we überhaupt onder een ideologie moeten verstaan? Je kunt zeggen, een ideologie is een min of meer samenhangend stelsel van begrippen en ideeën. Een stelsel dat, in tijden van brede ideologische consensus, meestal op de achtergrond aanwezig is en zelf niet wordt betwist. Ze vormt dan de grondslag van het dagelijkse politieke en maatschappelijke debat. Vergelijkbaar met het speelveld in de sport: de lijnen op het voetbalveld, de zwart-witvlakken op het schaakbord, ze worden als uitgangspunt geaccepteerd. Oude ideologieën Neoliberalisme wordt de ideologie genoemd die in de jaren 80 dominant werd en waar zeker tot de kredietcrisis in 2008 brede consensus over bestond. Ze werd voorgegaan door het keynesianisme dat sinds de Tweede wereldoorlog leidend was geweest, maar geen antwoord had op de economische turbulentie in de jaren 70. Stagflatie bijvoorbeeld - een combinatie van inflatie en een stagnerende economie - kon binnen het keynesiaanse begrip van de economie eigenlijk niet bestaan. De ideologische consensus verbrokkelde, mede door de neoliberalen die wel antwoorden leken te hebben. Naar haar vertolkers werd steeds meer geluisterd en dat plaveide de weg voor een ideologische en een politieke omwenteling. Hoewel die opeenvolging iets anders suggereert wortelen het keynesianisme en het neoliberalisme in dezelfde tijd. Het zijn generatiegenoten uit de jaren 30 van de vorige eeuw. De tijd van de grote depressie, waar het keynesianisme een antwoord op zocht door de overheid een grotere economische rol toe te dichten. En de tijd van wereldoorlogen, waarin politieke leiders, ook in het westen, veel economische macht naar zich toetrokken om de krijgsmacht te kunnen mobiliseren. De neoliberalen zagen daarin een bedreiging van de individuele vrijheid. [1] Na de oorlog verdween die dreiging niet, maar kreeg een andere vorm met de uitdijende verzorgingsstaat. Zij keerde zich daar tegen. Het keynesianisme werd echter eerst politiek dominant en het neoliberalisme pas veel later. Toen het neoliberalisme eindelijk ideologisch en politiek de overhand kreeg, waren haar belangrijkste ideologen - Friedrich Hayek (1899-1992) en Milton Friedman (1912-2006) - al (hoog) bejaard . Dat is ondertussen meer dan 40 jaar geleden. Versmelting In de jaren 90 zagen we een zekere versmelting van beide ideologieën. De sociaaldemocratie, waar het Keynesianisme de economische basis voor vormde, begon ideeën over markten over te nemen en politiek te gebruiken. Ze werd onderdeel van de neoliberale consensus. Dat gebeurde in de personen van Clinton, Blair en Kok. Op de vraag wat haar grootste prestatie was antwoordde Thatcher dan ook: “Tony Blair and New Labour. We forced our opponents to change their minds.” In zijn boek Goliath  beschrijft Matt Stoller hoe Clinton verder ging op de door Reagan ingeslagen weg en de neoliberale revolutie voltooide. “With the end of the Cold War, Clinton took neoliberalism global. Through the North American Free Trade Agreement, the restructuring of relationships with China, and the creation of the World Trade Organization”. [2] Die versmelting heeft gevolgen gehad, zoals een gevoel van verraad bij traditioneel links dat z’n idealen verkwanseld zag. In Nederland te zien in de neergang van de PvdA (waar Johan Fretz deze documentaire over maakte) en de opkomst van nieuwe linkse(re) partijen, zoals de SP. De partij die die ideologische consensus wel en voortdurend ter discussie stelde. Maar noch de SP noch enige andere partij bracht werkelijk ideologische vernieuwing. Consensus Wat die ideologische versmelting ook opleverde was een brede consensus over de taal waarmee het economische speelveld werd beschreven. Links en rechts hebben het beide over de markt. Links is er vaak argwanend over, rechts valt ervoor in katzwijm. Maar over wat dat betekent, de markt, daar lijkt geen onenigheid over te bestaan. En dat geldt voor het hele vocabulaire van onze politieke economie: bedrijven, markten, marktwerking, vrije markt, innovatie, etc. Oppervlakkig gesproken is iedereen het eens over wat het allemaal betekent en geen politicus gaat de diepte in. Doe je dat wel en hou je die taal serieus tegen het licht, dan moet je al snel concluderen dat ze is verouderd en steeds betekenislozer wordt. Die taal van de zogenaamde vrije markt, waarvan de huidige betekenis is ingekleurd door Friedman en Hayek, heeft z’n glans allang verloren. Daarbij komt dat veertig jaar globalisering en digitalisering onze economie vergaand heeft veranderd. Dat levert nieuwe spanningen en conflicten op die met oude begrippen niet altijd onder woorden te brengen zijn. Workshop Nieuw Kapitalisme Die taal is het beginpunt van deze serie Workshop Nieuw Kapitalisme. [3] Die taal, waar iedereen zich van bedient om over politieke economie na te denken, wil ik uit z’n context wrikken en tegen het licht houden. Om te zien welke ideeën en begrippen van waarde blijven en welke niet. Om schetsend en met knip- en plakwerk andere ideeën en analyses voor het voetlicht te brengen en reacties daarop te krijgen. Een workshops als laagdrempelige vorm om gewoon maar ergens te beginnen en een kleine bijdrage te leveren aan de grote opgave waarvan velen zien dat die er is. Hoe de ideologische opvolger van het neoliberalisme er ook uit zal zien, verandering vraagt om een andere taal, om een nieuwe belijning van het speelveld van onze politieke economie. In afwachting van een volgende Keynes of Hayek, kunnen we vast klein beginnen met nadenken over iets groots. Ons proberen te verbeelden hoe een andere politieke constitutie van ons economisch leven eruit kan zien. [1] Lees Friedrich Hayeks The Road to Serfdom (wiki) [2] Matt Stoller, Goliath - The 100 year war between monopoly power and democracy, Simon & Schuster Paperbacks, 2019, p.417 [3] Een uitgebreidere inleiding is hier te lezen. --------- Dit is de inleiding van de serie Workshop Nieuw Kapitalisme. Deze serie verschijnt tevens op Substack. Geïnteresseerden kunnen zich daar inschrijven voor een nieuwsbrief, die bij elk nieuw artikel wordt verstuurd. 

Foto: Andrew Newton (cc)

Waarom komt een alternatief voor het neoliberalisme niet van de grond?

ANALYSE - Het neoliberalisme is in de afgelopen jaren veelvuldig dood verklaard, maar lijkt ondertussen maar niet op te houden met bestaan. Dat is moeilijk los te zien van het gebrek aan een alternatief. Mensen willen best afscheid nemen van oude ideeën, maar dan moeten er wel nieuwe ideeën voor in de plaats komen. Waar zijn die nieuwe ideeën? Waar zijn de alternatieven?

Blijven hangen in het einde van de geschiedenis

Een deel van de verklaring ligt misschien in wat is blijven hangen van het befaamde artikel van Francis Fukuyama, The end of history or the last man. Het idee dat de liberale democratie een eindstadium is in de ontwikkeling van ons politieke systeem en ‘an unabashed victory of economic and political liberalism’. Hij zag een ‘total exhaustion of viable systematic alternatives to Western liberalism’.

Als alle alternatieven falen en je houdt het voor mogelijk dat er één systeem overblijft, als een eindstadium van een voltooide ontwikkeling, dan ligt nadenken over alternatieven niet voor de hand. In dat licht is het huidige besef dat er alternatieven nodig zijn vooruitgang. Een besef dat is geholpen door de antiglobalisten en Occupy. En door de econoom Piketty die aantoonde wat iedereen al dacht te zien, namelijk het probleem van toenemende verschillen tussen rijk en arm. In die zin komt het einde van de geschiedenis ten einde, maar dat betekent niet dat er al een nieuw begin is.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Quote du jour | I have no racial prejudices

I don’t have many strong dislikes. I admit that as a teacher – I have no racial prejudices in general – but there were certain types, and conspicuous among them the Near Eastern populations, which I still dislike because they are fundamentally dishonest. And I must say dishonesty is a thing I intensely dislike. It was a type which, in my childhood in Austria, was described as Levantine, typical of the people of the eastern Mediterranean. But I encountered it later, and I have a profound dislike for the typical Indian students at the London School of Economics, which I admit are all one type – Bengali moneylender sons. They are to me a detestable type, I admit, but not with any racial feeling. I have found a little of the same amongst the Egyptians – basically a lack of honesty in them.

Foto: Marco Sanchez (cc)

Het neoliberalisme is de oorzaak van de crisis

ANALYSE - Vorige week heb ik een kritisch stuk geschreven over het voorstel van het Burgerinitiatief Ons Geld om het volgeldsysteem in te voeren. Het is door Sargasso lezers slecht ontvangen [1]. Ik zou het volgeldsysteem geen recht doen en niet goed begrepen hebben wat het inhoudt en wat de bedoeling ervan is.

‘Volgeld’ is een voorbeeld van een plan [2] dat voortkomt uit oprechte verontrusting over het financieel-economisch beleid. Die zorgen deel ik, en ik heb respect voor het idealisme van de indieners, maar ondanks de goede bedoelingen ben ik kritisch. Niet alleen omdat het plan utopisch is, maar ook omdat dat het gebaseerd is op een verkeerde analyse van de problemen.

Ook de euro is het resultaat van een utopie. Het was ooit de droom van de Europese elite om Europa, door het creëren van één geldsysteem te verenigen. Integendeel, hun droom is nu onze nachtmerrie zonder dat Europa erdoor verenigd is. Ik zal vandaag laten zien waarom. Morgen verschijnt een stuk van Gerben Nap van de Stichting STRO met een reactie op mijn vorige artikel. Later deze week zal ik daarop reageren.

De oorsprong van het eurosysteem

De eerste ideeën voor een nieuw geldsysteem in Europa ontstonden na het uiteenvallen van Bretton Woods, waarin alle munten gekoppeld waren aan de dollar. Het nieuwe systeem moest de basis vormen van de economische gemeenschap (EEG) en zou uiteindelijk moeten leiden tot een politieke unie (EU).

Foto: Ivy Dawned (cc)

Klimaatscepsis en conservatisme (1): waar komt de afwijzing van wetenschap vandaan?

ANALYSE - Wat zit er achter de klimaatscepsis bij liberalen en conservatieven? Is het gebrek aan kennis of onwil om de rekening te betalen, of zit er meer achter? Een analyse aan de hand van het in juli 2014 verschenen rapport ‘Zeker van energie’ van de Teldersstichting.

Het is verontrustend dat de denktank van een partij die in het centrum staat van de macht in Nederland – dat kun je wel zeggen van de VVD – is bevangen door pseudowetenschappelijk denken. Door ons en anderen is al geschreven over de sceptische houding ten opzichte van klimaatverwarming in het Teldersstichting-rapport Zeker van energie. Recent liet ook een Tweede Kamerlid van de VVD, Remco Dijkstra merken, dat hij twijfelt aan de resultaten van klimaatonderzoek door te beweren dat het IPCC een organisatie is van ongenuanceerde onheilsprofeten.

Wat bij de VVD gebeurt, is onderdeel van een internationale trend. Vooral in Angelsaksische landen is onder conservatieve partijen al langer sprake van toenemend wantrouwen in de resultaten van klimaatwetenschap. Het gaat daarbij om conservatieve en liberale partijen die een marktgeoriënteerde politiek voorstaan. Een van de eerste maatregelen die de conservatieve regering van Tony Abbott in Australië nam was dan ook de opheffing van de klimaatcommisie. Dit jaar werd de CO2-belasting op fossiele brandstof afgeschaft en adviseurs van de Australische regering waarschuwden voor afkoeling van het klimaat. De voorstellen in het rapport van de Teldersstichting gaan niet zo ver, maar de achterdocht ten opzichte van de klimaatwetenschap is duidelijk aanwezig.

Ik ga hier niet inhoudelijk in op de argumenten van conservatieve klimaatsceptici. Op Sargasso en door anderen is de ‘klimaatscepcis’ van het rapport al voldoende weerlegd. Wat mij interesseert is de vraag waar de scepsis vandaan komt. Hoe is het mogelijk dat een wetenschappelijk bureau van een belangrijke partij in Nederland zich zo onwetenschappelijk opstelt? Ik zal laten zien dat conservatieven fundamentele problemen hebben met wetenschap in het algemeen.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Quote du jour | Vrijemarktprincipes

De in 1992 overleden Oostenrijkse politiek-econoom en filosoof Friedrich Hayek stelde dat een op vrij economisch verkeer gebaseerde federatie van natiestaten een effectief middel vormt om het regulerend vermogen van elke afzonderlijke staat in te perken. Maar dan moet de democratische macht natuurlijk niet naar het federale niveau verplaatst worden, want dan dreigt die regulering alsnog.

Uiteenlopende belangen en een gebrek aan onderlinge binding kunnen dat helpen voorkomen. Als daarnaast de vrijemarktprincipes juridisch zwaar verankerd worden, is een economie op liberale grondslag veiliggesteld. Dit pleidooi van Hayek, 75 jaar geleden, doet sterk denken aan de wijze waarop de Europese Unie vanaf de jaren negentig is gaan functioneren.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Quote van de Dag: Hayek en Rand

[qvdd]

Ik lees liever Hayek en Ayn Rand dan Keynes en Etty. [..] Mijn lotsverbondenheid geldt de laatste autochtonen in Transvaal of de Tarwewijk, niet de elites die een miljoen moslims op ons dak stuurden.

Martin Bosma spreekt zichzelf in zijn column in NRC Handelsblad tegen. Hoe kan hij tegelijk bewonderaar zijn van vrijemarktfundamentalisten Hayek en Rand en lotsverbondenheid voel met ‘de laatste autochtonen’ in Transvaal of de Tarwewijk? Zowel Hayek als Rand waren zelf immigranten die hadden gevonden dat de autochtone bewoners hun handen uit de mouwen hadden moet steken in plaats van immigranten de schuld te geven van hun problemen.

(Andere vraag: waarom heeft Martin Bosma een column gekregen in NRC Handelsblad? Met Ellian hebben ze toch de positie van ‘columnist die moeite heeft met elementaire logica’ toch al gevuld?)

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.