ANALYSE - Waarom Nederland geen aparte wet krijgt tegen hate speech op internet.
De Duitse Bondsdag heeft op 30 juni j.l. de Netzwerkdurchsetzungsgesetz-NetzDG aangenomen. Dat is een wet die haatdragende, discriminerende en andere ongewenste uitingen op internet moet tegengaan. Beheerders van internetplatforms zoals Facebook lopen het risico op hoge boetes als ze niet goed hun best doen om de vuilspuiterij direct van het net te verwijderen.
Nederlandse parlementariërs vroegen onze regering in april of we hier ook niet zo’n wet zouden kunnen gebruiken. Nee, antwoorden de ministers Blok en Plasterk op 5 juli in een uitgebreide brief die laat zien dat vrijheid van meningsuiting hier anders wordt benaderd dan bij onze oosterburen.
Allereerst benadrukt de regering in principe voorstander te zijn van van zelfregulering als het om zaken gaat die het particuliere bedrijfsleven betreffen. Sinds de overheid eind vorige eeuw besloten heeft zich op tal van terreinen als regelaar terug te trekken gaat zij niet vooraan staan om te voldoen aan een vraag om in te grijpen. Blok en Plasterk wijzen in dat verband op de gedragscode die in Europees verband met internetbedrijven is afgesproken tijdens het Nederlandse voorzitterschap in 2016.
‘De belangrijkste inspanningsverplichting die uit de Gedragscode voortvloeit betreft de afdoening en eventuele verwijdering van haatzaaiende uitingen na meldingen van gebruikers binnen 24 uur.’ En die code blijkt te werken volgens de ministers. ‘De resultaten laten zien dat significante vooruitgang is geboekt ten aanzien van de efficiëntie en snelheid van afdoening van meldingen, verbetering van de rapportagesystematiek, een betere opleiding van medewerkers, verbeterde samenwerking met betrokken partijen en verbetering van de eenduidigheid in behandeling, ongeacht wie de melder is.’