Ons Koninklijke Huis: van glad ijs naar dun ijs
Het Koninklijke Huis bevindt zich altijd op glad ijs. De monarchie – zeker als niet alleen sprake is van een symbolische rol – gaat niet samen met democratie; maar dat is geen nieuws. Niemand stoort zich daar over het algemeen echt aan. Zo lang ons koninklijke staatshoofd naar behoren functioneert is er niet zo veel aan de hand. Ook helpt de een zekere curiositeitswaarde de instandhouding van onze monarchie.
Echter het blijft een balanceeract. Elke beweging wordt nauwkeurig onder de loupe genomen. Foute bewegingen worden snel gemaakt. De ruimte voor misstappen – is terecht – erg klein. Dat ging ons Koninklijke Huis meestal goed af.
Maar datzelfde Koninklijke Huis, nog steeds omgeven door een zekere waas van geheimzinnigheid, lijkt zich nu echter steeds meer op dun ijs te begeven. Glad ijs is een ding, dun ijs is wat anders. Dan kom je niet meer weg met een paar blauwe plekken of een hersenschudding. Dun ijs kan fataal zijn.
Punt is dat ons Koninklijke Huis zich onvoldoende realiseert, dat het – zeker gegeven het feit dat het een anomalie is – tenminste solidair moet zijn met ‘haar’ volk. Als onze vorstin, de troonopvolger en zijn echtgenote – behorende tot de rijkste bewoners van de wereld – nog steeds privéreizen kunnen declareren, en allerlei hobbies laat financieren, dan sla je de plank mis, behoorlijk mis. Zeker als dat in tijden van crisis gebeurt, en het volk gevraagd wordt de nodige offers te brengen. Dat Koningin Beatrix al anticipeert op de nieuwe AOW-leeftijd van het Kabinet is helaas niet voldoende.
Hetzelfde geld(t) ook voor dat project van onze Kroonprins in Mozambique; met een reeks van verborgen en nog steeds onduidelijke kosten. Dat moet kunnen, aldus de prins. Hij maakt graag de dingen af waaraan hij begint. Doorzettingsvermogen en domheid liggen altijd dicht bij elkaar.