Populisme: je kan gif niet terugclaimen
Je hoort het de laatste tijd vaker, progressieve of linkse partijen willen het populisme “terugclaimen”, alsof het een marketinglabel is dat je met een nieuwe verpakking plots onschadelijk maakt. Rob Jetten van D66 speelde een paar dagen geleden ook met het idee. Hij vindt populisme niet per se “een vies woord”, maar dat van Wilders wel “doorgeslagen”. Het is het witwassen van de term, alsof populisme een instrument is dat je verantwoord kan inzetten. Maar populisme is niet neutraal, het is een manier van politiek bedrijven die haaks staat op een volwassen democratie. Het claimt namens “het volk” te spreken, reduceert politieke tegenstellingen tot een strijd tussen “wij” en “zij”, en zet wantrouwen in als munitie. Dat is geen stijlkeuze, dat is een machtsstrategie.
Het fundament van een democratie is pluralisme. Meerdere belangen, meerdere perspectieven, meerdere waarheden die naast elkaar mogen bestaan. Populisme verwerpt dat. Het doet alsof er één homogeen volk bestaat, met één wil, en dat alleen de ‘echte vertegenwoordiger’ die wil begrijpt. Daarmee wordt elke oppositie niet gewoon andersdenkenden, maar vijanden van het volk. Een democratie kan veel hebben, maar niet de systematische ondermijning van tegengeluid. Zodra “het volk” een heilig begrip wordt, worden de democratische spelregels omgezet in een religieuze doctrine.