Macht verloren, gezag versterkt
ANALYSE - De koning heeft de afgelopen dertig jaar weliswaar aan macht ingeleverd, het gezag ervan is veel sterker geworden.
Toen koningin Juliana in 1980 afstand deed van de troon, was er voor het koningschap in artistieke en intellectuele kring nauwelijks belangstelling. Alleen dankzij het initiatief van de Groningse hoogleraar C.A. Tamse kwam er nog een bundel over de constitutionele monarchie uit, maar daar bleef het wel zo ongeveer bij. Historici als Tamse riskeerden bovendien als wetenschapsbeoefenaar niet helemaal serieus te worden genomen, juist omdat zij zich met zoiets ‘achterhaalds’ als de monarchie bezighielden. Dit terwijl juist Tamse steeds kans had gezien te ontsnappen aan ofwel verkrampte afkeer ofwel hysterische verering voor koningschap en Huis van Oranje, waartussen in die jaren geen nuchterheid mogelijk leek.
Ten dele kwam dat door een algemene afkeer van traditionele instituties als uitloper van de jaren zestig. Het kwam echter ook door de ambtsuitoefening door de koningin, die zozeer gericht was op ‘gewoon zijn en gewoon doen’, dat het koningschap er sterk door aan gewicht verloor. Men kan immers veel zeggen, maar niet dat het koningschap ‘gewoon’ is. Bij velen maakte dat Juliana onmiskenbaar populair en geliefd, maar het koningschap als instituut leed eronder.