Vragen vanuit het pluche, de SGP
Vorige week verscheen vanuit de vraag of de partij van de dieren wel nuttig bezig is een overzicht van de moties en kamervragen van die partij. Op verzoek van onze reaguurders heb ik besloten om deze serie door te zetten naar alle politieke partijen. Helaas hebben de meeste partijen geen mooi overzicht zoals de PvdD van alle kamervragen en Moties. Dat maakt het voor mij onmogelijk vanwege tijdgebrek om de moties na te zoeken in de niet functionele overheidszoekmachine (via geencommentaar). Dus beperk ik me vanaf nu tot de kamervragen. Deze serie zal op onregelmatige tijden verschijnen.
Vandaag het lijstje kamervragen van de SGP sinds half februari. De meest Christelijke partij van Nederland houdt zich niet verwonderlijk bezig met het geloof, het vrome burgerschap, de storende excessen van de huidige maatschappij en de positie van gelovigen in het buitenland. Bij het lezen van de kamervragen van de SGP krijg ik soms nogal een wrang gevoel. Bijvoorbeeld bij de vragen over de positie van Christenen in Birma. Dit omdat de SGP zich specifiek richt op christenen en andere geloofsgroepen/niet gelovigen die ook in hun vrijheid van meningsuiting bedreigd worden buiten beschouwing lijkt te laten.
Het conservatisme van de partij wordt helder uit de vragen aan de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken over wethouders en raadsleden zonder Nederlandse nationaliteit. Van der Staaij van de SGP vraagt daarin expliciet aan de staatssecretaris om ervoor te zorgen dat alleen mensen met de Nederlandse nationaliteit raadslid of wethouder kunnen worden. De ambtenaren van Staatssecretaris Bijleveld-Schouten antwoorden daarop: “Voor het goed functioneren als lokaal volksvertegenwoordiger of bestuurder is volksvertegenwoordiger of bestuurder is niet nationaliteit doorslaggevend maar veeleer het wettelijk vereiste van ingezetenschap, op grond waarvan de persoon in kwestie geacht kan worden binding en voeling met de lokale gemeenschap te hebben… Ik zie geen aanleiding voor aanpassing van de regelgeving op dit punt, los van de vraag of dit ingevolge het Europese recht wel mogelijk is”