Dit is een gastbijdrage van Philip Ebels: hij is journalist in Brussel en schrijft over Europese zaken, Belgische zaken, duurzaamheid en MVO.
Vandaag wordt het nieuwe regionale parlement van Brussel geïnstalleerd. Één van de nieuwkomers draagt een hoofddoek. De eerste in Europa. Stemmen gaan op voor een verbod.
Eigenlijk wilde ze advocaat worden. Maar dat kan niet met een hoofddoek. Dan maar de politiek in. Vandaag wordt de Turks-Belgische Mahimur Özdemir geïnstalleerd als Brussels parlementslid voor de Franstalige christendemocraten. Een primeur in Europa.
Daarmee laait het debat in België weer op. Mag een publieke figuur zijn of haar religieuze overtuiging openlijk tonen?
De Franstalige liberalen vinden van niet. Volgens federaal parlementslid Denis Ducarme (MR) is het onverenigbaar met de laïcité, de scheiding van kerk en staat. Hij stelt daarom een wijziging voor in het reglement van de kamer, dat het dragen van alle religieuze of filosofische symbolen moet verbieden.
“Extreem politiek correct“, kwalificeert politicoloog Pierre Verjans (Universiteit van Luik) het voorstel in de krant De Morgen. “Volksvertegenwoordigers worden juist gekozen voor hun politieke, filosofische, of religieuze opvattingen. Of ze die nou tonen of niet, dat maakt niet uit.”
Ook de partijgenoten en toekomstige coalitiegenoten van Özdemir zien geen problemen. “We leven in een representatieve democratie, waar de verkozenen vertegenwoordigers zijn van hun kiezers. En deze persoon is eerlijk gekozen“, zo klinkt het.