Huil niet om Buma, maar om Groot
ANALYSE - Anouchka van Miltenburg had afgelopen week haar eerste akkefietje als Kamervoorzitter te pakken, toen ze de schijn van partijdigheid over zich afriep.
Dat het niet gemakkelijk kon zijn om Verbeet op te volgen, was al vanaf het begin duidelijk. Hoewel ook het voorzitterschap van Verbeet in het begin niet onomstreden bleef, zat het al snel op eenzame hoogten. Het laatste staaltje vakmanschap, toen ze de filibuster van de PVV en de SP in hun eigen grindbak liet vastlopen, is nog altijd de absolute kroon op Verbeets gezag. Toch was ook toen al duidelijk dat haar orde niet vanzelfsprekend was. Als soms Van Gent of Van Beek de regeling deden, ontstond dezelfde roerige rellerigheid waar Van Miltenburg afgelopen week in belandde. Was het een rite de passage voor Van Miltenburg? Of had Buma een punt?
De Regeling was vanaf het begin al opgefokt. Eerst blijft dat verscholen achter de permanente staat van opwinding waarin Pieter Omtzigt sinds zijn 15.000 voorkeursstemmen verkeert. Hij spreekt schande van een brief die naar zijn idee te kort door de bocht is, maar dat alarmeert niemand meer. Onze pensioenenwaakhond schijnt inmiddels zelfs met verontwaardigde armgebaren een kroket te bestellen in het Kamerrestaurant. Omtzigt wordt echter onmiddellijk gevolgd door een voltallige oppositie die zich – regelingstechnisch overbodig – stuk voor stuk getergd toont. En dat was niet zonder reden.




