Het Orakel van Biafra
GeenCommentaar heeft ruimte voor gastloggers. Vandaag is dat Ger Bosma over zijn favoriete Tour-commentator.
Het jaarlijkse spektakel van de Tour de France is al weer enige tijd onderweg. De vlakke ritten zijn vaak nogal voorspelbaar, dus kijk ik in elke Tour vooral uit naar de loodzware Alpen- en Pyreneeën-etappes. En dat niet in de laatste plaats vanwege de prachtige beelden van die ruige contreien. Je krijgt spontaan zin om op vakantie te gaan, om zelf rond te kunnen fietsen en wandelen in dat schitterende decor.
Een ander jaarlijks terugkerend en niet te versmaden genot, is het inmiddels legendarische live-commentaar bij de Touretappes van onverbeterlijke droogkloot Maarten Ducrot, met sidekick en aangever Herbert Dijkstra. Oudcourreur Ducrot, in de periode 1985-1991 zelf geen onverdienstelijk wielrenner, stond in het peloton ook wel bekend als De Koning van Biafra, vanwege zijn spichtige lichaamsbouw. Volgens zijn eigen definitie was Ducrot overigens meer een ‘hardfietser’ dan een wielrenner, met een reputatie om vooral op de verkeerde momenten “het snot voor de ogen te rijden”, om eens zo’n typische Ducrotiaanse uitdrukking te gebruiken. Hieraan dankt hij trouwens ook zijn andere bijnaam De Concorde.
Sinds hij in 2004 bij de NOS achter de microfoon kroop, toont Ducrot zich vooral bedreven in het in zeer plastische bewoordingen becommentariëren van de etappe en het hele gebeuren eromheen. Vooral als het koersverloop dramatische trekjes gaat vertonen, verliest Ducrot zich in druistige bespiegelingen, waarin hij vele onnavolgbare Ducrotismen verwerkt: “Zie die Totschnig harken op het buitenblad langs die dranghekken met dat mijnwerkersgezicht, ik word er emotioneel van!” of “Zie hem achterstevoren op zijn fiets nog met alle wilskracht uit zijn lijf aanharken bij dat laatste wiel, schitterend!”.