De nieuwe Spreidingswet roept weerstand op. De voortdurende stereotypering van vluchtelingen in de media is hier een van de belangrijkste oorzaken van, betoogt onderzoeker Hanneke Felten van Movisie. Ze legt uit hoe dat werkt en hoe het anders kan.
Stereotypen worden vanuit de sociale psychologie beschreven als kenmerken die we aan een groep mensen toeschrijven (Vonk, 2013). Over het algemeen hebben we stereotyperende gedachten over groepen waar we zelf niet toe behoren, in de meeste gevallen zijn deze negatief.
Stereotypen en vooroordelen zijn een belangrijke voorspeller van discriminatie
Stereotypen zijn allesbehalve onschuldig. Als je bijvoorbeeld steeds opnieuw hoort dat een bepaalde groep mensen gevaarlijk is (of mensen uit die groep ziet op tv-beelden met onheilspellende muziek erbij), dan lopen de rillingen uiteraard over je rug. Stereotypen kunnen dus gepaard gaan met angst en angst is weer de motor van vooroordelen (zie bijvoorbeeld Stephan et al., 2005). Dat zijn negatieve gevoelens ten aanzien van groepen mensen zoals afkeer, walging of haat. Stereotypen en vooroordelen zijn daardoor een belangrijke voorspeller van discriminatie (Cuddy et al., 2007; Dovidio et al., 2010).
Als ik ‘Bassie’ zeg, dan denken de meeste mensen automatisch aan ‘Adriaan’
Het venijnige van stereotyperende gedachten is dat vrijwel iedereen ze heeft en dat ze onbewust invloed kunnen hebben (Nordell, 2023). Stereotypen worden als het ware automatisch actief in je brein, aldus psycholoog en Nobelprijswinnaar Daniel Kahneman (2012). Het zijn onbewuste associaties. Als ik ‘Bassie’ zeg, dan denken de meeste mensen automatisch aan ‘Adriaan’. Dat dit fictieve personen zijn die je nog nooit ontmoet hebt, maakt daarbij niks uit voor je brein. Je denkt aan ‘Adriaan’, óók als je daar helemaal niet aan wil denken.
Dat betekent dat wanneer iemand het over vluchtelingen heeft je onbewust negatieve gedachten kunt krijgen, zelfs als je weet dat de stereotypen over vluchtelingen onmogelijk waar kunnen zijn.
Stereotypen in de media
Over vluchtelingen en asielzoekers hebben we de afgelopen jaren veel stereotypen gehoord, gezien en gelezen in de (sociale) media. In een uitzending van het televisieprogramma Hart van Nederland op 17 januari 2024 waarin het over de spreidingswet gaat, herhaalt de presentator stereotypen voordat het item begint. Hij zegt: ‘Het zijn natuurlijk niet allemaal …’ en noemt vervolgens kwalificaties op die allesbehalve doen denken aan de ideale schoonzoon.
De vanzelfsprekendheid verraadt dat het delen van stereotypen over vluchtelingen een normale zaak is
De vanzelfsprekendheid waarmee de presentator deze stereotypen deelt, verraadt dat het delen van stereotypen over vluchtelingen een normale zaak is. Dat hij zegt dat dit niet altijd klopt, maakt weinig uit. Door de herhaling worden deze denkbeelden juist versterkt. Net als het klassieke voorbeeld van de roze olifant. Als ik zeg dat je daar niet aan mag denken, dan doet ons brein dat wel. Daarom worden in dit artikel ook geen stereotypen over vluchtelingen herhaald.
Positieve voorbeelden laten zien
Wat werkt dan wel bij het verminderen van discriminatie? In dezelfde tv-uitzending horen we ook journalist, onderzoeker en columnist Sahar Noor die als vluchteling naar Nederland kwam. Zij vertelt een verhaal dat niet in lijn is met de stereotiepe beelden over vluchtelingen. Het horen hiervan vermindert langzaamaan de vastgeroeste stereotiepe beelden in ons hoofd. Het is belangrijk dat we regelmatig blootgesteld worden aan beelden die niet passen bij het stereotype én dat dit gebeurt wanneer we hier niet bewust mee bezig zijn (Felten & Broekroelofs, 2022).
Daarom is de actie #ikwasookeenasielzoeker zo’n mooi voorbeeld
Dat betekent dat er positieve voorbeelden nodig zijn van vluchtelingen. Bijvoorbeeld nieuws over sport (Sifan Hassan), in de showbizz of muziek (lange leve de succesvolle zanger Claude) en op vele andere terreinen. Het is cruciaal om expliciet te benoemen dat de mensen die we bewonderen ook vluchtelingen zijn of waren. En dat ze doodnormaal zijn. Dus het is belangrijk om niet alleen vluchtelingen te laten zien die gouden medailles winnen maar ook die gewoon huis-tuin-en-keuken-dingen doen zoals iedereen en die bijvoorbeeld kapper, monteur of elektricien zijn.
Daarom is de actie #ikwasookeenasielzoeker van Sahar Noor, waarin mensen die als vluchteling naar Nederland zijn gekomen hun verhaal vertellen, zo’n mooi voorbeeld. Het laat niet alleen niet-stereotiepe beelden zien, maar ook de diversiteit binnen deze groep. Uit onderzoek blijkt dat dit goed werkt: als we diverse beelden zien van een gestereotypeerde groep zoals vluchtelingen, dan groeit het besef dat ook deze groep onderling verschilt. Belangrijk is dan om niet slechts een paar mensen te laten zien die niet voldoen aan het stereotype, maar meerdere die allemaal niet (volledig) voldoen aan het stereotiepe beeld (Hewstone & Hamberger, 2000).
Media moeten zichtbaar maken dat vluchtelingen unieke individuen zijn, net als iedereen
Als media, van SBS tot dagbladen, hun maatschappelijke verantwoordelijkheid willen pakken moeten ze dus niet langer stereotypen over vluchtelingen herhalen of benoemen en uitleggen dat deze niet kloppen, maar zichtbaar maken dat vluchtelingen unieke individuen zijn, net als iedereen. Idealiter wordt ook inleving gestimuleerd, want dat kan vooroordelen verminderen (zie bijvoorbeeld Todd & Galinsky, 2014). Denk dus aan verhalen over vluchtelingen die vertellen wat discriminatie met hen doet in bijvoorbeeld krant en tv.
Feiten en stereotypen
Helemaal te voorkomen is het natuurlijk niet dat stereotypen herhaald worden, want je laat als krant of tv-zender soms ook mensen aan het woord die stereotypen kunnen uitten. Maar tv-zenders en kranten hoeven ze niet ook nog eens actief te herhalen.
Uit onderzoek is bekend dat een AZC in een woonbuurt doorgaans niet tot problemen leidt
De tegenwerping is vaak dat mensen oprechte zorgen of angsten hebben en dat we die serieus moeten nemen. Maar hoe ontstaan die angsten en zorgen? Juist ja, dóór die stereotypen! Zo is bekend uit onderzoek dat een AZC in een woonbuurt doorgaans niet tot problemen leidt (zie bijvoorbeeld WODC, 2017). Sterker nog: bewoners worden vaak juist positiever over asielzoekers nadat er een AZC in hun buurt is gekomen (zie bijvoorbeeld Achard et al., 2022). Niet zo vreemd, want positief contact kan je houding verbeteren naar mensen waar je eerder vooroordelen over had (Pettigrew & Tropp, 2006).
Feitelijk is asielzoekers in je buurt hebben dus helemaal geen probleem en eerder een goede ervaring. Maar feiten kunnen helaas niet goed opboksen tegen de constante herhaling van stereotypen. Het is altijd goed om te luisteren naar mensen die bang zijn, maar het is nóg belangrijker om te voorkomen dat mensen onterecht bang gemaakt worden.
Dit artikel verscheen eerder bij Sociale Vraagstukken en, in iets andere vorm, ook in het Nederlands Dagblad. Hanneke Felten is senior onderzoeker bij Movisie.
Foto: still uit 'Waarom vindt Claude het zo leuk om in het Frans te zingen?' (Youtube)