Spanje worstelt nog steeds met verleden Franco-regime
ELDERS - Waar zijn voorgangers verstek lieten gaan wil de nieuwe Spaanse premier Pedro Sánchez schoon schip maken met het fascistische verleden.
Honderden aanhangers van de vroegere Spaanse dictator Franco verzamelden zich zondag in de Valle de los Caídos (Vallei van de Gevallenen) zo’n veertig kilometer ten noorden van Madrid. Het is een door Franco opgerichte gedenkplaats voor de slachtoffers van de Spaanse Burgeroorlog. De generalissimo, die in 1975 stierf, ligt er zelf ook in een praalgraf naast José Antonio Primo de Rivera, leider van de fascistische Falange. Maar niet meer voor lang. De nieuwe Spaanse regering gaat een einde maken aan dit bedevaartsoord voor fascisten door Franco’s resten naar elders te verplaatsen. En dat willen zijn aanhangers van de Nationale Francisco Franco Stichting verhinderen. De stichting, die zo’n 500.000 donateurs telt, ontving van de vorige, conservatieve regering van Rajoy ook nog subsidie.
Het monument herbergt de resten van meer dan 33.000 gevallenen, zowel soldaten van Franco als van de Republiek die hij uiteindelijk versloeg. Duizenden krijgsgevangenen en politieke gevangenen hebben meegewerkt aan de bouw, die maar liefst 18 jaar duurde, voordat het in 1959 door Franco kon worden ingewijd. Wat er met het monument gaat gebeuren is onduidelijk. Moet het blijven bestaan als herinnering aan de burgeroorlog of is het beter daarvoor een nieuw monument op te richten en Franco’s constructie langzaam te laten vervallen tot een ruïne?