Hoe onveilig wordt mijn wijk onder Rutte?
Ik woon in Zuilen. Een echte achterbuurt. Het is hier altijd koud en nat, zelfs als er goed weer is voorspeld. Groepjes hangjongeren kijken passerende buurtbewoners dreigend aan. In mijn wijk gaat alles net even anders. De stoep is het fietspad, vuil hoort naast de afvalbak en jonge scooterrijders rijden met oude damestasjes. De buurt is in verval. Leegstaande galerijflats vol graffiti zijn het speelterrein van de verwaarloosde buurtkindertjes. Er is geen flat waar de ruiten niet zijn ingegooid. In een hoek staat de volgende tekst gespoten: “Hier pissen op kaaskoppen”. Aan de lucht te ruiken houden ze in mijn wijk niet van kaaskoppen. Dit is een vreselijke plek. Wat zeg ik: dit is de hel op aarde!
Ik woon in Zuilen. Een vrolijke volksbuurt waar het herfstzonnetje aangenaam schijnt. De hele buurt zindert van vernieuwing. Overal wordt gebouwd en gerenoveerd. Een school uit de jaren ’20 is in oude luister hersteld. Nu huist er een cultureel centrum met een prachtig theater. Mijn ommetje voert me langs de Vecht door een straat waar kinderfietsjes slotloos buiten staan. Een blozende bakfietsmoeder rijdt me zorgeloos voorbij. Ik volg de Vecht en kom uit op een romantisch sprookjeskasteel, een ooievaar cirkelt er majestueus rond de kantelen. Dit is een fantastische plek. Wat zeg ik? Dit is een waar peuterparadijs!