‘Ministeries stoppen met sponsoring televisieprogramma’s’ , dat is het resultaat van de ministerraad van vrijdag 27 juni. Een heldere maatregel, die moet breken met de ongewenste beïnvloeding van omroepen. Het feit dat de overheid buiten het kader van de mediawet omroepen ondersteunt, lag al langere tijd onder vuur. Logisch, want de publieke omroepen ontvangen jaarlijks miljarden aan financiering van het ministerie van Onderwijs, Cultuur & Media.
Tel daarbovenop de taak die de publieke omroepen vanuit de mediawet hebben om pluriformiteit in de programmering te bieden: ‘Pluriformiteit slaat verder op een gevarieerd aanbod. Het is de taak van de publieke omroep een waaier aan programma’s te verzorgen: met uiteenlopende onderwerpen, in diverse genres, en voor grote en kleine doelgroepen. Het accent ligt daarbij op informatie, educatie en cultuur, maar amusement hoort evenzeer in het pakket’, aldus de minister in een toelichting op de mediawet.
‘The devil is in the detail’ en wel in de formulering dat amusement ook tot het takenpakket van de omroep hoort. Juist op dat punt lijkt de publieke omroep steeds minder onderscheidend van de commerciële omroepen. In de strijd om de kijker is alles geoorloofd en worden de budgetten in toenemende mate ingezet op de grote kijkcijfertrekkers, met misschien wel als grootste succes het terughalen van de voetbalrechten van de eredivisie naar de NOS. Als groot voetballiefhebber ben ik blij met goede journalistieke verslaggeving over voetbal, maar tegelijkertijd moet je je afvragen of de publieke omroep zo onderscheidend is in haar verslaggeving in vergelijking tot de commerciële zenders, dat dit een dergelijke investering van publieke middelen rechtvaardigt.