Christenen, joden en haatbaarden

Joël Voordewind van de ChristenUnie heeft het voor elkaar: er moeten wetten komen om joden te beschermen tegen belediging. En Israël, al is het me een raadsel hoe je een land kunt beledigen. En aan de Holocaust mag wat hem betreft niet getwijfeld worden. Dat laatste is hem als christen vergeven, want hij is gewend aan Waarheden waar geen vragen over gesteld mogen worden. Maar toch. Belediging van joden en Israël mag niet, maar het beledigen van moslims en hun landen is tegenwoordig politiek correcte, dagelijkse kost. Je kunt geen weblog openen zonder “grappige” termen als bijvoorbeeld notslim, haatbaard, berberaap, rifaap, islamofascist of geitenneuker te vinden. En dan vergeet ik er vast nog een paar. Ik zeg niet dat dat niet zou mogen, begrijp me goed. Maar als ik een moskee een haatpaleis mag noemen – en dat mag ik als Wilders dat ook mag – dan mag ik een synagoge ook een haatpaleis noemen. Niet dat ik dat wil, maar het een is het logische gevolg van het ander voor wie nog in gelijkheid voor de wet gelooft. Ik wil ook helemaal niet aan de Holocaust twijfelen, maar waarom zou dat niet mogen?

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Moslims: doe de gelofte

De anti-moslim sentimenten worden ook in de VS sterker. In een aantal staten bereiden parlementariërs  wetgeving voor die de ‘sharia-rechtbanken’ moet verbieden, rechtbanken die helemaal niet bestaan. Lokale gemeenschappen verzetten zich tegen de bouw van moskeeën en zeker buiten de grote steden zijn moslims geregeld doelwit van scheldpartijen en pesterijen.

Een aantal moslimorganisaties probeert via een grassroots beweging meer begrip te krijgen voor moslims in de VS. Onderstaand filmpje is daar de uitkomst van. Als je even door de zoetsappigheid heen kijkt, vind ik het vooral een treurig verhaal. Als je het filmpje ziet als teken des tijds, dan heeft men in de VS (net zo goed als in Europa) de laatste jaren het publieke discours flink verlegt. Want als je als gemeenschap een zo voor de hand liggende, dagelijkse waarheid moet verkondigen – goh, we zijn niet allemaal slecht – dan zit je diep in een hoek waar de klappen vallen. Oordeel zelf.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Apart onderwijs voor jongens en meisjes?

We leven in een seculiere samenleving. Religieuze groeperingen in Nederland hebben dan ook geleerd om hun gelovige doelen te verpakken in wereldlijke bewoordingen en argumenten. Dus ben je heimelijk voorstander van gescheiden onderwijs voor jongens en meisjes omdat je al dan niet ingebeelde vriendje op een wolk dat zou vinden, zeg dat dan niet zo.

Zeg in plaats daarvan dat uit onderzoek blijkt dat jongens op school steeds meer achterblijven bij meisjes, dus dat het in het belang is van de jongens en meisjes zelf om apart les te krijgen, zodat jongens op een andere manier les kunnen krijgen om de achterstand ongedaan te maken. Je zal zien dat vooral Christenen en Moslims goed gebruik zullen gaan maken van de mogelijkheid om de verschillen tussen jongens en meisjes zo klein mogelijk te houden.

*kuch*

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Moslims en Christenen met Bolkestein en Naoum Nehme

Het is me wel een mooi geschiedenisfeestje dezer dagen. Vernamen we vorige week donderdag van Martin Bosma hoe islamitische zeloten half Europa zouden hebben verkocht op de Arabische slavenmarkten, afgelopen zondag vertelde Frits Bolkestein en Hala Naoum Nehme ons hoe Christenen in het Midden-Oosten al sinds het ontstaan van de Islam systematisch worden buitengesloten, getreiterd, gepest en uitgemoord. Ik heb eerder al een stukje geschreven over het gebabbel van Bosma, maar het betoog van Bolkestein en Naoum Nehme is te opmerkelijk om zomaar te laten passeren. Het is, wederom, een selectief ratjetoe van tendentieuze feiten, feitjes en factoïden dat vooral aantoont dat geschiedenis een vak is dat politici niet zomaar automatisch beheersen. Weer blijkt vooral hoe jammer het is dat er zo weinig aandacht is voor die historici die een echt doordacht verhaal te vertellen hebben over de lange, gedeelde geschiedenis van Arabieren en Europeanen.

Een citaat:

Westerlingen weten weinig van de christenen in het Midden-Oosten. Hun bestaan gaat terug tot de tijd kort na Christus. Vanuit Syrië heeft het christendom zich verspreid. De Syrische katholieken zijn de rechtstreekse afstammelingen van de allereerste kerken, die door de apostelen zijn gesticht.

Correct. Althans, deels. Voor zover ik begrepen heb vertrokken de Apostelen zo snel mogelijk uit de woestijn naar de grote steden in het westen om de blijde boodschap te verspreiden. Paulus en Petrus stierven niet voor niets in Rome – en Johannes in Ephese. Maar wat is het punt? Zijn Syrische christenen extra belangrijk omdat ze aan de basis zouden staan van de kerk? Mooie drogreden is dat. Nog een citaatje:

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Kafirs en Zeloten: geschiedenisfantasieën met Martin Bosma

Geschiedenis wordt geschreven en herschreven door overwinnaars. Geschiedenis gaat over het verleden, maar wordt geschreven in en voor het heden. Geschiedenis is dan ook per definitie gekleurd: wat niet past, wordt weggestopt in bijzinnen, en wat goed uitkomt wordt opgeblazen tot immense proporties. Martin Bosma verkondigt dan ook een waarheid als een koe als hij beweert dat we in het Westen weinig tot geen aandacht hebben voor de ‘Europese’ slachtoffers van ‘islamitische’ slavenrovers in de zeventiende eeuw, maar wel hele bibliotheken volschrijven over de transatlantische slavenhandel. Het eerste past niet echt heel lekker in ons verhaal van westerse koloniale hegemonie – terwijl wij de wereld ontdekten, verdwenen zonen en dochters uit onze mediterrane achtertuin naar de duistere zijde van de wijnblauwe Mediterranée. Het tweede is bij uitstek onderdeel van onze eigen culturele geschiedenis: het (formeel) afschaffen van slavernij is een cruciale stap in de westerse ontwikkeling naar een beschaafde samenleving met gelijke rechten voor iedereen. Bosma heeft misschien wel gelijk dat dit fenomeen meer aandacht zou verdienen. Maar hij is zelf geen haar beter. Bosma – het begint een handelsmerk te worden – verdraait de feiten. Zijn verhaal is selectief en gekleurd.

Een anekdote. In 1544 werd het lieflijke eilandje Lipari – u kent het wellicht uit il Postino – overvallen. De ganse bevolking van het eiland – zo’n 9000 mannen, vrouwen, en kinderen – werd gevangen genomen en afgevoerd richting de Arabische slavenmarkt. Ischia werd ook te grazen genomen (4000 slaven, ke-dzjing) – dat ging in 1544 gewoon in één moeite door. Een deel werd in Messina vrijgekocht en keerde terug, maar pas in 1556 werd het eiland door Karel V (‘onze’ koning van Hispaniën, ja) herbevolkt – maar niet voordat er op het eiland een enorm fort was gebouwd waar de bevolking in geval van een overval in kon schuilen. Piratenovervallen waren een frequent en reëel probleem – buiten de brede muren van Karel V zou het in Lipari tot in de 19e eeuw onveilig blijven. Formentera – een van de Balearen – was zelfs geheel ontvolkt, zo vaak werd het door piraten te grazen genomen. Tot zover schetst Bosma een historisch fenomeen dat we in het westen – terecht of onterecht – naar de marges van onze geschiedenis hebben gedreven.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

11/9 en de dood van Osama bin Laden

Nee, de titel is geen slip-of-the-pen. Want ik heb het niet over de aanslag in New York, maar over die in Amman, in het hart van het Midden-Oosten. Geen wonder dus dat de mensen in Amman net als die in New York blij zijn met het nieuws dat Osama bin Laden dood is. Genoot Osama bin Laden er ooit aanzienlijke steun, in de afgelopen jaren is die gesmolten als sneeuw voor de zon. Hoe kan het ook anders…

Op 9 november 2005 werd Amman opgeschrikt door een driedubbele bomaanslag op drie gerenommeerde internationale hotels in Amman: het Grand Hyatt, het Radisson en het Days Inn Hotel. De aanslagen werden opgeëist door Al-Qaïda in Irak. Er kwamen 63 mensen om het leven, merendeels Jordaniërs, en 115 mensen raakten gewond. De hotels waren als doelwit gekozen vanwege hun populariteit bij Amerikaanse en Israëlische veiligheidsdiensten en Westeuropese regeringen. In die tijd konden de westerse diplomaten, bedrijven en journalisten nog niet rechtstreeks naar Irak konden vliegen. Ze gebruikten Jordanië, een belangrijke bondgenoot van de VS in het Midden-Oosten, als gateway naar Irak.
In het Radisson vond op het moment van de aanslag een bruiloft plaats met honderden gasten. De bom ontplofte midden in de banketzaal. Het bruidspaar verloor hun beider vaders, familie en vrienden kwamen ook. Zijzelf raakten gewond, net als veel van hun gasten.

Foto: Enric Borràs (cc)

Wat doen we met islamitisch antisemitisme?

GeenCommentaar heeft ruimte voor gastloggers. Vandaag is dat Bart Voorzanger, die zich afvraagt of onze reactie op antisemitische uitingen van jonge allochtonen verband houdt met ons onverwerkte oorlogsverleden.

Onze reactie op antisemitische uitingen van jonge allochtonen heeft alles te maken met onze geschiedenis. We denken kwaad te bestrijden dat ons nu van buiten bedreigt, maar het gaat in feite wellicht vooral om spoken uit ons eigen verleden. Misschien moeten we daar toch eens bij stilstaan voor we die blagen een proces aandoen.

Ik groeide op in een wereld waarin wel eens werd gegrapt over Duitsers die ‘hun’ kuil claimden aan een zonnig Noordzeestrand, en waarin besmuikt werd gelachen als iemand een Duitser die de weg vroeg de verkeerde kant op stuurde, of – wat botter – om teruggave van z’n gestolen fiets vroeg. Echt chique vond niemand dat, maar ’t gold toch als begrijpelijk, en als onschuldig genoeg om toelaatbaar te zijn. De oorlog lag nog vers in ’t geheugen en een beetje afreageren moest kunnen. Al gauw nam de welvaart toe en gingen we op buitenlandse vakanties, maar wie daarbij toch maar liever niet naar Duitsland ging, hoefde dat niet uit te leggen. ’t Is volslagen idioot, maar dat ‘toch liever niet’ voel ik nú nog.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Vorige Volgende