Bijna bejaard

Werd ik eergisteren zomaar 64: al bijna bejaard. Heel raar, want ik had nooit gedacht zo oud te worden, ik had mezelf altijd dood verwacht voor mijn vijftigste. Mijn lichaam deed zijn best: multiple sclerose op mijn 29e, en dat ging aanvankelijk zo hard dat ik na een paar jaar al arbeidsongeschikt was. Vandaar mijn schatting dat ik uiterlijk tegen de vijftig de grens zou hebben bereikt van de mate van makke die ik acceptabel vond. Daar bovenop kwamen nog een hersenbloeding en een vrij heftige vorm van borstkanker, dit alles doorspekt met soms jarenlange depressies, die al rond mijn zestiende begonnen. Bejaard raken lijkt dan niet echt je voorland. Uit voorzorg heb ik de middelen in huis: sinds eind jaren ’90 beschik ik over pillen om min of meer decent te kunnen sterven. Maar het viel alleszins mee, weet ik nu. Tot mijn verbazing – en opluchting – is mijn lichaam opgekrabbeld, de kanker weggebleven, de bloeding in mijn hoofd geklaard. Ik werk weer, zelfs fulltime. Zolang ik er maar bij kan zitten en voldoende afleiding voor mijn piekerhoofd heb, ben ik een hele piet. Wat ik inmiddels heb geleerd, is dit: je wordt meer met de dood geconfronteerd door het sterven van een ander dan door het nadenken over je eigen overlijden. Je eigen dood blijft in zekere zin altijd theoretisch, fictief: je maakt hem feitelijk niet eens echt mee. Maar de dood van anderen – daarvan weet je al te goed hoe schrijnend zeer dat doet, hoe pijnlijk en ingrijpend het voor intimi is, hoe diep en lang dat in hun leven doorwerkt. De dood van een ander is altijd concreet, hard, en onwezenlijk echt. Dat is ook wat zelfmoord zo moeilijk maakt, inclusief het gesprek erover. Wie aan het eind van zijn Latijn raakt, stelt zijn of haar dood vaak uit met anderen als ultiem argument; pas wanneer je eigen lijden zo groot wordt dat die je zorg om anderen ondermijnt en minder zwaar doet wegen, komt de zelfmoord echt in zicht. Onderwijl wijzen de intimi erop – voor zover ze doorhebben wat er speelt – dat het leven van de dood willende nog zo mooi kan zijn, of weer kan worden, maar hij is die grens al gepasseerd. Wat hem nu nog in leven houdt, is niet zijn leven maar dat van hen. Wat mij na mijn vorige grote depressie – geboren uit de dood van mijn hartsvriendin – gedurende de zwaarste periodes daarvan uiteindelijk van zelfmoord weerhield, was de gedachte aan mijn ouders. Ik wilde hen mijn dood niet aandoen, en dat hield me overeind. Kort na mijn moeders dood, eind september van dit jaar, zakte ik opnieuw weg. Niet zo erg als de vorige keer, gelukkig: ik heb nu meer om me aan vast te houden. Vrienden, gaaf werk, zelfs vrienden via het werk. Mijn vader hoef ik niet in te zetten als mijn ultieme reddingsboei: Ik hou ‘gewoon’ van hem, en niet als wapen tegen de doodsdrift. Als het niet zo zijig klonk, zou ik haast zeggen: de liefde voor anderen overstijgt de moedeloosheid de je over je eigen leven kan bekruipen. Deze column van Karin Spaink verscheen eerder in Het Parool.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Geluk (slot): de staat als (on)geluksmachine de maat genomen

ACHTERGROND - Maandag 20 maart was het de ‘Internationale Dag van het Geluk.’ Ter gelegenheid daarvan werd onder auspiciën van de Verenigde Naties het World Happiness Report 2017 uitgebracht. Naar aanleiding hiervan brengt Sargasso een aantal artikelen over geluk, meten van geluk en de conclusies die we daaruit kunnen trekken.

In deel 1 van deze serie stond het World Happiness Report 2017 (WHR) centraal. In deel 2 kwam ‘geluksprofessor’ Ruut Veenhoven met zijn World Database of Happiness (WDH) aan bod. Deel 3 ging over de problematische verhouding tussen geluk van de individuele burger en de planeet als geheel, zoals weergegeven in de Happy Planet Index (HPI).

Kwaliteit van leven

Ik begon het eerste artikel met

De overheid is geen geluksmachine volgens Mark Rutte. In zijn optiek is ons land al een ‘fantastisch, en gaaf land.’ Hij zegt nog net niet dat Nederland af is, maar vindt het bevorderen van geluk geen overheidstaak. Tegelijk kun je constateren dat beleid wel degelijk van invloed is op geluk; het gaat immers om ‘kwaliteit van leven?’

Wat houdt die kwaliteit van leven in en wat draagt daaraan bij?
Levensverwachting, een vast inkomen boven de armoedegrens, autonomie en vrijwaring van willekeur spelen een belangrijke rol. Dat kan door goede en toegankelijke gezondheidszorg, sociale wetgeving, democratie, gelijkheid voor de wet en bestrijding van corruptie. Tel daar onderwijs bij op en we hebben al de nodige basisingrediënten.
Hebben we daarmee een geluksmachine of gewoon een fatsoenlijke samenleving?

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: copyright ok. Gecheckt 11-02-2022

De gevaren van werkloosheid

In zijn column in The New Yorker van deze week wijst James Surowiecki nog maar eens op de gevaren van werkloosheid. Werkloosheid is natuurlijk slecht voor economie als geheel en de overheidsfinanciën in het bijzonder. Veel van de 13 miljoen Amerikanen die thuis zitten (de werkloosheid was 8.2% in maart) en de 25 miljoen Europese werklozen (wat nog een onderschatting is) hebben te maken met armoede, schulden en sociaal isolement. Langdurig werkloos zijn verkleint je ‘baanvindkans’ en betekent vaak zelfs een verlies aan vaardigheden, zoals lezen. Maar mijn oog bleef haken aan recent onderzoek naar de relatie tussen werkloosheid en levensverwachting waar Surowiecki op wijst.  Daaruit blijkt dat je baan verliezen je leven zomaar met 1.5 jaar kan verkorten.

De economen Till von Wachter en Daniel Sullivan keken naar de levensverwachting van werknemers in Pennsylvania die in de jaren ’80 (in 81/82 was er een kleine recessie) hun baan verloren. Met name voor de mannelijke werknemers van middelbare leeftijd die lang bij dezelfde werkgever zaten, bleek ontslag gevaarlijk: hun jaarlijkse sterftecijfers stegen met 50-100% in de eerstvolgende jaren, en zelfs na 25 jaar zouden ze nog jaarlijks 10-15% meer kans hebben om te overlijden. Hun dataset strekt tot 2006, maar Von Wachter en Sullivan nemen aan dat de levensverwachting voor deze groep met 1-1.5 jaar daalt. Voor de jongere werknemer en de werknemer tegen de pensioenleeftijd is het effect minimaal.

Uw levensverwachting na Rutte I

Onze levensverwachting stijgt maar door, meldt het CBS. Voor pasgeborenen nam de verwachting sterk toe, voor 65-plussers uiteraard wat minder. Maar ook onder de ouderen is een stijgende trend waar te nemen. De kans dat een 65-plusser 100 wordt is de afgelopen tien jaar verdubbeld.
Goed om te lezen, want zo weten we ook of er een kans is dat het nog wat wordt met de vergrijzing.

DATA - Die kans op vergrijzing is één van de redenen waarom kabinet Rutte zo dapper bezuinigt. Het kabinet is er van overtuigd zo aan een solide toekomst te bouwen.  Die overtuiging had elk kabinet wel. Laten we eens de statistieken van het CBS naast de tijdlijn van de na-oorlogse kabinetten leggen..We zien dan dat er een continu stijgende lijn is, die echter wel wat dipjes en perioden van lage groei vertoont. Voor de details: ga naar dit exceldocument.

De levensverwachting steeg na kabinetten Beel I en  Drees I. De eerste jaren van wederopbouw leek een positieve invloed te hebben op de levensverwachting. Maar in de navolgende kabinetten, Drees II en III, stagneert de stijging. Bij mannen wat langer, dan bij vrouwen.
Voor vrouwen steeg de levensverwachting sterk onder de kabinetten De Quay en Marijnen. Maar voor mannen zag het er een stuk beroerder uit. Zulke dipjes zagen we ook onder de kabinetten De Jong en Biesheuvel. Pas onder Den Uyl steeg de levensverwachting voor mannen en vrouwen gestaag, een verschijnsel dat daarna alleen nog voorkwam onder Van Agt I, Kok I en Balkenende II en IV.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Uw levensverwachting

DATA - We worden steeds ouder. Dat is geen verrassing, maar het tempo waarmee dat gaat was de afgelopen 10 jaar verbijsterend hoog, blijkt vandaag uit cijfers van het CBS.

De levensverwachting was voor vrouwen die 50 jaar geleden werden geboren 72,6 jaar en voor mannen 71 jaar. Zes jaar later –toen de AOW werd ingevoerd- was de leeftijd bij vrouwen al 1,5 jaar hoger. Bij mannen steeg die veel minder: 0,7 jaar. Het luidde een periode in waarin de levensverwachting van vrouwen steeds steeg, maar die van mannen, tot halverwege de jaren zeventig, gelijk bleef. In 2000 was die 80,6 jaar en van een babymeisje vorig jaar geboren is de verwachting dat zij maar liefst 82,7 jaar gaat worden. Jongetjes worden naar verwachting vier jaar minder oud, maar die hebben in de verwachting een enorme sprong gemaakt de afgelopen 10 jaar van 3,3 jaar. Die zeer forse stijging komt doordat er steeds meer mensen heel oud worden.

In 1956 had een 65-jarige vrouw nog een levensverwachting van 15,3 jaar. Dat is nu 6 jaar meer. Anders gezegd: vrouwen die vorig jaar 65 zijn geworden worden gemiddeld 86,2 jaar oud. Bij mannen zien we een spectaculaire stijging de afgelopen 10 jaar: van 15,7 naar 18 jaar, waarmee ze evengoed nog 3,2 jaar achterlopen op vrouwen. Een zeker niet onbelangrijke troost voor mannen is dat zij een betere gezondheid hebben dan vrouwen:

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.