Er is een huis gekraakt in Dirkswoud. Eigenlijk is het een schuur, maar het pand is gekraakt en wordt bewoond door de heer Bert van der Velden, voorheen woonachtig aan de Noorderzij 24, kweker, bollenboer en fluisterbootjesverhuurder in het seizoen. De sympathieke tuinbouwer en bootjesverhuurder heeft begin deze maand zijn intrek genomen in de schuur aan de Zuidervaart. En omdat kraken een novum is voor Dirkswoud, maakte de Dirkswoudenaer een afspraak met deze wetsovertreder.
‘Mijn vrouw heeft mij onlangs verlaten’ valt Bert van der Velden met de deur in huis. ‘Of nou ja, eigenlijk ik haar’ corrigeerde hij zichzelf, ‘want zij woont nog steeds in ons huis aan de Noorderzij, en ik ben feitelijk degene die verhuisd is, maar zij wilde van mij af. Zij wil meer wereldser leven. En dat is niets voor mij. Dus ben ik weggegaan. Nu ben ik een man alleen. Ik zie een vrouw als een daglelie, mooi, maar niet voor herhaling vatbaar. Mevrouw Nellie Daas van Fournituren, Kleinvak & Huishoudelijk Gemak, heeft mij van de week nog geïnviteerd om als haar partner mee te doen aan de pubquiz in café Amperzat, maar nee, ik weet hoe zoiets gaat, dus ik heb beleefd bedankt.’
Daglelie (Foto: Maria Willems, met toestemming)
En nu bent u kraker. ‘En nu ben ik kraker’, bevestigt de heer Van der Velden, zijn naambordje heeft hij naast de bel geschroefd. ‘En dat was uit nood, want vind maar ‘ns een huis in Dirkswoud, wanneer is hier voor het laatst woningbouw gepleegd? Was dat niet dat rijtje van zes eengezinswoningen dat op de bunker is gebouwd aan de Oostzij, in 1990? De kinderen die daar geboren zijn, zijn op hun beurt ook weer op zoek naar een woning. Naar een flatje wil ik niet, kan ik niet. De eigenaar van dit stuk grond en deze schuur is de St. Clara Kerk. Dus ik zal eerdaags wel een ontmoeting hebben met pastoor Engelbertus de Zeeuw. Daar vrees ik wel voor want hij heeft een ijzeren wil.’
[caption id="attachment_333198" align="alignnone" width="450"] 'Ik ben de goot waarin men eindigen kan' (Kunstwerk van Veit Laurent Kurz bij kunstmanifestatie Into Nature - foto: Maria Willems c.c.)[/caption]
De heer Van der Velden ziet er fris geschoren uit. In de hoek van de schuur staat een strijkplank. ‘Ja, maar ik heb nog geen elektra, dus ben ik enigszins gekreukt.’ Er staat een vaasje met een paar verlepte tulpen op tafel. Hoe is het leven als een kraker? De heer Van der Velden: ’Je voelt je toch een paria. Komt nog bij dat ik een gescheiden man ben. Maar ik val tussen de kade en de fluisterboot, ik ben de zondebok, de waarschuwing voor de burgerij, dat ben ik. Ik ben de goot waarin men eindigen kan. En kraken zie ik nu ook als protest. Ik stel met mijn daad, en dat moet ik als oud CDA‘er nu toch toegeven, een maatschappelijke misstand aan de kaak.’
[caption id="attachment_333206" align="alignnone" width="430"] ...een vaasje met verlepte tulpen... (foto: Maria Willems, met toestemming)[/caption]
De heer Van der Velden reikt achter een stapel bloempotten en zet, terwijl hij het gordijn dicht schuift, een fles jenever op tafel. ‘Alstublieft’ zegt hij, terwijl hij de kelkjes volschenkt, ‘die heb ik voor de moeilijke momenten. Ik zag die krakers vroeger wel in de krant en op televisie. Dan hadden ze altijd beugelflessen bier bij zich. Nu snap ik dat wel. Er was geen toekomst, en geen woning, dus ja, wat moet je? En ik denk dat ik, als bollenboer zijnde, hierachter de schuur ook wel een beste hennepstruik kan laten groeien, dan hoor ik er helemaal bij, proost.’
Ben Hoogeboom schreef voor Sargasso, nurksmagazine en voor zichzelf. Hij had het dorp Dirkswoud bedacht. Hij had de geschiedenis van Dirkswoud bedacht, hij had het dorp een stratenplan gegeven, een pastoor, markante middenstanders, een voetbalclub – wat je maar kon bedenken. En dat alles in een jaloersmakende, puntgave stijl. En ik hield zo van dat dorp. Van de Noordzijde, de Fourniturenzaak van Nellie Daas. En ik kon er slecht tegen dat met Ben ook Dirkswoud zou verdwijnen. Dus af en toe dwaal ik nog even langs de Noordzijde, de Zuidzijde en brand een kaarsje in de St. Clara Kerk.