Recensie | Who owns the future

Is er een alternatief voor de huidige data-gedreven samenleving? Jaron Lanier geeft er in zijn nieuwe boek Who Owns The Future een interessante visie op. Eind jaren '80, begin jaren '90 stond de naam van Jaron Lanier gelijk aan virtual reality. Lanier was een pionier op dit gebied, wat door hype en hoop werd omgeven. De beloften van de nieuwe digitale wereld lonkten en Lanier maakte de eerste stappen. Een jaar of 20-30 later is Lanier stukken veel minder optimistisch ove'r de mogelijkheden die de digitale netwerksamenleving heeft gebracht.  Dat bleek al uit zijn  kritiek op user-generated content in You are not a Gadget (2010) en nu ook in zijn nieuwste boek Who owns the Future. "Who owns the future" bouwt hier en daar voor op het vorige boek, maar gaat nog een flinke stap verder. Lanier doet een ideologisch relaas over hoe, door de architectuur van hedendaagse digitale netwerken, onze economie in grote problemen komt. Door het digitale-efficiëntiedenken verdwijnen de banen en zekerheden van de economische middenklasse, en concentreren data, geld en macht zich bij centrale servers van de mensen met de beste computers en de slimste programmeurs. Siren servers, zoals Lanier ze noemt.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 15-03-2022
Foto: jmtosses (cc)

Architecten in opstand

COLUMN - Vorige week was er een vergadering in Uruguay waar men de toekomst van internet besprak. De deelnemende organisaties – ICANNIANAIETFIABW3CISOC, de RIRs – zullen de gemiddelde burger weinig zeggen, maar het zijn deze instanties die internet op de been houden. Ze beheren de architectuur van internet, ze geven IP-adressen uit, ze definiëren protocollen.

Zij zorgen ervoor dat systemen op elkaar aansluiten, dat vele kleine netwerkjes samen het grote internet kunnen vormen, en dat computers van overal op de wereld elkaar kunnen vinden. Door hun werk weet uw browser waar hij moet wezen wanneer u iets in de adresbalk typt, en weet uw mailprogramma waar het leuke mailtje voor uw tante naartoe moet.

Door de ontstaansgeschiedenis van internet waren veel van deze organisaties aanvankelijk Amerikaans. Al werd het lidmaatschap ervan geïnternationaliseerd, toch bleven veel van deze instanties op de een of andere manier onder Amerikaanse verantwoordelijkheid vallen. Maar internet was is al een paar decennia geen Amerikaanse aangelegenheid meer.

Een poging om de architecten onder de VN te laten vallen, werd gelukkig afgeslagen: dat zou hun taak te makkelijk tot speelbal van de politiek maken. (Daarnaast staat de VN bepaald niet bekend om haar voortvarendheid.) Terwijl werd gezocht naar een gepaste internationale structuur, accepteerden de architecten dat Amerika tijdelijk de toezichthouder bleef.

Foto: mattdork (cc)

Knoop

COLUMN - In de Watergraafsmeer staat de Amsterdam Internet Exchange, een verdeelcentrum voor het internet. Zelf genereert het geen verkeer: ze hosten geen websites en verzorgen geen e-mail.

AMS-IX is een gigantische verkeersagent die miljoenen datapakketjes de weg wijst: jij gaat naar links, jij naar rechts, jij rechtdoor. Per seconde verwerkt het centrum tot wel 2,5 terabit; per dag 16 petabyte – getallen waarbij je je eigenlijk niets meer kunt voorstellen. In rangordes spreken is wellicht duidelijker: AMS-IX is het grootste internetverdeelpunt van Europa, en het op een na grootste ter wereld.

AMS-IX wil een divisie in Amerika beginnen. Tot voor kort zou zo’n plan met gejuich zijn onthaald, maar na de afluister- en tapschandalen die Edward Snowden de afgelopen maanden heeft onthuld, lag de zaak anders. De Amerikaanse geheime diensten graaien waar ze kunnen; zou Nederland de gegevens van zijn eigen burgers zo niet op een presenteerblaadje aanbieden?

De zaak ligt gecompliceerder: afluisteren op dat niveau kan niet zomaar. Bij individuele mensen of bedrijven kun je een tap instellen, maar op het exchange-niveau komt de data in brokstukken voorbij, en bovendien niet sequentieel. Je kunt zulke data niet zomaar ‘uitlezen’, temeer daar de brokjes wellicht via meerdere Internet Exchanges naar hun eindbestemming worden gestuurd. Datapakketjes op internet leggen immers geen vaste routes af. De Exchanges dienen er juist om continue en razendsnel de op dat moment kortste weg te berekenen.

Foto: Pateando Piedras (cc)

Tips hoe je Big Brother (deels) kunt omzeilen

ACHTERGROND - Op 6 juli 2013 publiceerde de Britse krant The Guardian het eerste interview met Edward Snowden, tot dat moment systeembeheerder voor het Amerikaanse National Security Agency. Snowden kreeg door zijn werkzaamheden een gedetailleerd beeld van de mate waarin de NSA een wereldwijde Big Brother-staat in het inrichten was. Vrijwel alle elektronische communicatie wereldwijd werd realtime getapt, telefoons, laptops en servers werden gekraakt en softwarebedrijven werden gedwongen hun systemen met lekken op te leveren om dit mogelijk te maken.

Vermoedens van dergelijke activiteiten door onder meer Amerikaanse veiligheidsdiensten bestonden al decennia (zie dit artikel uit 1999) maar de schaal van de onthullingen die  Snowden naar buiten brengt doet zelfs de meest paranoia-experts de rillingen over de rug lopen. Een korte opsomming en wat je er als burger aan kan doen.

Belgacom en Brazilië

De NSA en haar partners (onder andere het Britse GCHQ) tappen telefooncentrales en onderzeese glasvezelkabels af, ook in andere landen. Recentelijk is gebleken dat de telefooncentrales van Belgacom (de Belgische KPN) volledig gekraakt waren door experts van GCHQ (mogelijk met Amerikaanse hulp). Dit stelde GCHQ in staat al het telefonie- en dataverkeer te volgen en gericht af te luisteren. In Brazilië werden deze technieken ingezet tegen de nationale oliemaatschappij, het Braziliaanse Parlement en zelfs de persoonlijke communicatie van de Braziliaanse presidente. Die zegde meteen een staatsdiner met Obama af uit woede over deze schending van diplomatieke normen. Voorlopig moeten wij als eindgebruikers alle grote infrastructuren als onveilig beschouwen. Onversleutelde e-mails en telefoongesprekken kunnen worden afgeluisterd en dat wordt geautomatiseerd gedaan op onvoorstelbare schaal.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Vorige Volgende