Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.
In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.
Donner begraaft de multiculti samenleving
De Nederlandse samenleving en de ‘waarden waarop deze berust’ moeten in ons land centraal staan. Dat schrijft minister Piet Hein Donner ( Binnenlandse Zaken) in vervolg op het Regeerakkoord in zijn donderdagavond verschenen Integratienota.
Hij spreekt van een ‘koerswijziging’ waarmee het kabinet ‘afstand neemt van het relativisme dat besloten ligt in het model van de multiculturele samenleving’. De samenleving verandert, ook door de komst van migranten, maar mag ‘niet uitwisselbaar zijn voor welke andere samenleving dan ook’.
Het is verder niet aan de overheid om mensen te laten integreren, maar aan de migranten zelf om daar hun best voor te doen. Die moeten uit zichzelf proberen een nuttig lid van onze samenleving te worden.
Donner vindt dat het reguliere beleid op het gebied van arbeid, scholing en wonen genoeg moet zijn voor elke burger om naar vermogen een zelfstandig bestaan op te bouwen. Ook wordt normoverschrijdend en crimineel gedrag aangepakt zonder te kijken of de afkomst van de pleger een rol heeft gespeeld.
Ik vind het tamelijk duister, wat Donner ons vertelt. Het ‘relativisme dat besloten ligt in het model van de multiculturele samenleving’ moeten we opgeven? Wat betekent dat? Geen nassi goreng meer? Geen pizza’s of Franse wijn, maar wentelteefjes, drie in de pan en Bessensap? Want we mogen niet niet uitwisselbaar zijn voor welke andere samenleving dan ook? Weg dus met de cola, de hamburger en de chips? En terug naar de Nederlandse waarden?
Alleen, welke waarden kunnen dat zijn? Culturele waarden zijn het niet, want bibliotheken gaan dicht, orkesten worden opgeheven door dit kabinet, de Rijksacademie gaat sluiten en toneelgezelschappen worden afgeslankt of opgedoekt. Welke waarden dan? Tulpen, molentjes en de klompendans?
En integreren moet iedereen maar zelf doen in het vervolg?
Nou ja, mijn (over)grootvaderlijke familie gaf ergens in de jaren ’80 van de 19e eeuw het goede voorbeeld. Kijk op het plaatje hierboven hoe ijverig ze aan het inburgeren waren met hun Volendamse verkleedpartij. (Voor de geïnteresseerden het kleine ventje in het midden is mijn opa, het meisje rechts van hem op de foto is de overgrootmoeder van de cabaretier Micha Wertheim). Maar – een noot voor Piet Hein Donner – deze familieleden van mij konden het zich veroorloven om op deze manier te doen alsof. Ze waren namelijk in goede doen – en zo’n ruime 100 jaar nadat de Joden burgerrechten hadden gekregen – al lang hardstikke geïntegreerd. Tegelijkertijd hadden ze toch ook niet helemaal afstand genomen van ‘het relativisme dat besloten ligt in het model van de multiculturele samenleving’. Want hoewel de familie zich best thuis voelde in ‘de Nederlandse samenleving en de waarden waarop deze berust’, hielden ze toch hardnekkig vast aan hun eigen ietwat afwijkende culturele patroon. Ze waren en bleven namelijk overtuigd Joods. En dat is en was – ondanks de mijns inziens nogal overdreven nadruk die tegenwoordig van bepaalde kanten wordt gelegd op onze zogenaamde ‘joods-christelijke waarden’ – toch echt een tikkeltje afwijkend. Zeker toen, maar nu nog steeds. En als u dat niet gelooft, meneer Donner, hoeft u eigenlijk niets anders te doen dan u even in te leven in de vraag waar het huidige debat over verdoofd of onverdoofd slachten eigenlijk om draait…. .
De willekeur viert hoogtij in gedoogland
Gisteravond was met dank aan het mediagenieke gymnasiummeisje Sahar het debat over Afghaanse meisjes en de vraag of zij al dan niet terug moeten. Leers zei over het door zijn departement ontwikkelde beleid eergisteren het volgende:
“Dan ik wil ik ook kijken of ik op een integere, zuivere manier beleid heb, waar in pincipe elk meisje voor in aanmerking kan komen als dat aan de orde is. Dat beleid heb ik ontwikkeld en dat ga ik morgen in de Kamer verdedigen.”
Dit nieuw ontwikkelde beleid gaat over verwestering en meer specifiek over te verwesterde meisjes uit Afghanistan die ouder zijn dan tien jaar en hier al meer dan acht jaar zijn. Wat dat verwesterd zijn nou precies inhoudt is mij totaal niet duidelijk. Iemand suggesties? Een dikke laag make-up? Een kort rokje? Een Nederlands vriendje? Juichend langs de weg met een oranje hoofddoek op Koninginnedag met pul bier in de hand? Of is dat dan weer niet verwesterd genoeg en een oranje Bavaria-jurkje wel? Wie het weet mag het zeggen.
Zoals verwacht kreeg Leers de handen op elkaar van de gedoogcoalitie en de omgekochte mannenbroeders. Waar Hero Brinkman ruim twee weken geleden verwestering nog een “compleet waanzinnige” manier noemde te bepalen of iemand in Nederland mag blijven, loopt de PVV nu braaf achter de minister aan. Misschien omdat Leers Wilders toch wel een plezierige en betrouwbare vent blijkt te vinden. Of misschien omdat onder deze specifieke voorwaarden maar 40 tot 100 meisjes lijken te vallen. Echt willekeurig wordt het echter als er naar de details wordt gekeken. Klaarblijkelijk kan een meisje met een hoofddoek (ongetwijfeld tot grote vreugde van de PVV) eerder worden teruggestuurd dan een meisje zonder. Of een meisje met grote broers dat misschien wel teruggestuurd wordt, want haar grote broers kunnen haar over straat begeleiden in Afghanistan en een meisje zonder grote broers niet. Bizar is in dit verband een eufemisme. Compleet waanzinnig is het, dus geef ik voor het eerst en naar alle waarschijnlijkheid voor het laatst een keer Brinkman gelijk.
Dat kan! Sargasso is een collectief van bloggers en we verwelkomen graag nieuw blogtalent. We plaatsen ook regelmatig gastbijdragen. Lees hier meer over bloggen voor Sargasso of over het inzenden van een gastbijdrage.
Quote du Jour | “Ik ben bang dat…”
”Eigenlijk wordt er gezegd: er zijn problemen, maar wij gaan er niks aan doen. Die geluiden waren er ook in de jaren zestig en tachtig. Dat is niet goed afgelopen. Ik ben bang dat we over tien jaar weer moeten constateren dat het uit de klauwen is gelopen.” (PvdA-integratiewoordvoerder Martijn van Dam reageert geschrokken op de integratienota van minister Piet Hein Donner)
Faalt de wijkaanpak?
Het structureel vooruithelpen van wijken door ontkokerd samenwerken gaat niet lukken, zeiden bestuurskundigen Helderman en Brandsen eerder op deze site. Drie deskundigen reageren. Godfried Engbersen: ‘Gezien de inspanningen is er te weinig uit de wijkaanpak gekomen?’
‘De grote ambitie, wijken structureel vooruit helpen door ontkokerd samenwerken, is niet van de grond gekomen. En dat gaat ook niet gebeuren’, aldus bestuurskundigen Taco Brandsen en Jan Kees Helderman. De heren pleiten voor bestuurlijke bescheidenheid. Helderman: ‘Kapitaliseer het aanwezige sociale kapitaal. Sluit aan bij wat er leeft in een wijk en wees gewoon blij met dat kleine initiatief. Als je daar veel geld tegenaan mikt, gooi je het dood.’
Mislukking is een te grove conclusie
René Scherpenisse, voormalig directeur van de Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting (SEV) en nu directielid bij Atrivé, een adviesorganisatie voor woningcorporaties, vindt de conclusie dat de wijkaanpak gaat falen ‘veel te snel’. Bij Scherpenisse is het glas nog halfvol. ‘Er zijn zoveel pareltjes die met zo’n grove conclusies tekort worden gedaan. Recent onderzoek in Amsterdam, Groningen en Dordrecht laat juist zien dat bewoners vooruitgang zien in hun wijk. Dat lijkt me toch lastig te combineren met de boodschap van Helderman en Brandsen.’
Detailpolitiek (11): Geen handje schudden
Stel je bent een vrouwelijke docent op een hogeschool. Een collega uit je team gaat op bedevaart naar Mekka en komt terug met de mededeling dat hij vrouwen geen hand meer wil geven. Wat nu? Het overkwam een aantal docenten van de Hogeschool van Amsterdam (HvA).
Het antwoord op deze vraag ligt voor de hand: je bepaalt zelf hoe je hiermee omgaat. Als iemand mij geen hand meer zou geven zou ik een klacht indienen. Ik zou mijn teamleider laten weten dat ik niet meer met die man wil werken. Als dat problemen op zou leveren, zou ik alle interne procedures van de hogeschool aanspreken om dit punt aan de orde te stellen. We zouden er eindeloos over gaan discussiëren, en er zou ongetwijfeld een halfbakken compromis uitkomen. En daar zou dan weer discussie over ontstaan.
Schikken in het lot
Zouden alle collega’s zo reageren? Nee, de meesten zouden zich waarschijnlijk schikken in hun lot: handje schudden met die ene collega is er niet meer bij. Zij zouden geen stampij maken, maar gewoon hun werk blijven doen. Ze zouden er zo hun eigen ideeën over hebben, en daar zou het bij blijven. Af en toe zouden ze onderling grapjes maken over ‘die fanatieke moslim’ en soms zou de betreffende collega daarachter komen. Dat zou dan weer tot allerlei gesprekken leiden over hoe we met elkaar om moeten gaan.
De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.
In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.
Integratiedebat staat bol van de onjuistheden
Quote du Jour | 010 en 020 samen aan de integratie
“Het gevoel van: ‘samen maken we de stad’, het gevoel van: ‘dit is mijn Rotterdam’, daar kan Amsterdam iets van leren.”
(Andrée van Es in de Volkskrant)
Na de moorden op ‘hun’ Van Gogh en Fortuyn gingen Amsterdam en Rotterdam elk hun eigen weg met de brandende kwestie van deze tijd, de grootstedelijke integratie. Het duidelijkst werd dat met de twee (inmiddels vertrokken) burgemeesters Cohen en Opstelten. Waar de eerste zich profileerde met ‘kopjes theedrinken’ en ‘de boel bij elkaar houden’ liet de tweede graag zijn spierballen zien met ‘zero tolerance’. De afgelopen week kwam een selecte groep gezichtsbepalende figuren uit beide steden bijeen in het Rotterdamse restaurant De Harmonie (what’s in a name) om hierover te praten. De Amsterdamse integratiewethouder Andrée van Es wil nu veel concreter (en waarschijnlijk veeleisender) vorm geven aan het begrip burgerschap. Haar Rotterdamse collega Korrie Louwes zegt: ‘De tweede en derde generatie migranten is veel meer Nederlander dan velen zich realiseren.’ De Erasmus Universiteit en de Universiteit van Amsterdam hebben toegezegd om in september met een eerste vergelijkende studie te komen over problemen en kansen in beide steden.