Antiterrorismebeleid op verkeerde weghelft beland

door Tom Zwart Het antiterrorismebeleid is op de verkeerde weghelft beland. Door moslims als 'verdachte gemeenschap' te behandelen worden problemen als uitsluiting en discriminatie niet opgelost maar juist vergroot en nemen de risico's toe. Het wordt nu de hoogste tijd om moslims niet langer als onderzoeksobject te zien, maar als volwaardige partners. Dat betoogt Tom Zwart, hoogleraar Crosscultureel Recht. Afgelopen dinsdag ging minister Ferd Grapperhaus in een brief aan de Tweede Kamer in op het heimelijk bespieden van moskeebezoekers door het bureau NTA, waarover op 16 oktober door de NRC was bericht. De brief toont aan dat de 'nieuwe bestuurscultuur' in Den Haag nog ver te zoeken is. De bedoeling van de brief is om aan te tonen dat, als er al in moskeeën werd geïnfiltreerd, dit in ieder geval niet de verantwoordelijkheid van de NCTV was. Van de minister voor de Eredienst, die Grapperhaus terecht ook claimt te zijn in de brief, had toch wel mogen worden verwacht dat hij dit bespieden met klem zou veroordelen en maatregelen zou aankondigen om moskeeën hiertegen in de toekomst te beschermen. Heimelijke onderzoeken In de brief erkent de minister dat binnen de NCTV al sinds 2017 het vermoeden bestond dat NTA werkte op basis van heimelijke onderzoeken. Maar de burgemeesters die NTA in de arm namen werden daarvoor niet door de NCTV gewaarschuwd. De minister vindt dat die burgemeesters zelf verantwoordelijk waren voor het bewaken van de rechtmatigheid van het onderzoek. Die positie is niet houdbaar, omdat de NCTV, die de onderzoeken subsidieerde, NTA bij de burgemeesters aanprees als een geschikt onderzoekbureau. Bovendien werden de subsidieaanvragen door de NCTV beoordeeld en lag het dus voor de hand dat een check zou worden uitgevoerd op de onderzoeksmethode, zeker nu daartegen al bedenkingen bestonden. Deze laconieke opstelling  is ook niet verenigbaar met zijn positie als minister van de Eredienst. Nu de minister de onschendbaarheid van erediensten dient te waarborgen, had de mogelijkheid van infiltreren in moskeeën categorisch moeten worden uitgesloten. NCTV op de stoel van de AIVD Maar dit is niet het enige probleem dat in de brief van de minister wordt opgeroepen.  Zo blijkt dat gemeenten in samenwerking met de NCTV al enige jaren bezig zijn om antirechtstatelijke tendensen binnen de moslimgemeenschap op te sporen. Maar daartoe zijn die gemeenten en de NCTV helemaal niet bevoegd. Het doen van onderzoek naar organisaties en personen die de democratische rechtsorde bedreigen is in de Wet Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten exclusief opgedragen aan de AIVD. En de AIVD moet daarbij aan allerlei strenge eisen voldoen. Zo is onderzoek alleen toegestaan als het gaat om een ernstig vermoeden. Uit de brief blijkt bovendien dat de NCTV de NTA rapporten opgestuurd kreeg. Maar de NCTV mag zich in zijn werk alleen baseren op openbaar beschikbare informatie op het internet. In april betrapte NRC de NCTV er al op dat deze zich niet aan dit beperkte mandaat hield. De Kamer was hierover geïrriteerd en Minister Grapperhaus was genoodzaakt een wetswijziging in het vooruitzicht te stellen waarin de juridische grondslag zal worden verruimd. Dat een half jaar later blijkt dat de NCTV opnieuw in de fout is gegaan moet de Kamer niet geruststellen. Ontoelaatbaar onderzoek Maar het meest opmerkelijke is wel dat bij geen enkele overheidsfunctionaris de vraag naar de toelaatbaarheid van onderzoek naar één enkele geloofsrichting is opgekomen. Dit levert namelijk discriminatie op, tenzij hiervoor een objectieve rechtvaardiging kan worden aangevoerd. De minister wijst op het risico van uitreizigers naar het kalifaat, maar dat kan niet als rechtvaardiging dienen. Onderzoek laat zien dat religie niet de trigger is voor uitreizen, maar dat deze wordt veroorzaakt door maatschappelijk uitsluiting, discriminatie en de bejegening van moslims door westerse landen, vooral de inwoners van de Palestijnse gebieden. Sterker nog, juist het gebrek aan kennis van de islam geeft bij uitreizigers de doorslag, omdat zij niet door de verhalen van ronselaars heen kunnen prikken. Antiterrorismebeleid op verkeerde weghelft De kwestie rond de NTA toont opnieuw aan dat het antiterrorismebeleid op de verkeerde weghelft is beland. Door moslims als 'verdachte gemeenschap' te behandelen worden problemen als uitsluiting en discriminatie niet opgelost maar juist vergroot en nemen de risico's toe. In zijn brief benadrukt de minister dat hij veel belang hecht aan goede banden met de moslimgemeenschap en dat hij zich zal inzetten om de vertrouwensband te herstellen. Ook geeft hij toe dat we de moslimgemeenschap hard nodig hebben om het terrorisme te bestrijden. Maar dan wordt het nu echt wel de hoogste tijd om moslims niet langer als onderzoeksobject te zien, maar als volwaardige partners. Een brede coalitie binnen de Nederlandse moslimgemeenschap heeft begin dit jaar een uitgewerkt projectvoorstel gepresenteerd om terrorisme te bestrijden met steun van de gemeenschap en met behulp van de islam.[1] Dat voorstel is ontwikkeld in samenwerking met het Cross-cultural Human Righst Centre van de VU. Het voorstel is gedeeld met de NCTV maar is daar in een la beland. Minister Grapperhaus kan zijn goede wil tonen door met samenwerkende moslimorganisaties [*] het gesprek over dat voorstel aan te gaan. Dit artikel verscheen eerder bij Republiek Allochtonië. Tom Zwart is hoogleraar Crosscultureel Recht, Universiteit Utrecht en directeur van het Cross-cultural Human Rights Centre van de VU [*] Federatie Islamitische Organisaties (FIO), Samenwerkingsverband Islamitische Organisaties Regio Haaglanden (SIORH), Samenwerkingsverband Moskeeën Utrecht en Omgeving (SMUO), Stichting Platform Islamitische Organisaties Rijnmond (SPIOR), Samenwerkende Moskeeën Brabant en Zeeland (SMBZ), Samenwerking Moskeeën Limburg (SML), Samenwerkingsverband van Marokkaanse Nederlanders (SMN).

Door: Foto: Afbeelding shaking hands by geralt on Pixabay
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Grenzeloos geneuzel

OPINIE - Ze zijn er als de kippen bij, de ‘islam!’ roepers, de ‘grenzen dicht!’ schreeuwers, de ‘zie je nou wel’ mekkeraars. Zonder enige consideratie voor de slachtoffers staan ze op hun zeepkist te brallen. En wie nuance aanbrengt in berichtgeving ‘praat terreur goed’. I kid you not. En vooral de ‘oplossingen’ hè, vooral die oplossingen.

Want laten we wel zijn, deze aanslag op Brits grondgebied laat een paar dingen zien: wie kwaad wil, kan kwaad doen.

Net als Nederland heeft Groot-Brittannië strenge vuurwapen wetten, vooral sinds de Dunblane school shooting in 1996, maar een auto en keukenmes zijn overal verkrijgbaar.

Het land heeft sinds 2001 een serie van anti-terrorisme wetten doorgevoerd die veel strenger zijn dan Nederland en allerlei programma’s met betrekking tot het signaleren van radicalisering. Zelfs tot op de kleuterschool aan toe.

Verder heeft Groot-Brittannië geen ‘open grenzen’ zoals Nederland ze heeft: wie de oversteek waagt zal dat per vliegtuig, boot of chunnel moeten doen, inclusief paspoort controles en douane die je bagage mag controleren. Toch net anders dan even via de A12 de grens over bij Zevenaar.

Grenzen dicht?

Ondanks dit alles blijven sommigen roepen om simplistische oplossingen als ‘grenzen dicht’. Maar Nederland heeft ervaring met ‘dichte grenzen’ en terrorisme. In de tijd dat er gewoon een slagboom was en douane hun werk deed, gingen leden van het Duitse Rote Armee Fraktion regelmatig de grens over: naar Nederland om te schuilen of naar België om te vluchten. En zeg nou zelf, ook in die tijd was het kinderlijk eenvoudig om de hoofdwegen af te gaan en via binnenweggetjes de grens over te steken.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Gerard Van der Leun (cc)

Kamermeerderheid stemt voor afschaffing privacy

ANALYSE - Als het aan de Tweede Kamer ligt, krijgen de inlichtingen- en veiligheidsdiensten bevoegdheid om het internetgedrag van miljoenen burgers ongericht en op grote schaal af te tappen met een sleepnet.

In de schaduw van de net begonnen campagne voor de Tweede Kamerverkiezingen op 15 maart heeft een rechts-conservatieve Kamermeerderheid vorige week nog even snel ingestemd met een even extreem-autoritair als waanzinnige aanslag op onze privacy. De aftapbevoegdheid van de geheime dienst kent nauwelijks enige beperkingen. In het wetsvoorstel zijn wel de algemene beginselen proportionaliteit, subsidiariteit en noodzakelijkheid opgenomen maar deze beginselen hebben weinig betekenis als deze niet leiden tot substantiële wettelijke beperkingen van de aftapbevoegdheden om de privacy van burgers te waarborgen. Hierdoor hebben de geheime diensten een te grote autonomie om te bepalen wat proportioneel en noodzakelijk is. Ondanks deze bijna onbeperkte bevoegdheid om internetgegevens van burgers op grote schaal af te tappen, framet Plasterk dit als doelgericht en proportioneel door deze interceptie onderzoeksopdrachtgericht te noemen. Als de onderzoeksopdracht breed genoeg is, wat het geval is bij fenomeenonderzoeken van de AIVD, dan wordt grootschalige interceptie noodzakelijk en proportioneel geacht. Dit biedt dus geen enkele waarborg voor de privacy van de burger.

Geen noodzaak

Foto: copyright ok. Gecheckt 04-10-2022

De echte dreiging in Amerika

Het afgelopen decennium waren bange jaren voor de VS, maar hoe groot was de terroristische dreiging nu echt?

Onlangs is een interessante studie verricht door veiligheidsdeskundige John Mueller. Hij en zijn studenten hebben alle zaken onderzocht na 11 september waarbij een poging is gedaan om een jihadistische aanslag te plegen om Amerikaanse grondgebied. Het zijn 33 zaken. Enkele opvallende bevindingen:

In 12 gevallen zijn complotten ontrafeld door middel van een informant. In de meeste gevallen hielp die informant mee of stimuleerde hij zelfs de uitvoering door bijvoorbeeld nepbommen en geld te leveren.

De meeste pogingen waren erg knullig. Ondanks de waarschuwing van de Amerikaanse overheid voor de toepassing van massavernietigingswapens, lukte het de meeste wannabe terroristen niet om een werkende bom of wapen te fabriceren. Ze werden vervolgens wel allemaal aangeklaagd voor de poging om massavernietigingswapens te gebruiken. Mueller verbaast zich over deze slechte voorbereidingen, zeker omdat de VS in zijn geschiedenis al veel succesvolle bomaanslagen kreeg te verduren, vooral in de jaren zeventig.

De doelen werden toevallig gekozen. Er was zelden sprake van het bewust uitkiezen van ‘kritieke infrastructuur’.

De motivatie van de aanslagplegers was zelden religieus geïnspireerd. De meesten maakten zich kwaad over het Amerikaanse en Israelische beleid in het Midden-Oosten. In drie gevallen (van de 85 potentiële daders) stuurde de dader aan op een zelfmoordactie.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Baas CIA: buitenlandbeleid VS creëert dreigingen

John Brennan (de baas van de CIA) begaat een thoughtcrime en geeft eindelijk toe wat iedereen allang begreep:

sometimes our engagement and direct involvement will stimulate and spur additional threats to our national security interests.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.