‘Zo’n envelop met donker kindje erop gaat gelijk prullenbak in’

Hans Withoos, internationaal modefotograaf en kunstenaar fotografeerde in Zambia voor Orange Babies kinderen met hiv, in designerkleding van de Braziliaanse ontwerper Fernando Silva. Wat vindt Hans Withoos precies van de discussie over beeldvorming? ‘Ik denk dat het nodig is. Als ik eerlijk ben…ik had nooit verwacht dat er in Afrika nog steeds mensen zijn die echt niet te eten en te drinken hebben, dat ze daarvoor in de rij moeten. Dat vind ik een gebrek aan voorlichting van elk goed doel. Dat verhaal lijkt zo jaren ‘70/’80, maar het is nog steeds zo. Dat wordt naar mijn idee nu niet meer goed gecommuniceerd. Ik ben best iemand die veel gesponsord heeft, maar ik zie alsmaar die lachende, blije kindjes uit Afrika of die kinderen met vliegen op hun gezicht. Ja, dat weet ik nou wel.’

Racisme en schoonheid in Afrika

Een grappig inkijkje:

Voor ‘zwart’ is het schoonheidsideaal niet zwart maar bruin. Je zou kunnen denken dat met name de mensen ten zuiden van de Sahara kleurenblind zijn. Iedereen is er immers donker. Toch wordt waarschijnlijk nergens scherper op kleurnuances gelet dan juist daar. Dat die haast pikzwarte Alek Wek uit Zuid-Soedan op de catwalks van Europa en Amerika een gevierd model kon worden, is voor de mensen in Afrika een volkomen raadsel.

In Oost-Afrika, een gebied dat ik vrij goed ken, wordt ‘zwart’ van donker naar licht in de volgende hoofdcategorieën opgedeeld:

black
coffee
chocolate
brown brown
brown
light

[…]

Brown brown geldt als het allermooist. Een lelijk brown brown meisje met een onappetijtelijk gebit en een pokdalig gezicht wint het van een schitterend coffeekleurig meisje met fonkelende tanden en een zijden huid. Toch is het zo dat moeders hun zonen waarschuwen voor meisjes die brown brown zijn. Want die geven eigenlijk alleen maar ellende. Ze laten zich maar al te vaak najagen door mannen. Zoals wij het ‘domme blondje’ hebben, kent Afrika het ‘domme bruintje’.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Beeldvorming in goede doelencampagnes is stigmatiserend

OPINIE - Firdaoussi verschijnt zo nu en dan op televisie, tussen de soapseries en het journaal door. Zij vult dan negentig seconden lang in haar eentje het beeld. Een klein, verdrietig meisje, op sterven na dood. Een dragende mannelijke voice-over vertelt met de nodige melancholie: ‘Ze is nog maar een kind. Een onschuldig meisje, dat niets anders kent dan pijn en gekweld wordt door ondervoeding.’  Op de kijker wordt vervolgens een dringend beroep gedaan: ‘Helpt u vandaag een kinderleven redden? Dat kan al vanaf drie euro per maand.’

Achter het beeld

Red het leven van Firdaoussi“, een reclamespot van Save the Children, heeft de gemoederen flink bezig gehouden de laatste tijd. IDleaks stuurde in juni een brief aan het management van Save the Children met het verzoek de reclame van de buis te halen. Publicist Frank van der Linde diende in oktober een klacht in bij brancheorganisatie Partos. Diverse Nederlanders met Afrikaanse roots deden een appèl op prominenten in de ontwikkelingssector om te stoppen met dit soort beeldvorming.

Waarom vallen zo veel mensen over deze reclamespot? En welke argumenten passeren daarbij de revue? IDleaks kwam eerder deze week met een uitgebreide analyse. Wij borduren daar in dit artikel op voort. We proberen antwoord te geven op de vraag “wat is eigenlijk het probleem?”, doen een aantal suggesties en sluiten af met een gedachte-experiment. Kijk voor je verder leest overigens eerst even naar de reclamespot die de directe aanleiding vormt voor dit schrijven.

Foto: IFPRI -IMAGES (cc)

Afrika moet zelf voor zijn eten zorgen

OPINIE -  ‘Afrika heeft grote agrobedrijven nodig,’ kopte het interview met Rabobank-analist Justin Sherrard  afgelopen dinsdag in Trouw. Jasper van Dijk en Eric Smaling, parlementariërs van de SP, hebben hun twijfels of grote multinationals wel zo goed zijn voor Afrika.

Het interview met Rabobank-analist Justin Sherrard (Trouw, 22 oktober) vestigt de aandacht op het groeiende handelstekort van Afrikaanse landen op het gebied van landbouwproducten. Op mondiale schaal is de scheefgroei inmiddels erg groot. Dat de (droge) landen van het Arabisch schiereiland forse netto importeurs zijn ligt voor de hand, maar ook China, Zuid-Korea en Japan geven jaarlijks per saldo tientallen miljarden dollars uit aan de import van landbouwproducten. De Verenigde Staten, Australië, Argentinië en Nederland staan nadrukkelijk aan de andere zijde van dit deel van de handelsbalans.

Het feit dat de savanne in Zuid-Amerika in snel tempo verandert in één groot sojaveld is voor een groot deel toe te schrijven aan de groeiende voedselbehoefte van China. Grote delen van Afrika lijken wat betreft landschap, regenval en bodemvruchtbaarheid op Zuid-Amerika en je zou ze inderdaad als ‘ongebruikt landbouwareaal’ kunnen betitelen, zoals Sherrard doet. De vraag is of Afrika gebaat is bij een zoete inval van de multinationals die Sherrard noemt. Met de regelmaat van de klok wordt namelijk melding gemaakt van schrijnende gevallen van landroof, waarbij grote arealen land op ruwe wijze worden omgetoverd tot plantages, met verwoesting van de bodemvruchtbaarheid en verdrijving van lokale bewoners tot gevolg.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

‘Peter R de Vries is een neokoloniale journalist’

“Ik ben de goede, blanke man en ik ben hier in het achterlijke Afrika waar alleen maar vreselijke wantoestanden plaats vinden.” Hij zegt het niet letterlijk, maar dat is de boodschap die Peter R. de Vries vijftig minuten lang uitstraalt in zijn programma Over de Grens. Dat is jammer. Is er eens aandacht voor een schrijnend probleem in Uganda, wordt de plank finaal mis geslagen door De Vries en de stichting Kids Rights, die deze reportageserie gesponsord heeft.

Foto: AK Rockefeller (cc)

Amerikaanse militaire inzet in Afrika

OPINIE - De afgelopen maanden horen we veel berichten over terreuraanslagen in Afrikaanse landen. In Nigeria pleegt de terreurgroep Boko Haram aanslagen. In Kenia viel de islamitische terreurbeweging Al Shabab een winkelcentrum aan. Ook in Libië en Mali plegen moslimextremisten aanslagen. Tot dusver proberen de lokale regeringen de terroristen aan te pakken, maar hoelang zal het nog duren voordat er buitenlandse militaire hulp ingeroepen wordt?

De afgelopen jaren heeft het Amerikaanse leger al in veel Afrikaanse landen voet aan de grond gekregen. In 2008 werd door het Pentagon AFRICOM opgezet, een nieuwe tak van het Amerikaanse leger dat de Amerikaanse belangen in Afrikaanse landen zal gaan verdedigen, als dat nodig is. Op de website van AFRICOM kun je lezen wat de doelstellingen van dit legeronderdeel zijn.
Op internet zijn al een paar kritische beschouwingen geschreven over de Amerikaanse (neokoloniale) inmenging in Afrika.
Nick Turse gaf op TomDispatch.com een overzicht van de snel groeiende activiteit van AFRICOM. Op het kaartje na de streep kun je zien dat Amerikaanse militairen actief zijn in 49 van de 54 Afrikaanse landen.

africom01

De gele markers geven activiteiten aan gestart in 2012, de groene merktekens wijzen op activiteit die in 2013 werd opgestart. Vooral in de laatste twee jaar groeit de Amerikaanse militaire aanwezigheid in Afrika sterk.

Foto: Monash University (cc)

Ewout Irrgang gaat Afrikaanse gezondheidszorg hervormen

INTERVIEW - Vorige week werd bekend dat Ewout Irrgang een nieuwe baan had gekregen bij de ontwikkelingsorganistie PharmAccess. Een opmerkelijke move voor een voormalig SP-Kamerlid om bij een dergelijk privaat initiatief te werken? Vice Versa sprak met Irrgang over zijn beweegredenen.

PharmAccess is een publiek-privaat samenwerkingsverband dat zich inzet voor betaalbare gezondheidszorg van goede kwaliteit. In 2010 ontving de organisatie de G-20 prijs voor innovatieve ontwikkelingsprojecten. De organisatie is onder meer bekend van het Health Insurance Fund, dat ziektekostenverzekeringen regelt in Afrikaanse landen. Vanaf 1 september treedt Irrgang in dienst en op 1 januari 2014 zal Irrgang in Dar es Salaam technisch directeur worden van het PharmAccess kantoor aldaar. Een hele overstap, erkent Irrgang. ‘We gaan verhuizen, mijn vrouw, 2 kinderen  – waarvan er één pasgeboren is – en ik. Dat is spannend en uitdagend, maar we gaan ervan uit dat het allemaal goed gaat en we er voorlopig zullen blijven.’

Hoe kwam bij PharmAccess terecht?

‘Via het Meerpartijeninitiatief HIV/Aids, waar ik voorzitter van was,  kwam ik in aanraking met het werk van PharmAccess en dat sprak me aan. Pharmaccess was oorspronkelijk bedoeld voor aidsprogramma’s en nog steeds hebben we daar programma’s voor lopen, zoals bij het Tanzaniaanse leger, de politie en gevangenissen waar 15.000 mensen een behandeling voor HIV/Aids krijgen. Er was niet een specifieke vacature, maar we zijn met elkaar in gesprek geraakt en zodoende heb ik deze baan gekregen. Ik vind het leuk dat ik hierbij mijn financiële belangstelling kan combineren met mijn betrokkenheid bij ontwikkelingssamenwerking. Daar past PharmAccess uitstekend bij.’

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Israël heeft een nieuw racismeprobleem

Mede door de strengere bewaking van de Europese grenzen proberen veel Afrikaanse asielzoekers een plek in Israel te krijgen. Het verzet daar tegen deze instroom is echter erg groot. Hoewel het argument dat Israël anders straks geen Joodse staat meer is, steek houdt, lijkt het toch verdacht veel op simpele vreemdelingenhaat.

Lees het achtergrondverhaal bij The Nation

Vorige Volgende