Technocentrisme bij het IPCC

door Hans Custers - Vanuit de wetenschappelijke wereld komt er de laatste tijd regelmatig kritiek op IPCC-rapporten. Die kritiek heeft geen betrekking op de bevindingen van werkgroep I, die de natuurwetenschappelijke stand van zaken beschrijft. Het gaat over de andere twee werkgroepen die, zou je kunnen zeggen, die natuurwetenschap vertalen naar maatschappelijke kwesties en mogelijke keuzes die de politiek kan maken. Vaak wordt daarbij aangetekend dat het probleem niet zozeer bij het IPCC zelf ligt, maar meer in de onderliggende wetenschap waarover het IPCC rapporteert. Die wordt gedomineerd door onderzoek uit de rijke, geïndustrialiseerde wereld, waardoor andere perspectieven onderbelicht blijven. Dat leidt bijvoorbeeld tot eenzijdige, voor het mondiale zuiden oneerlijke sociaaleconomische scenario’s. De Franse wetenschapshistoricus Jean-Baptiste Fressoz ging onlangs, in een uitgebreid artikel, in op een ander aspect van die scenario’s. Die verwachten teveel van technologische oplossingen voor het verminderen van de CO₂-uitstoot, het onderwerp waar Werkgroep III van het IPCC zich mee bezighoudt. Volgens Fressoz gaat dat techno-optimisme terug tot de tijd voor de oprichting van het IPCC. In mijn eigen speurtocht in de geschiedenis viel het me op dat in de eerste decennia na de Tweede Wereldoorlog technologie bijna als vanzelfsprekende oplossing voor allerlei problemen werd gezien. Het was zelfs een van de redenen voor de Amerikaanse overheid (en ook die van de Sovjet-Unie) om klimaatonderzoek te financieren. Ze hoopten technologie te kunnen ontwikkelen om weer en klimaat doelgericht te kunnen manipuleren, bijvoorbeeld ten behoeve van de landbouw of als oorlogswapen. Fressoz begint zijn geschiedschrijving wat later, bij de oliecrisis van de jaren ‘70. Het optimisme was toen wel wat getemperd, maar nog niet verdwenen, zo laat Fressoz zien. Hij plaatst er zelf wel een disclaimer bij. Geschiedschrijving betekent per definitie dat er selectie wordt gemaakt uit gebeurtenissen die meer of minder worden belicht. Een andere selectie zou tot een ander verhaal kunnen leiden. Maar alternatieve verhalen zouden wel veel korter zijn, meent Fressoz: Alternative histories are conceivable. One could, for instance, imagine an article detailing the IPCC’s distrust of technology and its advocacy for degrowth—but such a piece would likely be rather short. Fressoz is een pleitbezorger voor ‘degrowth’, het idee dat oneindige economische groei een onmogelijkheid is. Je zou hem dus kunnen verdenken van vooringenomenheid. Het neemt niet weg dat zijn observaties interessant zijn. En stof tot nadenken bieden. Ingrepen aan de vraag- of aanbodzijde De CO₂-uitstoot door energie-opwekking kan worden beperkt door maatregelen aan de vraag- of aan de aanbodkant. Met andere woorden, je kunt de vraag naar energie proberen kleiner te maken, of de productie van energie minder koolstofintensief maken. Het laatste draait helemaal om technologie: innovaties en opschaling van al beschikbare methodes. Terwijl voor vermindering van de vraag een ander soort veranderingen nodig zijn, van maatschappelijke, politieke of economische aard. Op basis van een aantal trefwoorden heeft Fressoz gekeken hoeveel aandacht er is voor de vraag- en aanbodkant in de rapporten van Werkgroep III. In het eerste rapport uit 1992 kwamen de begrippen die met aanbod te maken hebben 30 keer meer voor dan die over vraag. Sindsdien is dat verschil wel wat kleiner geworden, maar in het laatste rapport uit 2022 was het nog steeds een factor 7. Aantal keren dat verschillende trefwoorden worden genoemd in de rapporten van IPCC WGIII Technocentrisme in de wetenschap Fressoz meent dat een combinatie van drie oorzaken aan de basis ligt van de nadruk op en hoge verwachtingen van technologische oplossingen in rapporten van Werkgroep III. Allereerst is er het onderzoek aan universiteiten en andere wetenschappelijke instellingen welhaast per definitie gericht op nieuwe inzichten en mogelijkheden, waaronder technologische innovaties. Vaak zijn dat innovaties die (nog) niet bewezen effectief of economisch rendabel zijn, omdat daar nou eenmaal veel aan te onderzoeken en te ontwerpen is. En dus zijn er veel wetenschappelijke publicaties die hierover gaan. Het is simpelweg de taak van het IPCC om daarover te rapporteren. Ook is er veel geld beschikbaar voor onderzoek naar ‘groene innovaties’. Bedrijven investeren erin, overheden hebben subsidiepotjes en als het lukt om een nieuwe technologie succesvol te implementeren kan dat lucratief zijn voor de ontwikkelaars ervan. Een derde factor volgt uit de opdracht die het IPCC heeft, om te rapporteren over wat relevant is voor het beleid, maar zonder beleid voor te schrijven. Dat kan tot gevolg hebben dat rapporteurs terughoudend zijn over thema’s die politiek gevoelig zijn, zoals herverdeling, ongelijkheid of kritiek op beleid dat economische groei voorop stelt. Als politici nadrukkelijk stelling nemen over zulke thema’s, is de speelruimte van het IPCC om daar tegenin te gaan beperkt. Omdat de meeste auteurs uit de geïndustrialiseerde wereld komen, zullen ze vooral geneigd zijn tot terughoudendheid over onderwerpen die gevoelig liggen in rijke landen. Verandering van leefstijl werd bijvoorbeeld in 1992 taboe verklaard door president Bush senior, toen hij zei dat ‘the American way of life’ niet onderhandelbaar was. Techno-optimisme in neoklassiek economisch denken Zoals gezegd was techno-optimisme in de eerste decennia na de Tweede Wereldoorlog eerder regel dan uitzondering in het klimaatonderzoek. Technologie werd dan ook gezien als vanzelfsprekende oplossing voor een mogelijk toekomstig klimaatprobleem. In 1965 zag een Amerikaanse wetenschappelijke adviescommissie verandering van de albedo van het aardoppervlak – tegenwoordig heet dat solar radiation modification of SRM – als oplossing voor opwarming van het klimaat, bijvoorbeeld via de verspreiding van kleine reflecterende deeltjes over het oceaanoppervlak. Fressoz wijst op het grote vertrouwen in kernenergie als energieleverancier van de toekomst. Dat vertrouwen bleef in de jaren ‘70 overeind, toen wel al duidelijk was dat grootschalige, doelgerichte manipulatie van het klimaat niet realistisch is, of op zijn minst bijzonder riskant. De oliecrisis was toen, meer nog dan klimaatverandering, reden om te geloven in een grote toekomst voor kernenergie. Dat gold zeker voor economen van de neoklassieke school, zoals – hij weer – William Nordhaus. Nordhaus hield zich in de jaren ‘70 bezig met energie en introduceerde in die context in 1973 het begrip ‘backstop technology’. In zijn woorden: ‘roughly, a substitute process with infinite resource base’. Kernenergie zag hij als voorbeeld van zo’n technologie. De ‘backstop’ werd ook een belangrijk, misschien wel bepalend, element in zijn denken over het klimaat. In feite nam hij aan dat dergelijke technologieën wel ontwikkeld zouden worden, en dat er sprake zou zijn van een leercurve, waardoor ze in de loop van de tijd steeds goedkoper zouden worden. Bovendien zouden we, door de voortgaande economische groei, steeds meer geld hebben om ervoor te betalen. Op korte termijn veel investeren in maatregelen om de uitstoot te beperken zou weggegooid geld zijn, want in de toekomst zou dat veel goedkoper kunnen. Onversneden techno-optimisme, dus. Uitstellen van ingrijpende maatregelen was dan ook de conclusie die volgde uit simulaties met zijn DICE model, dat hij in de vroege jaren ‘90 ontwikkelde. Een eenvoudig modelletje, dat geldt als een voorloper van de hedendaagse, inmiddels flink bekritiseerde integrated assessment models of IAMs. Hoe Fressoz over deze geschiedenis denkt, blijkt uit het kopje boven zijn beschrijving ervan: ‘Backstop ideology’. IPCC Werkgroep III Nordhaus heeft grote invloed gehad op de klimaateconomie, als een van de grondleggers ervan. Daarmee heeft hij ook zijn stempel gedrukt op de economische analyses uit de IPCC-rapporten, die immers de wetenschappelijke literatuur volgen. Dat geldt zeker ook voor de sociaaleconomische scenario’s die door het IPCC zijn gebruikt, die werden ontwikkeld met behulp van IAM’s. De ‘backstop’ was vrijwel standaard onderdeel van die scenario’s. De discussie ging vooral over de instrumenten die bij konden dragen aan de ontwikkeling van zulke technologieën, zoals CO₂-heffingen, R&D-beleid of subsidies. Timing en kosten van de technologie werden als onzekerheden gezien, maar het bestaan ervan niet. Veel economische modellen maakten (en maken) impliciet de aanname dat er technologische oplossingen zouden komen voor klimaatverandering, als we daar tenminste voor zouden willen betalen. Aantal vermeldingen per pagina van enkele belangrijke technologieën voor mitigatie in rapporten van IPCC Werkgroep III Dat een bepaalde technologie wordt genoemd in een IPCC-rapport hoeft natuurlijk niet te betekenen dat die ook kansrijk wordt geacht. Maar een groot aantal vermeldingen geeft wel een indicatie van de verwachtingen. Wetenschappers publiceren in het algemeen immers liever over kansrijke dan over kansloze opties. Veranderingen in die aantallen vermeldingen zijn dus een indicatie van verschuivingen in het belang dat aan bepaalde technologieën wordt gehecht in de wetenschappelijke literatuur. Al kan het aantal publicaties ook te maken hebben met de complexiteit van een onderwerp, die het immers ook tot interessant onderzoeksonderwerp maakt. Fressoz illustreert dat laatste aan de hand van wat het laatste IPCC-rapport over waterstof zegt. Er wordt melding gemaakt van de ‘waterstofeconomie’ als een lange geschiedenis van niet waargemaakte beloftes, en de technische en logistieke complicaties van waterstof als energiedrager worden beschreven. Maar tegelijkertijd staat het centraal als oplossing voor de decarbonisatie van staalproductie en andere industrieën, en van vrachtverkeer en luchtvaart. Aantal wetenschappelijke publicaties over technologie voor het afvangen en opslaan van CO2 sinds 1990 De afbeelding hierboven laat duidelijk de opkomst zien van een andere technologie: het afvangen en opslaan van CO₂ (carbon capture and storage of CCS). Die technologie werd in de jaren ‘70 ontwikkeld, in eerste instantie niet met het oog op klimaatmitigatie, maar om CO₂ uit aardgas te verwijderen. De afgevangen CO₂ kon ook nog worden gebruikt om de opbrengst van oliebronnen te verhogen, door het daarin te injecteren. Rond de eeuwwisseling kwam CCS nadrukkelijker in beeld als mitigatie-optie. En in 2005 was het onderwerp van een speciaal rapport van het IPCC. In combinatie met het gebruik van biomassa als brandstof (BECSS), zou CCS gebruikt kunnen worden om CO₂ aan de atmosfeer te onttrekken, is de gedachte. De nieuwe ‘backstop’, volgens Fressoz. Negatieve emissies, en BECSS in het bijzonder, vormen in het vijfde (2014) en zesde (2022) IPPC-rapport een belangrijk ingrediënt van de meeste sociaaleconomische scenario’s. Conclusie Tien jaar na het Akkoord van Parijs staat het wel vast dat we de doelstelling van maximaal anderhalve graad opwarming niet gaan halen. Over een jaar of vijf, rond het verschijnen van het volgende IPCC-rapport, zal die grens worden overschreden. Natuurlijk is dat niet de schuld van het IPCC, of van Werkgroep III. De verantwoordelijkheid ligt bij de wereldpolitiek, die veel te weinig heeft gedaan om de uitstoot terug te dringen, zowel aan de kant van aanbod als van vraag. Daarmee hadden we in elk geval tijd kunnen winnen om te werken aan de overgang naar een duurzame economie. Of dat was gelukt, of alsnog gaat lukken, op basis van vooral technologische innovaties is niet met zekerheid te zeggen. Dat dat niet zal lukken als we doorgaan op de voet van de afgelopen tien jaar lijkt me duidelijk. Fressoz meent dat de grote focus op technologie, vooral aan de aanbodkant, in de wetenschappelijke literatuur tot een vals gevoel van veiligheid heeft geleid. Het idee dat de wetenschap een heel realistisch perspectief bood over hoe de technologie alles op zou lossen. Dat beeld begint meer en meer te wankelen. Terwijl de zorgen over de gevolgen van klimaatverandering er bepaald niet minder op zijn geworden. De roep om een koerswijziging, in de wetenschap én in de politiek, is dan ook begrijpelijk.

Foto: Jerusha. G on Unsplash

China haalt grondstoffen uit Afrika – en meer

De regering van Malawi heeft een overeenkomst getekend met het Chinese bedrijf Hunan Sunwalk voor een investering van 7 miljard dollar om de mijnbouwsector van het land te ontwikkelen. Een geweldig contract voor een van de armste Afrikaanse landen. Malawianen hebben al lange tijd te lijden onder een enorme inflatie (116% sinds december). Meer dan een derde van de bevolking is niet meer in staat om in de basisvoedselbehoeften te voorzien. De Chinese investering wordt een belangrijk keerpunt genoemd. Maar er moet nog veel worden uitgewerkt en de vraag is wie er het meest van deze investering gaat profiteren. 

China heeft zich opgewerkt tot de belangrijkste handelspartner van Afrika. In tegenstelling tot het westen dat neerkijkt op hulphoevende landen die zich afkeren van de oude koloniale machten erkende China ‘niet alleen de economische waarde van Afrika vanwege zijn grondstoffen, maar ook de strategische waarde van Afrika’s vele VN-lidstaten, die invloedrijk zijn op het wereldtoneel’. China koopt vrienden. Met investeringen, kennis, expertise én leningen die natuurlijk ooit moeten worden terugbetaald. China kan ook wat vragen van Afrika.

Tegelijk met het nieuws over de investering van Hunan Sunwalk kwam het bericht dat president Lazarus Chakwera pardon heeft verleend aan Lin Yunhua, zijn vrouw Qin Hua Zhang en anderen die in Malawi vastzaten voor stroperij. Over het verband kan men speculeren. Maar natuurbeschermers zien er een slecht teken in voor het behoud van de nog bestaande biodoversiteit in Malawi. In 2019 werden de Chinezen gearresteerd vanwege het bezit van olifantstanden, nijlpaardtanden en neushoornhoorns die konden worden herleid tot dieren die waren gedood in het Liwonde National Park in Malawi. Het Openbaar Ministerie omschreef het Lin-Zhang-netwerk als een ‘gevaarlijk syndicaat’ dat in de hele regio criminaliteit in de natuur financierde en organiseerde, met smokkelroutes tot in China en andere illegale marktcentra. Lin en Zhang kregen respectievelijk 14 en 11 jaar gevangenisstraf. Dat ze nu al vrijkomen, nog voordat ze de helft van hun straf hebben uitgezeten is opmerkelijk. 

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Quote du jour | duurzaam bouwen

QUOTE - De gemeente Krimpenerwaard betrekt begin volgend jaar een nieuw energieneutraal, circulair en biobased gemeentehuis. Misschien wel het duurzaamste gemeentehuis van Nederland. Hoe vertaal je die grote ambities naar de praktijk?

Even heel wat anders: een gaaf voorbeeld van duurzaam bouwen. Het kan.

En als het dan toch een nieuw gebouw moet komen, maak het dan meteen zo duurzaam mogelijk, vond de gemeente­politiek. Zo werd gekozen voor een ontwerp dat hoog scoort op alle duurzaamheidseisen en voor een groot deel bestaat uit natuurlijke materialen en circulair is. Een deel van de materialen in het gebouw is hergebruikt en het gebouw is demontabel. Bilardie: ‘Het moet echt een voorbeeld worden van hoe je energieneutraal en circulair kunt bouwen in onze gemeente.’

Foto: Matt Brown (cc)

Moderne klimaatontkenning

COLUMN - een gastbijdrage van Jelle de Graaf [*]

Er was een tijd dat klimaatontkenning nog makkelijk ter herkennen was. Das war einmal. Nu de klimaatcrisis steeds zichtbaarder is, is de fossiele industrie overgestapt op andere tactieken. Dus hoe ziet hedendaagse klimaatontkenning eruit?

“Klimaatverandering bestaat niet”

Hoewel de klassieke klimaatontkenner steeds zeldzamer wordt, bestaat die nog wel. Zo reageerde PVV-minister Madlener na de overstromingen in Valencia, waar honderden doden vielen, door te stellen dat je de overstromingen “niet zo één-twee-drie” kan koppelen aan het klimaat. Zelfs extreemrechtse partijen als de PVV richten zich tegenwoordig echter vooral op hoe we met het klimaat moeten omgaan, en niet op het ontkennen dat er iets gaande is.

“Het mag vooral niks kosten”

Dit is het op de (uiterst) rechtse flank dominante verhaal gaat. Ja, er is (mogelijk) iets gaande met het klimaat, maar we moeten er vooral geen geld in steken want dat is slecht voor DE BURGER. Dit is een heel geniepig narratief omdat het, zonder dit te benoemen, een op consumenten gerichte aanpak van de klimaatcrisis suggereert die de grote vervuilers buiten schot laat en gewone mensen enorm afschrikt.

“We hebben de industrie nodig”

Foto: Christopher Michel (cc)

Is anderhalve graad opwarming al niet teveel voor de ijskappen?

ACHTERGROND - Laat ik beginnen met een waarschuwing. Wie een absoluut zeker ‘ja’ of ‘nee’ verwacht als antwoord op de vraag hierboven, moet ik teleurstellen. Absolute zekerheid kan de wetenschap hierover niet geven. Los van het feit dat er geen harde, volledig objectieve criteria bestaan voor wat we onder ‘teveel’ moeten verstaan. Maar vooral leven we inmiddels in een klimaat dat onbekend terrein is voor ons. Wat er in dat onbekende terrein met ijskappen gebeurt hangt af van een ingewikkeld samenspel van onder meer smelt aan het oppervlak, veranderingen in patronen van sneeuwval en regen, stroomsnelheid van gletsjers, inwerking van warmer zeewater aan de basis, enzovoort. Het inzicht in al die processen is het afgelopen decennium wel toegenomen. Inmiddels beseffen ijsonderzoekers dat de gevolgen van een vrij beperkte opwarming, zeg een of twee graden, voor de ijskappen veel groter zijn dan lang werd gedacht. Met natuurlijk nog wel het een en ander aan onzekerheden. Waarbij de mogelijke tegenvallers veel groter en ingrijpender zijn dan de mogelijke meevallers.

Om een idee te krijgen van wat er zou kunnen gebeuren moeten wetenschappers afgaan op reconstructies van veranderingen in ijskappen in het verre verleden, op modellen en op waarnemingen van wat er nu gebeurt. Het is onredelijk om te verwachten dat die wetenschappers heel nauwkeurig, op een tijdschaal van een of twee decennia, kunnen voorspellen wat de gevolgen zullen zijn van enkele tienden van een graad meer of minder. In de ijskappen van Groenland van Antarctica zit genoeg ijs opgeslagen om de zeespiegel met 65 meter te laten stijgen. Een procentje meer of minder dat daarvan smelt, heeft al ingrijpende gevolgen voor kustgebieden overal ter wereld.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Ton Nolles (cc)

Grind als goud

Van de Vlaamse auteur Chris de Stoop las ik eerder ‘Dit is mijn hof‘. Dat boek gaat over de boerderij aan de Schelde waar hij geboren is in de streek onder de rook van Antwerpen. Boeren worden hier bedreigd door havenuitbreidingen en nieuw aangelegde natuurgebieden zoals de Hedwigepolder. Het is een nostalgisch boek, maar tegelijk ook een aanklacht tegen bureaucratische autoriteiten die weinig gevoel tonen voor het oorspronkelijke boerenbestaan. Nu heeft De Stoop een nieuw boek geschreven waarin opnieuw een boerderij centraal staat, de Damiaanhoeve aan de andere kant van het land, in de uiterwaarden van Maas bij Heppeneert vlak onder Maaseik. Daar is eind augustus 2018 Gerty Vanhoef vermoord, waarna de nog niet zo lang geleden gerestaureerde boerderij in brand is gestoken. Haar man, landbouwingenieur Bert Bohnen, die haar tevergeefs probeerde te redden uit het brandende huis heeft De Stoop gevraagd om een boek te schrijven over deze nog steeds onopgeloste moord waarvoor Bohnen zelf ook door de politie als verdachte wordt aangemerkt en enige tijd is vastgezet.

De hoevemoord is volgens De Stoop ‘het 9/11 van deze kleine gemeenschap’. De ontzetting werd nog groter toen Bohnen na twee jaar werd gearresteerd als verdachte. Bohnen wordt door de arrestatie, de langdurige verhoren, de opsluiting in de gevangenis, het binnenstebuiten keren van zijn privéleven, de roddel en achterklap mentaal en lichamelijk zwaar op de proef gesteld. De Stoop voert lange gesprekken met hem en zijn drie kinderen. Over de geschiedenis van de familie, de boerderij, de overstromingen in 1993 en 2021, de restauratie van het eeuwenoude pand en de steeds grotere dreiging van baggermolens voor de grindwinning. Bohnen verzet zich met succes tegen de afbraak van zijn ‘Damiaan’. De suggestie dat daar een motief voor de moord en de brand gevonden kan worden blijft het hele boek door hangen. De Stoop zegt zelf geen standpunt in te nemen, maar gelooft wel in de onschuld van Bohnen. Hij verwijt de politie een tunnelvisie. ‘Het tijdsbestek was volgens experts te kort om de brand en moord te plegen, er was geen motief, politie en justitie zeggen nu zelf ‘uitgerechercheerd’ te zijn, enzovoort.’ Maar zijn alle ‘pistes’, zoals de Vlamingen zeggen wel ‘uitgerechercheerd’? Volgens velen zien sommigen de hoeve liever vandaag dan morgen verdwijnen. Die ligt namelijk in de winterbedding die natuur- en overstromingsgebied moet worden, en zo deel zal uitmaken van het RivierPark Maasvallei, dat zich over een afstand van 40 kilometer langs de Maas uitstrekt. Tegelijk krijgt de grindfirma Steengoed er de mogelijkheid om het gebied te ontgrinden, wat economisch veel waard is. ‘Ook binnen het speurdersteam stonden agenten trouwens lijnrecht tegenover elkaar,’ zei De Stoop in een interview met de Belgische krant Het Laatste Nieuws. ‘Er zijn bijeenkomsten geweest van het comité dat toezicht houdt op de politie, er werd een andere case-officier op de zaak gezet, en er werd zelfs — zeer uitzonderlijk — een review van het onderzoek gevraagd. Erkende gerechtsdeskundigen brachten tegenovergestelde analyses. Het werd één groot moeras van onzekerheden.’ Maar Bohnen blijft verdacht.

Foto: Donal Boyle (cc)

Inwoners Bonaire krijgen prijs voor rechtszaak tegen de staat

De inwoners van Bonaire en Greenpeace Nederland zijn uitgeroepen tot winnaar van de Issue Award 2025. Met hun rechtszaak tegen de Nederlandse Staat vragen zij op krachtige wijze aandacht voor klimaatverandering en koloniale ongelijkheid. De prijs werd gisteren uitgereikt op het Issuecongres 2025. De Issue Award wordt jaarlijks uitgereikt aan een initiatief of organisatie die zich op opvallende en effectieve wijze inzet voor een maatschappelijk issue en dit weet te agenderen bij het brede publiek en/of de politiek.

Een jaar geleden stapten acht inwoners van Bonaire met Greenpeace naar de rechtbank Den Haag voor een rechtvaardig klimaatbeleid. Net als bij de stikstofzaak die deze week door Greenpeace werd gewonnen gaat het om nalatigheid van de staat bij de bescherming van mens en natuur. Voor de inwoners op Bonaire zijn er nauwelijks plannen om hen veilig te houden in de klimaatcrisis. Een vijfde van Bonaire dreigt te worden opgeslokt door het water, door zeespiegelstijging richting het einde van deze eeuw. De gevolgen van klimaatverandering voor Bonaire zijn in kaart gebracht door onderzoekers van de VU. Grote delen van het eiland lopen het risico permanent onder water te komen. Zonder adaptatiemaatregelen zullen in 2050 alle wegen in het zuiden van Bonaire onbruikbaar zijn. Veel koraal en populaire duikplekken rond Bonaire kunnen in de komende decennia al verdwijnen. Dat betekent dat er aanzienlijk minder toeristen naar het eiland zullen komen. En toerisme is nog altijd een belangrijke inkomstenbron. Verder zullen inwoners door extreem weer en hittegolven te maken krijgen met groeiende aantallen ziekte- en sterfgevallen.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: tacowitte (cc)

Het jaar van de waarheid voor Amelisweerd?

Stikstof wordt ‘Chefsache’. Premier Schoof gaat zelf een ministeriële commissie leiden die met oplossingen moet komen voor de stikstofcrisis. De ministers van Landbouw (Wiersma), Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (Keijzer) en Infrastructuur en Waterstaat (Madlener) moeten de komende weken op zoek naar andere oplossingen dan BBB-minister Wiersma nu op tafel heeft gelegd. “We hebben een majeur probleem. Nederland mag niet stil komen te liggen”, aldus Schoof. Een infrastructureel project dat al jaren stil ligt is de aanpassing van de A12 en de A27 bij Utrecht. Daarin zit een verbreding van de A27 die ten koste gaat van een stuk bos bij Amelisweerd. Hoe groot is de kans dat dit plan ooit nog uitgevoerd gaat worden? In de regio stuit het al jarenlang op veel verzet. In november liep het Domplein vol met demonstranten. De dapperste demonstranten deden onlangs uit protest de Nieuwsjaarsduik in de Kromme Rijn.

De stand van zaken is nu in ’t kort als volgt. De Raad van State heeft in november het beroep van de Kerngroep Ring Utrecht (KRU) behandeld en doet naar verwachting eind maart of begin april uitspraak over alle ingebrachte bezwaren. Daarbij ook het alternatieve plan van de Provincie en de Gemeente Utrecht dat Amelisweerd spaart. Minister Madlener heeft dit plan afgewezen, maar zag zich gedwongen onder druk van de Kamer toe te zeggen ‘dat hij met de provincie en gemeente Utrecht in serieus overleg gaat over alle aspecten van het Alternatief Ring Utrecht (ARU) en hij zal de uitkomst van dit overleg terugkoppelen aan de kamer voor het eind van het eerste kwartaal 2025.’ De  KRU gaat er van uit dat dit betekent dat de Kamer de minister nog kan ‘terugfluiten’ en dus kan kiezen voor het ARU.

Foto: CAL FIRE_Official (cc)

Klimaatcrisis: branden in Los Angeles

Sinds 7 januari woeden er stevige bosbranden in Los Angeles. Inmiddels hebben wetenschappers aangetoond dat de krachtigere wind, hogere temperatuur en drogere omstandigheden toe zijn te schrijven aan klimaatverandering. Hoewel klimaatverandering de branden niet heeft aangestoken, heeft door mensen veroorzaakte klimaatverandering wel de omstandigheden geschapen waarin de branden tot de huidige catastrofe kunnen uitgroeien. De belangrijkste oorzaak van door mensen veroorzaakte klimaatverandering is verbranden van fossiele brandstoffen. De belangrijkste oplossing is dan ook om zo snel mogelijk over te schakelen op CO2-vrije of -arme energiebronnen.

Overzicht van weers- en klimaatrampen met $1 miljard of meer schade in 2024

Klimaatverandering en de natuurbranden in LA

De onderzoekers van ClimaMeter, een van de samenwerkingsverbanden dat attributie onderzoek doet naar de samenhang tussen extreem weer en klimaatverandering, komen tot de conclusie dat de natuurbranden in Los Angeles versterkt zijn door klimaatverandering. De meteorologische omstandigheden zijn tot 5°C warmer, tot 15% droger (3 mm/dag) en 20% winderiger (tot 5 km/u sterkere wind) in vergelijking tot vergelijkbare omstandigheden in het verleden. Natuurlijke variabiliteit in het weer speelt volgens de onderzoekers een kleine rol.

ClimaMeter grafieken over Los Angeles natuurbranden

De schade van de branden wordt momenteel door sommigen geschat op $150 miljard. Ter vergelijking de totale schade van alle weer- en klimaatrampen in de VS van $1 miljard of meer bedroeg $182 miljard in 2024. Grote bedragen gaan vaak het voorstellingsvermogen te boven. De impact van klimaatverandering wordt echter steeds groter voor gewone mensen. In Florida hebben huizenbezitters toenemende moeite om een (betaalbare) verzekering te vinden tegen overstromingen, in Californië hebben huizenbezitters de laatste jaren een soortgelijk probleem met het vinden van een verzekering tegen natuurbranden. Een groeiend aantal verzekeraars biedt geen verzekering meer aan in Californië of verhoogt de premies zo sterk dat de verzekering onbetaalbaar wordt.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Foto: Meredith Petrick, via Unsplash.

Wat we weten over soja en ontbossing

Grote hoeveelheden soja gaan de hele wereld over om mens en dier te voeden. Wereldwijd wordt meer dan 100 miljoen hectare land gebruikt voor sojateelt; een stuk land zo groot als Frankrijk, Duitsland, België en Nederland bij elkaar (Storymaps, via AnimalRights). Om nieuwe sojaplantages aan te leggen om nog meer soja te kunnen telen en daar geld aan te verdienen, worden natuurgebieden vernietigd. Deze ontbossing vindt met name plaats in Zuid-Amerika (WWF). Vegetariërs worden daarom nog weleens scheef aangekeken omdat hun sojaburger zou bijdragen aan ontbossing. Maar hoe dit dat nu echt? Het is tijd om de feiten erbij te halen en wel over het verband tussen sojateelt en ontbossing.

Soja wordt door mensen gegeten in vele vormen, zoals tofu (plakken van gemalen sojabonen), tempeh (gemaakt van gefermenteerde sojabonen), sojaburgers, sojamelk of -drink (de zuivellobby vindt wat van de naam ‘sojamelk’) en andere zuivelvervangers, edamame-boontjes, soja-olie, sojasaus (van gefermenteerde soja), miso (een Japanse gefermenteerde sojabonenpasta) en meer Aziatische smaakmakers. En dan vergeet ik vast nog wel wat.

Soja voor mensen en voor dieren

Voor wie denkt dat vegetariërs hier de grote schuldigen zijn wat ontbossing voor soja betreft, heb ik nieuws: slechts 6% van de soja die wereldwijd wordt geteeld, wordt direct door mensen gegeten in de vorm van bijv. tofu, sojamelk of een sojaburger. Daar tegenover staat dat zo’n 75% van de wereldwijde sojaproductie wordt gebruikt als veevoer.

Volgende