Participeren kan ook met een basisinkomen

n het debat over de toekomst van het socialezekerheidsstelsel ligt de nadruk op betaald werk. Maar wat als je participatie breder definieert? Dan komt een basisinkomen als serieus alternatief in beeld. Docent-onderzoeker Barbara Brink bepleit een fundamenteel gesprek over nut en effect. Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) roept in een recent rapport, Sociale en culturele ontwikkelingen 2025op om de achterliggende waarden van beleidskeuzes expliciet te maken. Zo kan zichtbaar worden wat de samenleving belangrijk vindt. Laten we dat bijvoorbeeld doen voor de rol van betaald werk in de discussie over het socialezekerheidsstelsel. De opstellers van het CPB-rapport Kiezen voor later vragen zich af of een basisinkomen een oplossing kan bieden voor de tekortkomingen van het bestaande socialezekerheidsstelsel. Zij concluderen van niet, en noemen als grootste bezwaar dat een basisinkomen de prikkel tot betaald werk vermindert. Maar klopt dit argument wel? En welke waarden zijn hierbij doorslaggevend? Bezwaar Het CPB verwijst naar een Amerikaanse studie waarin aangetoond zou worden dat een basisinkomen de arbeidsdeelname verlaagt. Een basisinkomen staat niet haaks op de bereidheid om te werken> Opvallend genoeg laat het CPB daarbij belangrijke nuances buiten beschouwing van bijvoorbeeld Fins onderzoek. Dat laatste laat zien dat ontvangers van een basisinkomen optimistischer zijn over hun toekomst en meer vertrouwen hebben in hun kansen op de arbeidsmarkt. Leids onderzoek concludeert bovendien dat een basisinkomen mensen in staat stelt om werk te vinden dat zij als betekenisvol ervaren. Een basisinkomen staat dus niet haaks op de bereidheid om te werken. Wat daarbij vaak onderbelicht blijft, is dat het huidige socialezekerheidsstelsel ook niet voor iedereen een prikkel tot arbeid bevat. In de bijstand geldt het ‘huishoudinkomenprincipe’: als één partner werkt en voldoende verdient, heeft de ander geen recht op een uitkering. Hierdoor worden werkloze partners niet individueel aangespoord om hun talenten en vaardigheden in te zetten op de arbeidsmarkt. Veel potentieel blijft onbenut, simpelweg omdat de structuur van het stelsel actieve deelname onvoldoende stimuleert. Een overstap naar individuele bijstandsrechten of een basisinkomen zou deze dynamiek kunnen doorbreken en bijdragen aan een systeem waarin iedereen wordt aangespoord en gefaciliteerd om deel te nemen, ongeacht hun gezinssituatie. Moet een socialezekerheidsstelsel primair gericht zijn op het zo snel mogelijk vinden van betaald werk? Onderzoeken naar het basisinkomen roepen ook een andere vraag op: moet een socialezekerheidsstelsel primair gericht zijn op het zo snel mogelijk vinden van betaald werk, of gaat het ook om het vinden van passend of betekenisvol werk? Het SCP benadrukt in een ander rapport, over de bijstand, dat een socialezekerheidsstelsel dat bijstandsgerechtigden ondersteunt in het vinden van passend werk tevens bijdraagt aan een beter leven van betrokkenen. Dus wat als het stelsel ruimte creëert om mensen te begeleiden naar werk dat bij hun talenten en vaardigheden past, levert dat niet een veel duurzamere oplossing op, voor zowel het individu als de samenleving? Eenzijdig De Bijstand als onderdeel van de Participatiewet is erop gericht mensen te laten uitstromen naar betaald werk. Dit uitgangspunt bepaalt niet alleen de voorwaarden voor bijstandsverlening, maar ook de wijze waarop participatie wordt gewaardeerd. Het stelsel erkent maatschappelijke bijdragen zoals mantelzorg, vrijwilligerswerk en zorgtaken nauwelijks als volwaardige vormen van participatie, ondanks hun belang voor de samenleving. Een basisinkomen kan bijdragen aan de erkenning van alle vormen van maatschappelijke participatie Het SCP merkt op dat de eenzijdige focus op betaald werk ten koste gaat van maatschappelijke betrokkenheid op andere terreinen. Evelien Tonkens, de Utrechtse hoogleraar Burgerschap en Humanisering van de Publieke Sector, wees in 2013 al op de noodzaak om participatie breder te definiëren dan alleen betaald werk. Pas de laatste twee jaar wordt participatie breder gedefinieerd. Dit is onder anderen zichtbaar in de Participatiewet in balans. In die wet, ingediend door de toenmalige minister van Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen Carola Schouten, wordt participatie niet uitsluitend opgevat als het verrichten van betaalde arbeid, maar breder gedefinieerd als vertoon van maatschappelijke betrokkenheid. Betekenisvol Een basisinkomen kan bijdragen aan de erkenning van alle vormen van maatschappelijke participatie. In reactie op de eerdergenoemde Amerikaanse studie naar de effecten van de invoering van een basisinkomen zegt columnist en podcastmaker Simon van Teutem dat de vastgestelde afname van arbeidsparticipatie voornamelijk plaatsvond onder deelnemers met kinderen. Het betrof met andere woorden een groep die betaalde arbeid inwisselde voor informele zorg. Is dat problematisch? Voor Van Teutem niet, voor hem is dat effect eerder reden om te concluderen dat een basisinkomen inderdaad andere vormen van participatie mogelijk kan maken. Bij elke keuze om het stelsel te verbeteren, zal er sprake zijn van een afruil Samengevat lijkt het verstrekken van een basisinkomen mensen in staat te stellen om een bij hen passende en betekenisvolle bijdrage aan de samenleving te bieden. Er is geen bewijs voor het argument van de tegenstanders dat een basisinkomen ertoe leidt dat mensen lui achterover gaan hangen. Het tegendeel is eerder waar. Fundamenteel Vragen over de financiering van en het politieke draagvlak voor het basisinkomen zijn terecht. Maar zoals de Commissie Sociaal Minimum aangeeft: bij elke keuze om het stelsel te verbeteren, zal er sprake zijn van een afruil. Om die afruil goed in kaart te brengen, moeten we het gesprek echter niet meteen afkappen. Voor het goede functioneren van het socialezekerheidsstelsel en van de samenleving als geheel moeten we een fundamenteel gesprek voeren over de waarde van participatie. Alleen dan kunnen we bewuste keuzes maken. Willen we een samenleving waarin iedereen naar vermogen kan participeren? En zo ja, hoe meten we participatie: in geld of ook in maatschappelijke waarde? De keuze moet hoe dan ook expliciet zijn, zodat we onze samenleving en het socialezekerheidsstelsel erop kunnen aanpassen. Dit artikel verscheen eerder bij Sociale Vraagstukken. Barbara Brink is docent en onderzoeker socialezekerheidsbeleid Rijksuniversiteit Groningen

Door: Foto: RDNE Stock Project via Pexels.com.
Foto: alessandro silipo (cc)

Hoe Senegal zijn vis verliest – en meer

Eind vorig jaar kapittelde de Europese Commissie Senegal vanwege illegale visserij en het gebrek aan controle op schepen die varen onder Senegalese vlag. Onderzoek van Follow the Money laat zien dat minstens een vijfde van die schepen eigendom is van Europese moederbedrijven. ‘Die sluizen niet alleen vis, maar ook de winst weg uit Senegal.’

Spaanse en Franse vissers die onder Senegalese vlag varen ontduiken Europese regels die hun vangst moeten beperken ten gunste van Afrikanen. ‘Ook krijgen ze zo via bilaterale verdragen toegang tot visgronden in buurlanden als Liberia en Gambia, en betalen ze minder voor havengelden en visrechten.’ Senegal heeft de afgelopen jaren volgens de EU te weinig gedaan aan bestrijding van illegale visserij. Aliou Ba van Greenpeace Afrika ergert zich aan de Europese hypocrisie: ‘Het narratief van de EU is dat visserij legaal moet gebeuren. Vervolgens hebben ze een waarschuwing uitgedeeld aan de Senegalese autoriteiten omdat Chinese boten hier ongestraft illegaal kunnen vissen. Dat Europese trawlers hetzelfde doen vertellen ze er niet bij.’ Maar de regering van Senegal is niet onschuldig. Ze hoopt met de export van vis buitenlandse deviezen binnen te halen. Bedrijven die de vis exporteren worden aangetrokken door belastingvoordelen. Met als gevolg dat een groot deel van de vis naar het buitenland gaat en niet ter beschikking komt van de lokale bevolking. Greenpeace berekende dat in 2015 slechts 4 procent van de waarde van de geëxporteerde vis terugvloeide naar West-Afrika. Lokale vissers delven het onderspit waardoor de stimulans om naar Europa te emigreren groter wordt.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Quote du Jour | Armoedebeleid moet eerlijker…

QUOTE - … en niet alleen eerlijker, maar ook nog eens eenvoudiger. Aldus het Instituut voor Publieke Economie, een denktank die zich bezig houdt met economisch beleid. Op hun website vatten ze de kern van hun recente rapport, Eerlijker en eenvoudiger armoedebeleid, kordaat samen:

De hulp voor mensen met een laag inkomen is versnipperd. Hierdoor lopen mensen hulp mis en ontstaan er oneerlijke verschillen tussen huishoudens.

Hier is een uitgebreidere samenvatting te vinden, inclusief duidelijke infographic van wat er allemaal anders kan (en zou moeten). Want zoals ze terecht opmerken werkt het huidige beleid niet voor de mensen, iets dat de regelmatige lezer van deze site niet volledig zal verrassen. Maar het werkt ook niet voor de gemeenten:

Het verschil tussen kapitaal en rijkdom

Inleiding

LONGREAD - Economisch journalist en columnist Mirjam de Rijk schreef een uitstekend boek over hoe het grote geld dat private equity heet de publieke sector en ook het bedrijfsleven verandert. Gekaapt door het kapitaal. De recensie die ik er eerder over schreef is hier te lezen.

Het boek is het resultaat van goede onderzoeksjournalistiek. De inhoud is ongemakkelijk en zorgwekkend. Het laat een zeer onwenselijke economische realiteit zien, namelijk, hoe private equity huishoudt in onze publieke sector. Het biedt feiten en inzichten in een wereld die zichzelf liever verborgen houdt. Het beschrijft hoe dat grote geld zich manifesteert en analyseert de oorzaken voor het ontstaan ervan. Bovendien draagt het ook nog een lijst aan praktische oplossingen aan.

Het boek doet echter ook iets niet. Het eindigt heel pragmatisch met lessen en oplossingen, maar komt niet toe aan de meer filosofische vragen die het zelf oproept. Het stelt niet de taal van het kapitalisme ter discussie, de woorden waarmee we denken over ons politiek economische systeem. Het beantwoord niet de vraag, of dit uitwassen van het kapitalisme zijn, of misschien iets anders dan kapitalisme.

Dat dit boek aan die vragen niet toekomt is overigens niet zo vreemd. Want het draagt zoveel materiaal aan dat je met het beantwoorden van dergelijke vragen nog een boek kunt vullen. Dat zou een filosofischer boek kunnen zijn dat helpt onze denkbeelden over het kapitalisme te herzien en de politiek ideologische consequenties ervan te doordenken. Wellicht komt De Rijk zelf met zo’n vervolg, maar op goede onderzoeksjournalistiek kan iedereen voortbouwen. In die geest probeer ik in een tweedelig artikel – waarvan het eerste hieronder te vinden is – een eerste schets te geven, van een hoofdstuk dat in zo’n boek zou kunnen staan.

Foto: Kheel Center (cc)

Eerlijk volgens Yesilgöz

Een gastbijdrage van Frans Kuijpers, eerder verschenen bij ‘Ballonnendoorprikker’.

Verelendung, een door Karl Marx gemunt begrip waarmee hij de voortdurende verslechtering van de positie van de proletarische klasse bedoelde. Het is het derde in een reeks van vijf stadia van de ondergang van het kapitalisme. Ik moest hieraan denken toen ik VVD-leider Yesilgöz haar plan met de titel De Agenda voor Werkend Nederland [1] hoorde presenteren. Een plan met als ondertitel Omdat het eerlijker moet. Een bijzonder plan, waarbij ik dus aan Verelendung moest denken.

Eerst even Marx en zijn vijf stadia. In het eerste stadium, de concentratie wet, vindt een concentratie van bedrijven. Bedrijven nemen andere over waardoor er steeds minder maar wel steeds grotere bedrijven ontstaan. In het tweede stadium, de accumulatie wet, proberen de overgebleven bedrijven hun bedrijf te laten groeien door te concurreren met de andere overgebleven grote bedrijven. Door die hevige concurrentie verslechtert de positie van de arbeider, het derde stadium, de Verelendung. Het steeds slechter behandelen van de arbeiders lost de problemen van de bedrijven niet op. Uiteindelijk worden arbeiders ontslagen en wordt de sociale ellende nog verder vergroot en zitten we in het vierde stadium, de crisistheorie. En als die crisissen elkaar in steeds hoger tempo opvolgen, zitten we in het laatste stadium, de ineenstorting van de kapitalistische maatschappij. Nu is Marx als groot wetenschapper een kundige beschrijver en duider van wat hij in zijn tijd zag gebeuren. Met zijn sociale en economische analyse van de negentiende-eeuwse samenleving was niet veel mis. Dat geldt niet voor zijn vermogen om de toekomst te voorspellen. Maar terug naar de VVD.

Doneer voor ¡eXisto!, een boek over trans mannen in Colombia

Fotograaf Jasper Groen heeft jouw hulp nodig bij het maken van ¡eXisto! (“Ik besta!”). Voor dit project fotografeerde hij gedurende meerdere jaren Colombiaanse trans mannen en non-binaire personen. Deze twee groepen zijn veel minder zichtbaar dan trans vrouwen. Met dit boek wil hij hun bestaan onderstrepen.

De ruim dertig jongeren in ¡eXisto! kijken afwisselend trots, onzeker of strak in de camera. Het zijn indringende portretten die ook ontroeren. Naast de foto’s komen bovendien persoonlijke en vaak emotionele verhalen te staan, die door de jongeren zelf geschreven zijn. Zo wordt dit geen boek óver, maar mét en voor een belangrijk deel dóór trans personen.

Foto: Schermafbeelding minister Eelco Heinen bij WNL

Nieuw jaar, nieuwe VVD: van xenofoob populisme naar fiscaal populisme

ANALYSE, LONGREAD - door Bram van Gendt

Sinds 2023 probeerde de VVD kiezers aan zich te binden met ferme taal over asielmigratie. De partij liet het kabinet Rutte IV vallen om een verkiezingscampagne te voeren die volledig om dit marginale thema moest draaien (we hebben het over slechts enkele tienduizenden asielmigranten per jaar). Deze roekeloze en machtsbeluste koers heeft de VVD, zoals inmiddels duidelijk is, niets opgeleverd. De PVV zette de toon op dit onderwerp en behaalde een klinkende overwinning met de inhoudsloze leus “De Nederlander op 1”. Hiermee werd gesuggereerd dat oorspronkelijke Nederlandse burgers benadeeld worden door een links-liberale elite, die vooral prioriteit gaf aan linkse hobby’s zoals ‘klimaatgekte’ en het verspillen van geld aan ‘asieltuig’. Vooral dat laatste sentiment sloeg aan bij kiezers, nu asielmigratie hoog op de politieke agenda stond: de uitgeknepen burger die zijn zuurverdiende geld ziet verdwijnen in de zakken van asielzoekers.

Het gevolg was dat de VVD ervoor zorgde dat de PVV van 17 naar 37 zetels steeg. Door deze politieke crisis, mede veroorzaakt door Brekelmans (die in een stuk in EW Magazine de deur voor de PVV op een kier zette) en Yesilgöz, zitten we nu opgescheept met het meest radicale kabinet in de parlementaire historie. De rampzalige gevolgen voor de kwaliteit van het openbaar bestuur zijn al zichtbaar: onder asielminister Marjolein Faber wordt de gehele asielketen de komende jaren ontmanteld, terwijl wekelijks symboolpolitiek wordt opgevoerd. Ik vermoed dat historici haar over enkele decennia zullen aanwijzen als een van de slechtste, zo niet dé slechtste minister ooit. Een andere bewindspersoon die die de twijfelachtige eer kan verdienen, en waarvoor de VVD eveneens verantwoordelijk is, is minister Femke Wiersma. Haar ministerschap is dan ook als volgt samen te vatten: het geld voor boeren om de omslag te maken is verdwenen, en nu wordt er maar wat geïmproviseerd.

Foto: Stephan (cc)

De geheimen van Shell

COLUMN - Onder de titel ‘Een giftig pact‘ publiceerde de NRC in samenwerking met enkele andere Europese media het resultaat van een onderzoek naar een oliewinningsproject in Kazachstan van Shell en zes andere oliemaatschappijen. Het project is om meerdere redenen giftig: het vervuilt de natuur, er is sprake van corruptie, de plaatselijke bevolking heeft te lijden onder luchtverontreiniging en de vissers wordt een belangrijke inkomstenbron ontnomen. Milieuactivisten worden bedreigd. Volgens een van hen, Max Bokaj, die vijf jaar vast heeft gezeten, leidt de olie-industrie enkel tot versterking van de positie van invloedrijke families.

Wat in Kazachstan gebeurt is niet uniek. Shell en andere grote bedrijven laten vaker zien dat men geen boodschap heeft aan een schoon milieu, het terugdringen van CO2 uitstoot of de belangen van betrokken mensen, werknemers of omwonenden. De schade van onverantwoorde bedrijfsvoering is echter vaak moeilijk volledig in beeld te brengen omdat de bedrijven tegenover journalisten geen volledige openheid van zaken geven. Zo ook in dit geval.

De onderzoeksjournalisten die de milieuvervuiling en de corruptie aan het licht brachten melden dat ze met betrokken medewerkers van oliebedrijven ‘alleen op achtergrondbasis’ mochten spreken, ‘omdat ze geen toestemming hadden van hun werkgever om met journalisten te praten’. Ze hebben de bedrijven ook rechtstreeks benaderd met vragenlijsten. Shell gaat niet in op de vragen en verwijst naar NCOC, het bedrijf dat het project in Kazachstan uitvoert. NCOC zegt niet in te kunnen gaan op vragen over de milieuboetes en een arbitrage zaak die in het artikel aan de orde komen. Over de luchtkwaliteit in Damba, een van de plaatsen die geplaagd worden door vuile lucht, kan NCOC niets zeggen omdat Damba ‘buiten de impactzone van het olieproject’ valt. Andere Nederlandse bedrijven die bij het project betrokken zijn zoals verzekeringsmaatschappij Atradius DSB, baggerbedrijf Van Oord, en ingenieursbureau Witteveen en Bos ontwijken de meeste vragen over hun deelname.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: c_ambler (cc)

Leestip: ‘Gekaapt door het kapitaal’ van Mirjam de Rijk

RECENSIE - Mirjam de Rijk, economisch journalist, schrijver en voormalig wethouder, schreef met Gekaapt door het kapitaal een vlot lezend, goed gedocumenteerd boek [1]. De uitkomst van deze recensie is geen andere dan dat het boek gelezen moet worden. Daarom hierbij vast de aanmoediging om het aan te schaffen. Maar waarom is het lezen uw tijd en geld waard?

Iedereen leest weleens een kop in de krant, of ziet een item op een journaal, dat ongenoegen oproept over hoe onze economie tegenwoordig functioneert. Een fragment in het nieuws, waaruit blijkt dat er iets niet goed zit, maar dat vervolgens wordt begraven onder ander nieuws, of dat door dagelijkse beslommeringen naar de achtergrond verdwijnt. In de inleiding tekent De Rijk er een aantal op. Vervoersbedrijf Arriva in handen van Amerikaanse investeerder, Medisch specialisten stappen op vanwege overname van hun lab en Private equity koopt de ene na de andere zorgaanbieder.

Voor de Rijk vormde deze krantenkoppen juist de aanleiding voor een uitgebreid onderzoek. Ze sprak talloze mensen en kreeg veel informatie boven water, op basis waarvan ze eerst enkele artikelen voor De Groene Amsterdammer schreef en vervolgens dit boek. Daarin zijn die nieuwsfragmenten onderdeel van een verhaal over de werking van het kapitaal in de hedendaagse economie. Met name, maar niet alleen, in de economie van de publieke sector. Dat deel van de economie, waar winst van private partijen direct of indirect door de belastingbetaler wordt betaald.

Foto: Waitress, photo Andrea Piacquadio, via Pexels.

Strijd tegen platformisering is zaak van ons allen

De vakbonden FNV en CNV voeren al jaren actie tegen de platformisering van werk. Universitair hoofddocent Sociaal Recht Anja Eleveld en onderzoeker Erik Wesselius vinden dat de overheid meer moet doen. Ook de werkgevers mogen niet achterblijven.

Ongeveer twee jaar geleden startten de vakbonden FNV en CNV een rechtszaak tegen Temper. De rechtbank Amsterdam oordeelde onlangs dat mensen die voor platform Temper werken, vooral in de horeca, géén uitzendkrachten zijn.

De Hoge Raad moet er zijn definitieve oordeel nog over uitspreken

Het vonnis van de rechter betekent dat deze horecawerkers zich zelfstandige of zzp’er mogen blijven noemen. Maar dat houdt ook in dat zij niet, zoals werknemers in loondienst, bescherming genieten onder het arbeidsrecht en socialezekerheidsrecht.

De Hoge Raad moet er zijn definitieve oordeel nog over uitspreken. Die uitspraak kan nog jaren op zich laten wachten. Maar zelfs dan is het nog maar de vraag of alle mensen die via een platform in de horeca werken, zullen worden gekwalificeerd als werknemer (of uitzendwerknemer). De nasleep van een eerder door de vakbonden gewonnen zaak, tegen het platform Deliveroo, doet anders vermoeden. Maaltijdbezorgers die via het platform Uber Eats werken, worden bijvoorbeeld nog steeds aangemerkt als zzp’er.

Ongewenst

Platformisering in de horeca heeft ongewenste gevolgen, met name voor de onderlinge solidariteit. Dat blijkt ook weer uit ons recente onderzoek.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Brian Dys Sahagun (cc)

Hoe de staat – niet de markt – opkomt voor economische vrijheid

ACHTERGROND - Cindy Holbrook is haarstylist in Toledo in de Amerikaanse staat Ohio. Ze kan de eindjes nauwelijks aan elkaar knopen en zoekt naar een betere baan bij een andere kapperszaak. Dat lukt. Ze vindt een nieuwe baan, maar deze blijkt op 14 mijl van haar huidige werkgever te liggen. Dat is een probleem, want bij haar oude werkgever heeft ze een noncompete moeten tekenen. Een contractuele verbintenis die verbiedt, na beëindiging van haar contract, binnen 15 mijl van haar werkgever hetzelfde beroep uit te oefenen, als werknemer of als ondernemer. Haar oude baas komt er achter en dreigt haar aan te klagen.

Noncompetes begonnen als een manier om te voorkomen dat goedbetaalde werknemers bedrijven verlieten met bedrijfsgeheimen, maar zijn verworden tot een middel voor bedrijven om laag betaald werk goedkoop te houden en te voorkomen dat hun werknemers switchen naar beter betaalde banen, aldus de New York Times, in het filmpje waarin Cindy Holbrook de situatie beschrijft waarin ze is terecht gekomen. De angst dat bedrijfsgeheimen worden meegenomen door CEO’s, of gespecialiseerde technici is begrijpelijk. Maar in de werkzame levens van de meeste werknemers spelen bedrijfsgeheimen op geen enkele manier een rol.

— — —
Dit artikel is onderdeel van de substack Workshop Nieuw Kapitalisme. Geïnteresseerden kunnen zich daar inschrijven voor een nieuwsbrief. Nieuwe artikelen ontvang je dan per mail.
— — —

Volgende