COLUMN - Toen ik vanochtend mijn voordeur uitstapte stond daar een kip. Een kip, voor mijn deur. Het dier stond voor een mensendeur, en had dus best kunnen verwachten dat het vroeg of laat ook een mens zou zijn die de deur zou openen. Mijn deur sloot naar mijn weten echter niet aan op een kippenhok, dus dat een kip mij daar zou verwelkomen was een flinke verrassing. We keken elkaar verdwaasd aan.
Omgedraaid om mijn voordeur op slot te doen realiseerde ik me dat ik eigenlijk nooit had bedacht hoe me te gedragen in een rechtstreekse confrontatie met een kip. Zou het uitmaken hoe ik me gedroeg? En wat doet die kip eigenlijk hier? Moet ik hem niet naar huis brengen? Tijdens die overdenkingen volgde het diertje mij zacht mompelend naar mijn fiets. Waar we, na een korte twijfeling, allebei leken te weten dat onze vreemde ontmoeting tot een vroeg einde was gekomen.
Het was pas later vandaag dat ik doorkreeg wat de ontmoeting met de kip met mij gedaan had. Het had mij kort doen ontwaken uit mijn dagelijkse vanzelfsprekende gang van zaken, als een plens water in een ingedut gezicht. Het had mij ontwricht en dat bood een frisse kijk op de wereld. Want hoe vanzelfsprekend kan die wereld nog zijn als er ’s ochtends een kip voor je deur staat?
Was Freek de Jonge zo door het ijs gezakt bij Pauw en Witteman als hij die ochtend een kip had ontmoet? Ik denk het niet. Als hij op weg naar de studio in de tram naast een kip had gezeten, had hij waarschijnlijk gedacht: ‘Waarom zit er een kip in de tram? Waarom ga ik eigenlijk naar die studio toe? Waarom ga ik me eigenlijk op mijn oude dag voor de zoveelste keer over zaken opwinden waar ik geen invloed op heb?’ Zo vanzelfsprekend als zijn opwinden ooit was, zo weinig was daar dan nog van over geweest. De Jonge was huiswaarts gekeerd, en had zich voortaan enkel nog zorgen gemaakt om de bloemen in zijn voortuin.
Goed, misschien krijgt iedereen wel de kip die hij verdient. Misschien krijgen sommige mensen gewoon geen kip. Had Edwin de Roy van Zuydewijn anders zijn baronnenpak nog aangetrokken om op de publieke tribune te gaan zitten? Had Albert Verlinde dan nog in dienstverband geroddeld over de relaties van anderen? De juiste kip op de juiste plaats kan een leven doen veranderen.
Maar de kip stond niet in de Tweede Kamer of in een hotellobby, hij stond voor mijn deur. Ik weet niet of ik het nodig had, maar met die korte ontmoeting heb ik het moeten doen. De kip is intussen gevlogen, om voor andere deuren te gaan staan. En het kan geen kwaad, iedereen heeft eens een kip voor de deur nodig.
Reacties (4)
http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/kip7
Wat had je nou weer misdaan?
Jaja, en vanavond staat er kip op het menu.
Gelukkig maar voor die kip:
Want de meeste kippen in de 2e Kamer hebben, afgaande op hun gekakel, geen kop ;-)
Een kip die zacht mompelt?