U wordt gezien
COLUMN - Er was eens, 10 jaar geleden, een wetenschapper die bij de koffiemachine een geldpotje had staan. Iedereen die een kopje koffie dronk, moest daar een kwartje ingooien. Sommige mensen deden dat trouwhartig, anderen zo nu en dan. Maar in totaal verzamelde de wetenschapper nooit genoeg om nieuwe koffie te kopen. Hij had geen zin om naast het potje te gaan zitten, dus hing hij een foto op van twee ogen. De bijdrages schoten omhoog. Misschien houden mensen van mooie plaatjes, dacht de wetenschapper, en hij hing een foto van een bosje bloemen op. Meteen zakten de bijdrages weer terug naar het oude niveau. De wetenschapper hing de foto met ogen weer op, en hij dronk nog lang en gelukkig koffie.
Dit klinkt als een geloofwaardig sprookje, en het wordt ook met graagte verder verteld. Toch is het een sprookje, blijkt uit twee metastudies die deze week gepubliceerd zijn. Als mensen zich bekeken weten, of voelen, gedragen ze zich aardiger en altruistischer. Dat effect, dacht men, is misschien wel zo diep ingebakken dat zelfs kunstmatige cues, zoals plaatjes van ogen, het teweeg kunnen brengen. De afgelopen jaren zijn er aardig wat studies verschenen die dat aan leken te tonen: mensen gingen door zulke cues vaker hun handen wassen, afval scheiden, ze vulden meer surveys in en vonden zichzelf religieuzer.