Wederkerigheid

Om het basisinkomen breed geaccepteerd te krijgen, zullen we er een element van wederkerigheid in moeten aanbrengen, denkt Jermain Carter. Vorige week de eerste aflevering van Buitenhof in het nieuwe jaar. Genoeg andere dingen aan mijn hoofd, maar het lukte toch om het debat over de bijstand tussen Maarten Struijvenberg, wethouder in Rotterdam namens Leefbaar Rotterdam en Mattias Gijsbertsen, wethouder in Groningen voor GroenLinks enigszins te volgen. Het was zeker geen sprankelend debat, maar het gaf verrassend genoeg aanleiding tot hoop op een serieuzer dialoog over de randvoorwaarden van onze sociale zekerheid. Wie weet, brengt 2015 een kantelpunt. Gedurende 2014 heeft het basisinkomen op veel plaatsen, waaronder Sargasso, aandacht gekregen. Laat ik meteen kleur bekennen: ik denk dat het basisinkomen een concept is waar we, in welke vorm dan ook, niet aan kunnen ontkomen. Zeker niet in een verdere toekomst waar vergaande automatisering en robotisering ons meer welvaart zullen brengen, maar tegelijkertijd – door de bijbehorende afnemende werkgelegenheid – ook de verdiencapaciteit van veel huishoudens zullen doen verslechteren.

Een proef met de bijstand: wederkerigheid

“People always wanna know
The reason for what they consider senseless violence in the hood
I’ma break it down for you”*

Een voorrecht van onderzoek doen naar effecten van andere regels met de bijstand, is dat ik uitgebreid de tijd heb om de wetenschappelijke literatuur in te duiken.

Afgelopen week las ik een artikel over ‘reciprocity’, of in goed Nederlands: wederkerigheid. Het artikel “The Economics of Reciprocity”, van de economen Ernst Fehr en Simon Gächter, gaat over gedrag van mensen. Zij beschrijven dat er in de economische theorie veelal van uit wordt gegaan dat mensen handelen uit eigenbelang. En dat wanneer eigenbelang en ethische waarden conflicteren, het gedrag bepaald wordt door dat eigenbelang. Fehr en Gächter stellen hier echter een ander concept tegenover, namelijk dat van wederkerigheid.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

Afschrijvingen | Basisinkomen zonder de ‘O’ graag

COLUMN - Het is mooi om de discussie over het ‘onvoorwaardelijk basisinkomen’ (OBI) welig te zien tieren in de Sargasso-kolommen. Maar laten we wel wezen: het OBI gaat er natuurlijk nooit komen. Het OBI, met haar lange, lange, geschiedenis, is als een eeuwige ex-vriend of -vriendin waar je om de zoveel jaar weer wat mee krijgt, maar waarvan je weet dat je er nooit mee zult eindigen. Er gaat een enorme aantrekkingskracht van uit: bestaanszekerheid, keuzevrijheid, zelfstandigheid, minder bureaucratie, betere verdeling werk, meer waardering voor onbetaald werk et cetera. Maar nog los van alle praktische bezwaren blijft de voorgestelde ontkoppeling van inkomen en inspanning moreel onaanvaardbaar voor de overgrote meerderheid. Het lijkt me dus simpel: laat de ‘O’ van ‘onvoorwaardelijk’ varen.

Via de website van de Vereniging Basisinkomen kwam ik op de site Basisinkomen voor Dummies, waarop de wonderlijke slogan prijkte ‘Omdat je het toch niet snapt als je het niet voelt.’ Ik heb deze zin een aantal keer laten rondgaan in mijn hoofd. Hebben tegenstanders en sceptici meer cijfers nodig dan de voorstanders? Of juist niet, omdat je het OBI blijkbaar niet kunt snappen als er gevoelsmatig niet voor bent? Raar. Het lijkt me eerder zo dat OBI-aficionado’s niet snappen waarom het OBI zo onrealistisch is, omdat ze niet voelen wat de rest wel voelt.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Vrijdag Vraag – Geven om te nemen

VrijdagVraagtekenZo nu en dan valt er een enveloppe door de brievenbus waarvan je bij het oprapen denkt “Hé, hier zit meer in dan alleen een brief.” Negen van de tien keer is het dan een mailing van een goed doel. En dat “meer” bestaat dan vaak uit een pen, een potlood of een klein kladblokje.
Waarom doen ze dat? Dat doen ze omdat de mens sneller genegen is om iets te geven als ze eerst iets van je ontvangen. Dit mechanisme heet reciprociteit ofwel wederkerigheid.
In marketingland heeft men dat al een hele tijd als belangrijk principe.

De vraag is echter hoe effectief dit principe is in het geval van de brief die u zojuist heeft opgeraapt. Unicef bijvoorbeeld stuurt regelmatig een pen mee. Kost ze waarschijnlijk 20 cent voor de pen en 30 cent extra postzegels. Half miljoen enveloppes zorgt voor 250K extra kosten. Dat moet dan wel aan extra donaties, plus nog wat meer (anders had het geen zin) binnen komen.
Helaas heb ik geen recent onderzoek kunnen vinden waarin de effecten gestaafd worden. Daarom de volgende vragen:
– Denkt u dat het een goede manier is om meer donaties binnen te halen?
– Vindt u het ethisch verantwoord dat een goed doel uw sociale reflexen misbruikt om u extra donaties uit de zak te kloppen?
– Weegt het potentiële extra bedrag aan donaties op tegen de flinke extra milieuvervuiling die de “cadeautjes” met zich meebrengen?
– Zou het CBF goede doelen hun keurmerk moeten afpakken als ze van deze methode gebruikmaken?

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.