Trol Wilders
De rel rond Doekle is nog niet opgetrokken, of er dient zich weer een nieuwe aanval aan op Wilders. In het Brabants Dagblad publiceerden Dick Pels en Baukje Prins dit weekend een stuk getiteld “Geert Wilders: de pot verwijt de ketel“. Kern van het betoog is dat Wilders elke aanval opvat als een belediging hetzelfde wat hij zijn islamistische vijanden verwijt). Dat gebeurde bijvoorbeeld na het ingezonden stuk van Doekle Terpstra in Trouw, waarmee de rel begon. Daarbij leek Wilders het hele parlement van Halsema tot Van Baalen èn de pers achter zich te hebben, schreven Pels en Prins: “Maar zelf sprak Wilders onbekommerd van ‘een abjecte brief van een gevaarlijke man’”. Sterker: “Terwijl hij zelf zegt nooit individuen aan te vallen, noemde hij Vogelaar knettergek en beschuldigde hij eerder Aboutaleb, Albayrak en Arib zo ongeveer van landverraad.“
Dat je Voltairiaanse vrijheid van Wilders kunt verdedigen om te zeggen wat hij wil, betekent niet dat je zijn uitingen niet mag betitelen als abject en zijn optreden als minderwaardig, onbeschaafd en gevaarlijk. Of sterker.
Pels en Prins verwijzen naar Wilder’s betiteling van Vogelaar’s voorstellen als ‘verraad aan de Nederlandse cultuur’ en naar Wilders pleidooi in HP/de Tijd (14.12.07) voor deportatie van hele moslimgezinnen als een lid ervan problemen veroorzaakt. Ze eindihgen hun betoog: “Het is beschamend en verontrustend dat een politicus met deze fascistoïde denkbeelden anno 2007 kan worden verkozen tot de beste politicus van het jaar.”