De mens is een verhalend beest

Een paar jaar geleden, toen ik nog rookte, zag ik in een tabakswinkel, zo’n 100 meter van de plek waar het folkloristische zelotenclubje Sharia 4 Holland afgelopen zaterdag haar zogenaamde persconferentie hield, een wat oudere moslim het laatste vakje schoonkrassen van een kraslot. Hij had niks gewonnen en liep naar buiten. Ik kocht mijn sigaretten en liep ook naar buiten, waar de oudere moslim enigszins verweesd stond te staren naar de bij dit soort winkeltjes gebruikelijke carrousel vol met scabreuze kut-en-piemel-groetjes-uit-Amsterdam-kaarten. Het moet zwaar zijn, bedacht ik me toen, om hier, in het libertijnse Amsterdam, aan de strenge eisen en regels te voldoen van een man die, een kleine 1400 jaar geleden alweer, beweerde de laatste profeet te zijn van een sadistische woestijngod die zijn sporen ruimschoots had verdiend in het bedenken van onrechtvaardige strafmaatregelen. De zeepkistenzeloot van Sharia 4 Holland verwoordde het als volgt:

Door:
Foto: Bouw Afsluitdijk, via Wikimedia. copyright ok. Gecheckt 27-09-2022

Vrij logisch

Gerard Parkeur is een 85 jaar oude uitvinder die, net als ik, in Egmond aan Zee woont. Ik spreek hem af en toe, als hij in de tuin zit van het bejaardentehuis, alhier. Ik loop dan langs en ik doe mijn uiterste best om niet naar hem te kijken, maar hij roept: ‘Hoogeboom!!’ en dan moet ik wel. ‘Kom er eens bij zitten, jongeman!’ Ik ben slecht in het verzinnen van uitvluchten, ik zei eens: ‘Maar ik moet naar de bakker!’ ‘De bakker is die kant op, hoor.’  En je weet dat je weer een uur lang vast zult zitten aan de inventies uit Parkörs Werke Verzeichnis.

De mens is een verhalend beest, dat begrijp ik wel, maar Parkeurs verhalen zijn altijd pseudologisch fantastisch. Zo heeft hij me eens verteld dat hij een penhouder had uitgevonden, waarin niet één, en niet twee, maar wel drie pennen pasten. Tot zover was alles in orde. Maar hij ging verder met de besprekingen met de eigenaar van restaurant De Egmonden, die wel zin had in zulke penhouders. Om ze te gebruiken voor de soepstengels. ‘Natuurlijk heb ik aan het verzoek voldaan,’ zei Parkeur, ‘ga het maar controleren in De Egmonden. Vraag maar naar de naam Parkeur.’

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Ik ben te lui om het even op te zoeken

In de auto richting het midden des lands luisteren wij naar Radio 1, waarop het programma Tros Kamerbreed bezig is. Arie Slob, Jolande Sap en Thijs Berman zijn aanwezig om te praten over de consequenties van het Lente-in-Kunduz-akkoord.

Terwijl mijn zoon achterin om zijn speentje jengelt, hoor ik hoe met name Jolande Sap het zinloos zwaar te verduren krijgt dankzij de vragen van de mannelijke helft van de twee interviewers. De interviewer heeft een onwaarschijnlijk zeikstem, de  verzuurde zelfgenoegzaamheid sijpelt uit de luidsprekers en brandt zich een gat in de vloer waardoor er imaginaire walmen ontstaan die de beperkte ruimte in onze gehuurde Volkswagen Polo zodanig vullen dat het, ondanks de wind die door de open staande ramen raast, niet te harden is. Maar wij blijven luisteren, uit solidariteit en piëteit met Sap. Zo zijn wij. In- en ingoede mensen.

De man vraagt aan haar wat ze ervan vindt dat Stef Blok heeft gezegd dat het belasten van de reiskostenvergoeding wat de VVD betreft in de toekomst gecompenseerd zal worden. Zij zegt geen problemen te hebben met die uitspraak. Er is een akkoord, waarover door vijf partijen is onderhandeld. Je hoeft, als deelnemer aan de coalitie, niet elk punt van het akkoord te blijven verdedigen. Als politieke partij heb je de plicht om aan de kiezer uit te leggen waarvoor je staat. Dat je het niet op alle punten eens bent met het akkoord dat mede door jouw partij tot stand is gekomen, is volstrekt legitiem. Daarom heet het ook een akkoord: het hangt aan elkaar van compromissen, het is geven en nemen, het heeft geen enkele zin om geheimzinnig te doen over de maatregelen waarmee je moeite hebt.

Foto: copyright ok. Gecheckt 27-09-2022

Zeer gehecht

Als u tegen de zestig loopt en u hield niet van de muziek van The Cats of van Sam en Dave, dan is er een grote kans dat u Manic depression van Jimi Hendrix zo meeneuriet. Ook de jongeren zullen het lied misschien herkennen, want de Red Hot Chili Peppers en Yngwie Malmsteen en nog wel tien anderen hebben het nummer ook eens gecovered. Het is dan ook een prachtig nummer uit 1967, geschreven in die toentertijd vreemd aandoende driekwartsmaat.

Tekstueel is het minder goed: het is tamelijk slordig geschreven. Wat moet je als luisteraar nu met een mededeling als Manic depression is touching my soul of Manic depression is a frustating mess? Maar de meeste songteksten zijn nu eenmaal ‘ongericht geoudehoer’, zoals ik het eens heb genoemd. Je zou gemakkelijk een andere tekst bij dit nummer kunnen verzinnen, Spanish recession bijvoorbeeld. Je hoeft maar een paar woorden te veranderen in de oorspronkelijke tekst. Als ik mijn huis had schoongemaakt, zong ik op Jimi’s melodie: In mijnen huize is alles weer fris! Padompadom pompadompadom!

Wat later, in de jaren zeventig, ontdekte ik Bach. Dat kwam door Glenn Gould, die ook geen kwaad kan doen bij mij thuis. Fantastische pianist. Ik las in een Amerikaans blad eens dat Gould boring zou spelen, en ik heb toen een avond en een nacht besteed aan een stuk waarin ik dat weersprak. De volgende ochtend gooide ik mijn stuk in de prullenmand, want toen was mijn nijd wel over. Op Facebook zei iemand exact hetzelfde, Gould is boring, dat is ongeveer een maand geleden. Toen heb ik kalm en nuchter commentaar geleverd in de trant van: welke van de ongeveer 100 elpees vind je dan niet goed? Het hele Bachwerk, volgens hem, want (ik ben te lui om het even op te zoeken, dus ik parafraseer nu) Gould sprak de taal niet van de barok. Ik heb me beheerst en schreef terug: ‘En u natuurlijk wel.’ Daarop kwam geen antwoord meer. Ik heb hem niet ontvriend, want andere keren zegt hij soms tamelijk verstandige dingen en ontvrienden moet je eigenlijk alleen doen met de misdadigers in je kringen.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-11-2022

Ga aan het werk, luie donder

Het zijn eigenaardige tijden voor mij. Afgelopen donderdag had ik de laatste werkdag bij het reclamebureau waar ik een klein twaalf jaar had gewerkt. Het ging niet meer. Het klantenbestand droogde op en nieuwe klanten kwamen er niet bij. Mijn baas was van de oude stempel. Opgevoed in de reclamewereld gedurende de woelige jaren ’80 en ’90. Niet de klant had altijd gelijk, het reclamebureau had altijd gelijk. En als de klant het daar niet mee eens was, dan zocht de klant maar een ander reclamebureau.

Daar kwam bij dat wij dat hele internet enigszins verwaarloosd hadden. Niet omdat we het onderschatten, maar omdat onze klanten dachten dat je voor internet gespecialiseerde bureaus moest inschakelen. Hebben wij altijd maar laten gaan. Zoveel stelde het niet voor wat die gespecialiseerde bureaus voor onze klanten deden. Pas toen wij veel te laat tot de ontdekking waren gekomen dat een eenvoudige bannercampagne een kleine zeven ton had gekost, begrepen wij pas onze inschattingsfout.

Sinds april ben ik aan het solliciteren. Maar ervaren copywriters worden bijna niet meer gezocht. Daar zijn er veel te veel van. Er is een overschot aan copywriters. Met één of twee copywriters heb je ook wel genoeg voor een vrij groot reclamebureau. De rest van het creatieve team wordt opgevuld met art directors, strategen, web developers, 3D-designers en weet ik veel wat voor namen ze aan de beesies wensen te geven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

De vermoedelijke toedracht

 

In de jaren zeventig van de vorige eeuw – ik spreek voor de historici onder u – groeide alles nog als kool en straalden de mensen van geluk terwijl ze de essays van W.F. Hermans lazen. Het was in die jaren tamelijk normaal dat een baas naar je toe kwam en vroeg: ‘Kom je bij me werken?’ Dat gebeurde mij ook. Ik heb trouwens nooit ergens gesolliciteerd, ik zou niet weten hoe ik me moest gedragen. In mijn c.v. zou staan: ‘Ik houd bijvoorbeeld van Bach’, want ik weet niet hoe dat soort teksten gaan.

In die heerlijke jaren zeventig kwam Henk Weltens van Drukkerij Weltens uit het nabijgelegen dorp H. een keer bij me op bezoek. Hij had een zetter nodig, hij wist dat ik kon typen, want ik maakte toentertijd het dorpsblad bij een concurrerende drukkerij, en zo had hij van mij gehoord. Ik had er wel oren naar, want die Henk mocht ik op het eerste gezicht. Dus ik zei ja, ik kom over een maand bij je werken. Henk zei: ‘Dan maak ik je gelijk lid van de grafische bond, want daar moet je lid van zijn. Dat moet.’ Ik zei hem dat ik geen lid zou willen worden van welke vereniging ook en dat hij me dan maar moest opschrijven als administratief medewerker. Dan hoefde je geen lid van die bond te worden. Dat was ook goed, zei Henk. De volgende ochtend zegde ik mijn werk op bij het tamelijk vervelende Bureau voor de Verhuur van Vakantiewoningen te C.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-11-2022

Laten we beginnen

Het is nu twee dagen mooi weer en ik hoor al mensen klagen dat het te warm is. Als er één volk is dat kan klagen, dan zijn wij het. Alhoewel, dat zeg ik nu wel, maar de grootste klager die ik heb gekend, was wijlen mijn grootmoeder van vaders kant, en die kwam uit Georgië. Die klaagde over alles. Ze hoefde er niet over na te denken. Ze klaagde automatisch. Het was voor haar als ademen. Ze hoefde maar een kamer binnen te lopen of ze had drie dingen om over te klagen. Er was te veel herrie. De stoelen waren niet goed. Het was te koud. Dat laatste was standaard. Het was altijd te koud.

Toen ik nog heel klein was, was ik eens met mijn ouders op vakantie in Zuid-Frankrijk. In La Grande Motte, om precies te zijn, een eigenaardig mediterraan stadje dat bekend stond om zijn modernistische, in mijn peuterogen bijzonder vreemde architectuur. Ik kan me, naast die architectuur, twee dingen van die vakantie herinneren. De eerste herinnering speelt zich af op zo’n klein treintje waarmee toeristen over de boulevard een rondleiding krijgen. Twee Franse jongens waren opgestapt zonder dat ze een kaartje hadden. Nozems, noemde mijn vader ze, hoewel we het hier over het begin van de jaren ’80 hadden. Ze werden er af gegooid door het meisje dat tekst en uitleg gaf tijdens de rondgang. Mijn vader keek het goedkeurend aan en zei dat die nozems een draai om hun oren verdienden. Ik probeerde dit te visualiseren en zag voor mijn geestesoog hoe het meisje met haar rechterhand rondjes draaide om de oren van een van de jongens. Een bijzonder eigenaardige straf, vond ik.

Vorige