Piketty in Paradiso: dat rocksterimago valt wel mee

Geen geur van verschaald bier of het geluid van gillende meisjes en scheurende gitaren, maar het moddervette Franse accent van ’s werelds meest bejubelde wetenschapper, de econoom Thomas Piketty, vulde eergisteravond de Amsterdamse poptempel Paradiso. In gesprek met Joris Luyendijk toonde Piketty zich allesbehalve de ‘rockstereconoom’ waarvoor hij zo vaak wordt uitgemaakt, aldus Lennaert Rooijakkers. Het is waar, biecht Thomas Piketty tegen het einde van de avond op. De titel van zijn gisteren in Nederlandse vertaling verschenen magnum opus Kapitaal in de 21e eeuw is slecht gekozen. In het vuistdikke boek (bijna zevenhonderd pagina’s) bespreekt de Fransman immers vooral de economische ontwikkelingen van de negentiende en twintigste eeuw. ‘Maar ja, het bekt nu eenmaal lekker: Kapitaal in de 21e eeuw. Anders koopt niemand dat ding,’ merkt hij droogjes op. Dan serieus: ‘De titel doet misschien vermoeden dat ik probeer de toekomst te voorspellen, maar dat is niet waar. Wat ik heb geprobeerd te doen is om alle vormen van bezit, kapitaal en rijkdom in de afgelopen twee eeuwen te analyseren. Of dit nu om land, aandelen of slaven gaat, alles moest aan bod komen om zo goed mogelijk te begrijpen wat bezit is en welke mate van rijkdom dat heeft gebracht. Ik heb dit in historisch perspectief geplaatst met als doel te omschrijven wat deze ontwikkelingen betekenen voor de situatie waarin wij nu, in de 21e eeuw, zijn terechtgekomen en tot welke welvaartsongelijkheid dit heeft geleid. Daarom heb ik voor deze titel gekozen en daarom is het werk ook zo dik.’

Quote du jour | Myth

The myth of national sovereignty helps big corporations screw us over.

Aldus Thomas Piketty in een interview met The Huffington Post:

[…] there are issue areas where national sovereignty is just an illusion. Corporate taxation is a good example of this. No state can fight tax havens or multinationals on its own.

Hoewel Piketty dus voor meer internationale samenwerking is, moet het wel anders:

Foto: IISG (cc)

Wat kunnen sociaal-democraten van Piketty leren?

ANALYSE - Hoe kunnen sociaal-democraten de bevindingen van Thomas Piketty het beste vertalen naar concreet beleid? Naar aanleiding van een analyse van ‘Capital in the Twenty-First Century’, doet Paul de Beer enkele aanbevelingen.

Capital in the Twenty-First Century van de Franse econoom Thomas Piketty heeft een schokgolf onder economen teweeggebracht. Een enkeling heeft het boek al begroet als het belangrijkste economische werk sinds Marx’ Das Kapital. Niet alleen de titel geeft hiertoe aanleiding, maar ook de breedte en diepgravendheid van Piketty’s analyse. In een tijd waarin de grote verhalen heten te hebben afgedaan omdat de wereld van vandaag te complex is om in enkele simpele formules te vangen, is dat precies wat Piketty doet.

Heel kort samengevat luidt Piketty’s geschiedenis van de afgelopen twee eeuwen dat zowel de omvang als de concentratie van vermogen en het aandeel van vermogensinkomsten in het nationaal inkomen een U-vormig verloop vertonen. Daardoor zijn de westerse landen momenteel op weg naar een situatie waarin het vermogen net zo omvangrijk is (in verhouding tot het nationaal inkomen) en net zo sterk geconcentreerd als in de negentiende eeuw.

De grote beweging van vermogen en inkomen schetsen en verklaren, dat lijkt inderdaad weinig minder dan de essentie van het hedendaagse kapitalisme blootleggen. Maar is dat ook werkelijk zo?

Foto: Parti Socialiste du Loiret (cc)

De toekomst van ongelijkheid

OPINIE - Zonder ingrijpen, dreigt de economische ongelijkheid de komende decennia drastisch toe te nemen, vindt Thomas Piketty.

De verdeling van inkomen en vermogen is een van de meest controversiële vraagstukken van vandaag. Het goede nieuws is dat het verschillende kanten op kan gaan. De geschiedenis leert ons dat economische krachten zowel naar meer als minder gelijkheid kunnen voeren. Welke kracht sterker blijkt is afhankelijk van de welke instellingen en welk beleid we gezamenlijk kiezen.

Efficiëntie en gelijke kansen in het onderwijs combineren

Historisch gezien is de belangrijkste gelijkmakende kracht de verspreiding van kennis en vaardigheden. Maar hiervoor zijn wel onderwijsinstellingen nodig die voor iedereen toegankelijk zijn, en structurele investeringen in scholing. De vraag hoe te komen tot een hogeronderwijssysteem dat efficiënt is en tegelijk gelijke kansen biedt, vormt wereldwijd een grote uitdaging waarvoor nog geen enkel land een volledig adequate oplossing heeft gevonden.

Heroverweeg belasting op hoge inkomens uit arbeid

Gelijke toegang tot onderwijs is noodzakelijk, maar niet voldoende. Het garandeert niet automatisch een eerlijke en harmonieuze verdeling van inkomen en vermogen. De inkomensongelijkheid in de VS is sinds de jaren tachtig spectaculair gestegen, vooral door de ongekende explosie van de inkomens van grootverdieners. Daardoor is nu sprake van een ware scheiding tussen de topbestuurders van grote bedrijven en de rest van de bevolking.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Quote du jour | Ongelijkheidspopulisme

In linkse kringen is het bon ton om te roepen dat de ongelijkheid groeit. […] Dit ongelijkheidspopulisme kan met feiten worden weerlegd.

Arno Scheepers, VVD-raadslid in Hilversum, in de Volkskrant.

Kom maar op dan, zou ik zeggen:

Eind 2013 heeft het CBS aan de hand van de gini-coëfficiënt, de internationale maatstaf voor inkomensongelijkheid, aangetoond dat die sinds 2000 nagenoeg ongewijzigd is gebleven.

En wat heeft de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid daar in juni van dit jaar over gezegd?

Foto: Seth Anderson (cc)

Rechts is doodsbang voor Piketty

OPINIE - Deze observatie wordt weer eens bevestigd, deze keer door Patrick van Schie, directeur van de Teldersstichting, die op zijn gebruikelijke leugenachtige wijze zijn lezers zand in de ogen probeert te strooien.

In zijn laatste column ‘Afgunst, door links opgepoetst tot deugd‘ doet hij een poging niet alleen Piketty, maar ook het recente rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, waarin wordt gesteld dat de ongelijkheid in Nederland al decennialang toeneemt, te ondergraven.

Ziehier dus een schaamteloze propagandist in actie.

Allereerst krijgen we vage verdachtmakingen:

In Nederland heeft Piketty deze week hulp gekregen van linkse wetenschappers die opereren onder de quasi-neutrale vlag van de WRR.

Want:

Minstens twee auteurs van het afgelopen week gepubliceerde WRR-rapport Hoe ongelijk is Nederland? zijn al decennia actief in PvdA-kring

Dat er nog zes andere auteurs dus niet bij een linkse politieke partij zijn aangesloten, krijgen we uiteraard niet te horen.

Dat de leden van de WRR worden voorgedragen door de ministerraad en dat de laatste keer dat ‘links’ de grootste regeringspartij leverde nog in de tijd van Kok was, krijgen we uiteraard ook niet te horen.

En betekent dit dan ook dat we nooit meer een wetenschapper van VVD-huize serieus hoeven te nemen? Geldt dat evenzo voor de ‘historicus’ Patrick van Schie die directeur is van het wetenschappelijk bureau van de VVD? Goed om te weten.

Foto: Duopolie

Duopolie | Piketty: Ongelijk over ongelijkheid?

COLUMN - Sinds de Engelse versie van zijn boek Capital in the 21st century ongeveer een maand geleden uitkwam, kun je niet meer om Thomas Piketty heen. De Franse econoom beheerst het nieuws, schuift aan bij Nobelprijswinnaars en het aantal pagina’s aan lovende boekbesprekingen komt in de buurt van het 577 bladzijden tellende boek. De ophef was dan ook groot toen de Financial Times vorige week mankementen vond in Piketty’s data. Maar wie heeft er gelijk, Piketty of de Financial Times? En waar gaat het nu precies over?

Het boek van Piketty gaat over vermogensongelijkheid en wordt geroemd om de kwaliteit van de onderliggende data. Want hoewel data over inkomensongelijkheid redelijk goed te vinden is, is het een stuk lastiger om aan data te komen over vermogensongelijkheid. Er bestaan wel studies over vermogensongelijkheid, maar die beslaan meestal verschillende korte perioden. Grof gezegd plakt Piketty de data uit die studies aan elkaar en hier lijkt iets mis te zijn gegaan. Want wanneer de Financial Times reconstrueert hoe de data uit de onderliggende studies verwerkt is, lijken arbitraire keuzes gemaakt te zijn, waarbij bijvoorbeeld een percentage met twee wordt opgehoogd, of data uit een verkeerde cel wordt overgenomen.

Wanneer de Financial Times dan nog eens kijkt naar de onderliggende data, blijkt ineens dat de ongelijkheid in met name het Verenigd Koninkrijk niet omhoog is gegaan in de laatste vijftig jaar, maar juist omlaag. En wanneer je deze nieuwe data gebruikt, en ook nog eens de ongelijkheidscijfers per land weegt naar populatie in plaats van een ongewogen gemiddelde per land, blijkt dat ook vermogensongelijkheid in Europa niet stijgt maar juist licht daalt.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Quote du jour | Nucleaire herverdeling

As noted earlier, […] property is somewhat harder than unsheltered population. For single surface bursts of 3- and 10-Mt, about 64 percent and 46 percent of the property values survive, while only 32 and 18 percent of the unsheltered population survives. In a macabre sense, the surviving population would be individually “wealthier” than before the attack.

For a single 10-Mt weapon, surviving property value per capita nearly doubles from a pre-attack value of about $9,000 to slightly more than $16,000 and, as the weight of the attack increases, the greater the per capita gain in “wealth” of the survivors. For a 100-Mt surface burst, the surviving population is nearly four times wealthier than pre-attack ($34,000).

However, any joy among the surviving population may be quite shortlived; none of these gross estimates of the effects of nuclear attack indicate whether or not the immediate metropolitan area is viable, either by itself or with the assistance of the rest of the country.

Vorige Volgende