Boycot het Taalunie-feestje

Vroeger moest ik weleens glimlachen om de Taalunie, die overheidsorganisatie die eigenlijk voor het Nederlands moet zorgen maar die vooral praatjes verkoopt. Die sinds een paar jaar aan de hoofd een man heeft die er trots op is dat hij manager is, omdat je dan tenminste geen inhoudelijke kennis nodig hebt en je lekker fris tegen de zaken aan kunt kijken. Een man die twee jaar geleden 'het debat over taal gaat aanjagen' en nog steeds naar het vliegwiel zoekt. Het lachen is me sinds kort vergaan. De Taalunie doet niet langer alleen onzinnige dingen met zijn geld. Ze is bezig schade toe te brengen aan onze taal. Zoals deze week blijkt gaat het zo ongeveer alle kernactiviteiten afschaffen. Wat doorgaat: het zichzelf zelfgenoegzaam in duur propagandamateriaal feliciteren.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 21-02-2022

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Adam Baker (cc)

Zwermwoorden

ACHTERGROND - Sommige woorden zijn tegelijkertijd een beetje enkel- en een beetje meervoudig. Team is zo’n woord, en familie is er nog zo één: ze wijzen op een groepje individuen (en daarmee een meervoud), maar zien die als een eenheid. Groepje is natuurlijk zelf ook zo’n woord.

In een recent artikel laat de Amerikaanse semanticus Robert Henderson zien dat er twee soorten van dat soort woorden zijn: groep-woorden en zwerm-woorden. En dat talen de neiging hebben een systematisch verschil tussen de twee te maken, al lijken ze ook op elkaar (groep-woorden en zwerm-woorden samen noemt Henderson collectieve woorden).

De woorden die ik zojuist noemde (team, familie, groepje) zijn allemaal groep-woorden. Voorbeelden van zwerm-woorden zijn boeket, bosje, horde en natuurlijk zwerm. Een verschil is dat het bij zwerm-woorden altijd van belang is dat de samenstellende delen op een bepaalde manier geordend zijn in de ruimte. Het komt er meestal op neer dat ze dicht bij elkaar in de buurt moeten staan.

Neem een boeket rode rozen, pak iedere roos en verplaats hem naar een andere kamer. Dan heb je geen boeket meer. Maar neem nu een familie en verplaats ieder van die leden naar een ander land. Dan vormen zij nog steeds een familie. Een groep blijft een groep, waar de leden zich ook bevinden; maar dat geldt niet voor zwermen.

Foto: Rocco Lucia (cc)

Hoe vaker iemand ‘laf’ zegt, hoe populistischer

COLUMN - ‘Laf’ is een populistisch woord. Iemand anders zo noemen suggereert dat jij heel moedig bent, en bovendien is het voor de tegenstander moeilijk zich tegen zo’n aantijging te verweren. “Nietes! Ik durf wel heel veel!” Iedere poging tot matiging kan zo makkelijk opzij worden gezet.

Wie “Wilders vindt * laf” intikt op Google vindt vele pagina’s van dingen die de PVV-leider in de loop van zijn carrière laf heeft genoemd: anoniem klagen. Balkenende. Vitesse. Tegelijkertijd is op het hele internet slechts één zaak te vinden die door Alexander Pechtold laf wordt genoemd: Wilders.

Het was in 2009 waarschijnlijk al zo. Wilders had toen getwitterd dat Turkije “een ondemocratisch, bang en laf land” was. De tweet kan ik niet meer vinden, maar Paulien Cornelisse schreef erover in een column en ontrukte het zo aan de vergetelheid.

En zo kunnen we van het gebruik van ‘laf’ een goede graadmeter maken van het populisme. Hoe vaker iemand ‘laf’ gebruikt, hoe populistischer. Dat valt gemakkelijk te kwantificeren.

We googlen om te beginnen hoe vaak laf wordt gebruikt op de website van een politieke partij, door bijvoorbeeld “laf site:pvv.nl” in te tikken in Google. Dat levert in dit geval 97 op, terwijl de SP 498 keer dat woord heeft heeft gebruikt. Nu zegt dat nog niet zoveel, want de site van de SP is uitgebreider dan die van de PVV. We hebben dus een maat nodig om te schatten hoeveel woorden er in totaal op die site staan.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Quote du Jour | Belofte van trouw

 

What makes you American is not the language you speak, but the ideas you believe in

zei de decaan van een school in de staat New York, nadat de school klachten over zich heen kreeg omdat de “Pledge of Allegiance”(de belofte van trouw aan de Amerikaanse staat) door een leerling in het Arabisch was voorgedragen (BBC News).

De school maakte er een gewoonte van de belofte elke dag in een andere taal te laten voordragen. Na protesten van mensen die familie in Afghanistan hadden verloren en Joodse ouders, zag de school zich genoodzaakt publiekelijk haar verontschuldigingen te maken en beloofde dat de belofte voortaan alleen nog in het Engels zal worden voorgedragen.

Foto: Albertus82 (cc)

Statistiek in plaats van geesteswetenschap

ACHTERGROND - En ja hoor! Daar gaan we weer! De economen, moe van het almaar redden van de wereld van allerlei economische rampen, hebben de afgelopen jaren de taal ontdekt. Ze beginnen nu zelfs experimenten te doen met onschuldige Italianen om te laten zien dat je moedertaal je economische gedrag beïnvloedt (artikel).

Wat is er aan de hand? Een paar jaar geleden ging een jonge Amerikaanse econoom de wereld om. Hij had ontdekt dat er een correlatie was tussen de aan- en afwezigheid van een verplichte toekomende tijd in een taal (moet je zeggen ‘ik zal morgen komen’ of kun je volstaan met ‘ik kom morgen’) en het spaargedrag van de sprekers. Wanneer je af en toe ‘ik kom morgen’ zegt, zo was de redenering, dan zie je de toekomst als even reëel als het heden. En dan ga je dus meer sparen.

Het onderzoek was gebaseerd op zeer gebrekkige informatie over wat een verleden tijd precies is en in welke taal je nu wanneer precies ‘verplicht’ een toekomende tijd gebruikt, maar voor economen is dat kennelijk allemaal maar gezeur. We moeten geen analyses, data moeten we hebben! Wat hebben we aan geesteswetenschappen als we ook statistiek kunnen bedrijven. En wie kan het wat schelen als daar af en toe wat ruis tussen zit!

Instantbevrediging

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

KORT | Mark Rutte – The Movie

OPINIE - Ofwel: met taal kun je leuke dingen doen.

Er is een verkiezingscampagne aan de gang. En dus komt Mark Rutte – als boegbeeld van de VVD – met wat YouTube-filmpjes.

Ik heb me ertoe gezet eentje te bekijken – so you don’t have to. Deze om precies te zijn:

Vanaf ongeveer 4:00 begint een veelzeggend stukje monoloog (lichtjes geredigeerd voor duidelijkheid) over zijn vrijwilligerswerk op een vmbo:

Deze kinderen hebben dus echt te maken met discriminatie.

Dat kun je – helaas – niet met een wet stoppen.

En dan leg ik ze als liberaal uit: ‘Als je als Mohammed twee keer zo lang moet solliciteren dan iemand die Piet heet, heb jij de keuze of je toch doorzet.

En als je dan toch doorzet, kun je uiteindelijk burgemeester van Rotterdam worden als je “Ahmed” heet.

‘Ja, jij hebt makkelijk praten,’ [zeggen ze dan].

Maar dan praat je er over door en hoop ik dat ik het zaadje plant van ‘Jongen, geef niet op.’

Er is heel wat mis met dit stukje (in de tweede zin zit bijvoorbeeld – zij het impliciet – een vals dilemma), maar het onderstaande vond ik toch wel het opvallendst:

En als je dan toch doorzet, kun je uiteindelijk burgemeester van Rotterdam worden als je Ahmed heet.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Chris (cc)

Het beestje bij zijn naam noemen

COLUMN - Onlangs kwamen voormalig PvdA-Kamerleden Kuzu en Öztürk in het nieuws met het voorstel om het woord ‘allochtoon’ af te schaffen. Ondanks dat ze zeker niet de eerste zijn die dit idee opperen, kwam het voorstel hen op hoongelach te staan. Loze kreten en holle retoriek werd hen verweten.

Politici staan natuurlijk bekend als woordkunstenaars. Een oorlog heet dan plots een politionele actie en een bezuiniging wordt een ombuiging.

Je zou zeggen dat wetenschappers dergelijke eufemismen vreemd zijn: zij noemen het beestje gewoon bij zijn naam. Maar ook waar het wetenschappelijke ontwikkelingen betreft wordt geregeld geprobeerd om termen te vervangen. En ook in de wetenschap spelen positieve of negatieve associaties die termen oproepen daarin een belangrijke rol.

Neem bijvoorbeeld onderzoek waarbij wetenschappers direct het DNA van organismen veranderen, ook wel bekend als ‘genetische modificatie’. Voorstanders van genetische modificatie hebben geprobeerd om de term ‘genetisch gemodificeerde organismen’ te vervangen voor ‘genetisch verbeterde organismen’, een term die weinig onduidelijk laat over de wenselijkheid van de technologie.

En wetenschappers die een rijstsoort hebben gemodificeerd zodat het vitamine A bevat noemden hun product ‘gouden rijst’, naar de gele kleur van de rijstsoort. Het is maar de vraag of ze hun product ook naar de kleur hadden vernoemd als het een poepbruine kleur had gehad.

Foto: Zarko Drincic (cc)

De dolgedraaide nieuwsmachine en triviale onzin

OPINIE - Sinds gisterenavond mag ik me officieel televisiemaker noemen: Man bijt hond gebruikte een fragment van de video die ik zondag hier plaatste.

Ik was de afgelopen twee dagen in Parijs, waar ik gisteren een vergadering had over de oprichting van een Europees netwerk voor theoretische fonologie, waar we een kleine Franse subsidie voor hebben gekregen. Dat netwerk gaat de taalwetenschap en daarmee de Westerse beschaving ingrijpend veranderen, let maar eens op. Dat gaat de geschiedenisboeken wel halen, maar de pers niet.

In plaats daarvan wilden tientallen redactie mij ineens spreken over mijn ‘onderzoek’, of zelfs mijn ‘onderzoeksresultaat’ over de harde en de zachte g. Als ik zei dat ik pas maandagavond weer in het land was (ja mensen, ik ben weer in het land), dreigden sommigen dat het dan ‘geen nieuws’ meer was.

Alsof het dat in de afgelopen vijfhonderd jaar ooit is geweest.

In het filmpje trek ik alleen in mijn eigen woorden mijn conclusie neer uit de bestaande literatuur voor zover ik die ken – ik ben geen historisch taalkundige. Er is letterlijk niets nieuws gebeurd behalve dat ik afgelopen vrijdag door het Beatrixpark liep en het zulk mooi weer was en ik bedacht dat ik gebruik kon maken van het fijne winterlicht om een filmpje op te nemen. (Je bent professioneel televisiemaker of je bent het niet.)

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: Lars Kristian Flem (cc)

Tolken zijn geen robots

NIEUWS - Wie van huis vlucht door oorlog en ellende, en dan uiteindelijk terechtkomt in ons zompige moeras, krijgt uiteindelijk een plastic koffiebekertje in zijn hand gedrukt, en wordt voor een degelijk bureau gezet, waarachter een ambtenaar van de IND zit.

En dan ontstaat er natuurlijk een taalprobleem: de ambtenaar mag alleen Nederlands spreken, en de gemiddelde asielzoeker heeft natuurlijk niet voldoende tijd gehad om een inburgeringscursus te doen. En dus moet er ook een tolk bij zijn.

Susanne van der Kleij promoveert volgende week in Nijmegen op een proefschrift over de rol van de IND-tolk bij de asielaanvraagprocedure. Officieel ligt deze aan zeer strakke banden: de tolk mag alléén vertalen – niets toelichten, geen aanvullende vraag stellen, wanneer de asielzoeker ‘ik’ zegt, daar geen ‘hij’ van maken.

Duister

Dat is natuurlijk niet te doen. Zo’n gesprek duurt soms geruime tijd, de asielzoekers hebben er vaak gruwelijke en persoonlijke verhalen te vertellen, en een mens is geen robot. Het is Susannes verdienste dat ze nu een aantal échte gesprekken mét een tolk heeft opgenomen en in detail heeft geanalyseerd zodat ze kan laten zien dat tolken zich vaak niet precies aan de norm houden.

Veel kwaad kan dat in de door haar geanalyseerde gesprekken niet, al zit er in haar materiaal wel een tolk die de Afrikaanse variëteit van het Engels die de asielzoeker spreekt, eigenlijk minder goed lijkt te beheersen dan de dienstdoend ambtenaar en die daar eigenlijk allemaal smoesjes voor bedenkt. Ook in dat geval komt het allemaal op zijn pootjes terecht, en je zou je zelfs bij veel van de gesprekken moeten afvragen of het gesprek wel zo vlot was verlopen zonder de tolk, die zelf even toelichtte wat de ambtenaar bedoelde met een wat duister geformuleerde vraag, of de asielzoeker aanspoort zijn antwoord wat vollediger te maken.

Vorige Volgende