Blije kip

Er bestaat niet zoiets als een blije kip. Mocht u de afgelopen dagen de discussie over nog eens 6 miljard aan bezuinigingen met angst en beven gevolgd hebben omdat uw broekriem reeds tot het laatste gaatje aangesnoerd is, dan kunt u uw gedachten altijd nog laten uitgaan naar wezens die er nog beroerder aan toe zijn, zoals daar zijn het Afrikaanse weeskind met hiv, Gordon, het varken of de kip. De ellende van de laatste soort -  en dan met name de subspecies in plofvorm – moet zeker niet onderschat worden. Zitten wij pas enkele jaren in een dipje, wellicht een rimpeling die met het verstrijken van de tijd vanzelf gladgestreken wordt en onopgemerkt zal blijven voor toekomstige generaties – de kip kent al decennialang een bestaan dat zijn weerga als het gaat om uitzichtloosheid niet kent.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.