René Grotenhuis (Cordaid): Kiezen we voor status quo of verandering?
Onder het motto ‘So you think you can help’ hebben Vice Versa, het vakblad over ontwikkelingssamenwerking, en Cordaid op de website van de Vice Versa een online discussie over de toekomst van het Nederlandse ontwikkelingsbeleid gelanceerd. Sargasso publiceert een selectie opinieartikelen uit deze discussie.
Voor verandering heb je maatschappelijke organisaties nodig. Het is een illusie te denken dat overheden en bedrijven dat doen. Zij zijn van de status quo. Ze willen nog wel optimaliseren, maar veranderen liever niet. Daarvoor zijn er teveel gevestigde belangen. Dit betoogt Cordaid-directeur René Grotenhuis. Aan de vooravond van het begrotingsdebat van Buitenlandse Zaken deed hij een oproep aan staatsecretaris Knapen én de politiek om het belang van maatschappelijke organisaties niet over het hoofd te zien.
Staatssecretaris Knapen bagatelliseert de bezuiniging op maatschappelijke organisaties en presenteert de 50 miljoen als proportioneel. Het hangt er maar van af welk referentiepunt je kiest. Knapen’s punt ligt bij de 425 miljoen die hij op 1 november toezegde. Daarmee vergeet hij dat: 1. zijn voorganger 500 miljoen beschikbaar stelde (die ook in de voorlopige begroting 2011 waren opgenomen), en 2. dat er in 2010 ongeveer 565 miljoen beschikbaar was voor maatschappelijke organisaties.
De staatssecretaris goochelt dus met cijfers. Maar veel belangrijker dan dat is de vraag wat die feitelijke teruggang voor het Nederlandse ontwikkelingssamenwerking(OS)-beleid betekent. In de driehoek ‘markt -staat – civil society’ verschuift onmiskenbaar de balans. Terwijl staat (vooral multilateraal) groeit (+6%) en de markt een grotere rol krijgt toebedeeld (+2%), levert civil society in (-4%). In begrotingen waar de marges voor verandering meestal smal zijn, zijn deze wijzigingen veelzeggend. Wat zegt dat over de analyse van OS waar de staatssecretaris mee werkt? En deugt die?
De bezuinigingen op het maatschappelijk middenveld kunnen ook vanuit een positief perspectief worden bekeken. Dit betoogt Marloes Tap die onlang haar master ontwikkelingsstudies haalde met een onderzoek over direct funding van zuidelijke ngo’s in Tanzania. De bezuinigingen kunnen dienen als een stimulans en drijfveer voor broodnodige veranderingen binnen de wereld van de ngo’s. Het lijken alleen nog de noordelijke ngo’s zelf te zijn die moeite met deze veranderingen hebben.
Juist het bezuinigingsvoorstel op het terrein van HIV/AIDS is een van de weinige goede voorstellen uit de Kamerbrief van staatssecretaris Ben Knapen. Dat vindt de Nijmeegse wetenschapper Lau Schulpen. Je kunt je terecht afvragen wat Nederland op het gebied van HIV/AIDS internationaal nog toevoegt. ‘Van Kamerleden zou je mogen verwachten dat ze hun voorstellen baseren op de realiteit en niet op degene die het hardst toetert.’
Het adoptie-zusje van ons buurjongetje is vervroegd over komen vliegen, uit Haïti. Vanwege de aardbeving. Zo komt de ramp wel heel dichtbij. De hele buurt leeft een beetje extra mee. Dus natuurlijk geven we ook wat geld, voor het tehuis waar het zusje vandaan komt. Voor Haïti. Maar ik verbaas me ook. Want waarom helpen we Haïti nu pas echt?