Closing Time | Yasmine Hamdan
Yasmine Hamdan is een Irakees-Libanese zangeres die in Parijs woont. Get it right dateert uit 2009, toen de situatie in het Midden-Oosten wat stabieler was dan nu (tip van Jona, die het vooral om de clip gaat).
Van het Libanese stadje Anjar naar het volgende stadje, Zahle, zal alles bij elkaar zo’n tien kilometer zijn. Wie de weg afrijdt, ziet overal de tentenkampen waar Syrische vluchtelingen worden opgevangen. Dat is sowieso geen vrolijke aanblik, maar het treft je zeker als je ziet dat een van die kampen grenst aan een vuilnisbelt. Het officiële vluchtelingenaantal bedraagt 1,8 miljoen. (Ter vergelijking: er wonen in Libanon vier miljoen Libanezen en officieel 400.000 Palestijnse vluchtelingen.) De autoriteiten doen wat ze kunnen. Er zijn allerlei hulporganisaties actief, maar de problemen zijn groter dan menselijkerwijs valt te overzien. Over oplossen heb ik het dan nog niet. Ik weet dat Saoedi-Arabië eens tenten stuurde, die vervolgens slecht bestand bleken tegen de slagregens die hier in de winter kunnen vallen. Er wordt onderwijs gegeven aan de kinderen en er was een donatie van schoolboeken, maar de leerkrachten hadden er weinig aan omdat een deel van de kinderen ongeletterd was. U leest er hier meer over, een artikel dat ik u echt wil aanraden.
Yasmine Hamdan is een Irakees-Libanese zangeres die in Parijs woont. Get it right dateert uit 2009, toen de situatie in het Midden-Oosten wat stabieler was dan nu (tip van Jona, die het vooral om de clip gaat).
Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.
In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.
ACHTERGROND - Ik werd verliefd op Beiroet toen de taxi het strand bereikte. We waren opgehaald op de luchthaven (aanslag op de Amerikaanse mariniers, 1983, 241 doden), we waren langs de vluchtelingenkampen Sabra en Shatila gereden (bloedbad onder vluchtelingen, 1982, honderden doden), we waren het stadion gepasseerd (munitieopslag) en we zouden zo meteen rijden langs de jachthaven (evacuatie westerse bewoners, 1975). De taxi naderde de kust, minderde vaart en nam de bocht. En toen gebeurde het. Onverwacht rolde het panorama voor me uit: een moderne stad, vol hoogbouw, bij een zee van azuur. ‘Wauw,’ zuchtte ik, en van die ongecontroleerde kreet schrok ik zelf nog het meest.
U kent het cliché: Beiroet is het Parijs van het Midden-Oosten. Het was de glamour-stad van de jaren vijftig en zestig. Fotoreportages in Life met Gina Lollobrigida. Rijke zakenlieden, internationale deals. Het was het thuis van de jet set, toen een jet nog een straalvliegtuig was en vliegen een privilege. Het was de plaats waar Kim Philby overliep naar de Sovjet-Unie. Het was waar de Arabische wereld zich openstelde voor de westerse cultuur. Het zinderde.
De burgeroorlogen duurden van 1975 tot 1990 maar er is zeker niet altijd gevochten. Verschillende keren leek het rustig te worden en dan pakten de Beiroeti’s hun levens weer op, restaureerden ze hun huizen en probeerden ze weer de mondaine stad van weleer te zijn. Hoogopgeleid als de Libanezen zijn, kwam het herstel in de jaren negentig snel. ‘I expected Armageddon,’ schrijft William Dalrymple over zijn bezoek in 1996, ‘but I found Armani’.
ACHTERGROND - Eind dit jaar krijg ik gasten uit Libanon. Ze nemen nogal wat politiek met zich mee. Bergachtig als dat land is, is het in de loop der eeuwen een schuilplaats geweest voor vrijwel elke vervolgde religieuze minderheid, zodat Libanon tegenwoordig onderdak biedt aan sjiieten, Armeniërs, druzen, maronieten en bahai, en dan mis ik nog achtentwintig erkende religieuze groepen.
Deze confessies zijn belangrijk in de Libanese politiek. De president is bijvoorbeeld altijd een christen, de parlementsvoorzitter een sjiiet en de minister-president een soenniet. Omdat religie zo essentieel is, wordt ze veel openlijker beleden dan in Nederland. Dat leidt tot voor ons vrij absurde rivaliteiten. Naarmate de sjiieten het lijden van imam Hoessein nadrukkelijker herdachten, gingen de christenen grotere diners organiseren als er een kind wordt gedoopt. Zo is Libanon in al zijn gevarieerdheid het Midden-Oosten in het klein.
De vorige keer dat ik mijn Libanese vrienden, maronitische christenen, sprak, onthielden ze zich van commentaar op de politiek, maar de laatste maanden zijn moeilijk geweest. Libanon (vier miljoen inwoners) moest ineens onderdak bieden aan 900.000 overwegend soennitische Syriërs, van wie niet aannemelijk is dat ze ooit terugkeren naar het land van de Alawitische president Assad. Ik vermoed dat mijn vrienden dit keer minder terughoudend zullen zijn in hun commentaar.
In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.
De wet kreeg urgentie nadat verscheidene vrouwen overleden na mishandeling door hun echtgenoten.
Mensen- en vrouwenrechtenorganisaties bekritiseren echter de godsdienstige formuleringen en bepalingen in de wet, zoals het recht op geslachtsverkeer, dat gezien kan worden als een legalisering van verkrachting binnen het huwelijk. Dergelijke stipulaties zouden toegevoegd zijn om tegemoet te komen aan de wensen van geestelijken.
New York-based Human Rights Watch described the bill as “historic,” but pointed to gaps which did not ensure full protection for women.
For its part, leading Lebanese women’s rights organisation Kafa was critical of the law in its current form.
It fails to specifically enshrine protection for women, said Kafa, adding that the law used religious terminology in place of rights-based terms.
COLUMN - Althans één aanhanger van de Hezbollah heeft gevoel voor humor. De man die bij de ingang van de Romeinse tempel te Baalbek T-shirts met het logo van de beweging verkoopt, begroet elke toerist met een hartelijk ‘sjaloom’ en bulderlacht om de verbijsterde reacties. De Hebreeuwse begroeting is ook verbijsterend, want de Hezbollah is compromisloos anti-Israël.
De organisatie heeft haar wortels in de jaren ’70. Libanon werd toen geregeerd door christenen en soennieten, die de overheidsuitgaven systematisch naar eigen projecten doorsluisden. De achterstelling van de sjiieten werd nog gênanter toen de PLO zich in 1970 vestigde in Beiroet. De PLO schoot raketten af op Israël, dat terugschoot en dan vooral het sjiitische zuiden van Libanon trof.
Een van de plaatselijke leiders was Musa al-Sadr, die de sjiieten ervan overtuigde dat ze niet moesten zwelgen in zelfmedelijden. De door hem gestichte Beweging der Ontrechten bouwde scholen en ziekenhuizen en won zelfs aan kracht toen de stichter in 1978 tijdens een bezoek aan Libië verdween. De directe erfgenaam is de Amal-beweging.
Een deel van de sjiieten radicaliseerde echter. Dit had geen betekenis hoeven hebben als Israël niet in 1982 zou hebben besloten de PLO uit Libanon te verdrijven. Arafat vertrok inderdaad naar Tunis, maar de PLO-posities werden overgenomen door de radicale sjiieten, die zich inmiddels Hezbollah waren gaan noemen, ‘partij van God’, en werden getraind door de Iraanse Revolutionaire Garde. De Hezbollah werd berucht door de ontvoeringen, waarvoor de verantwoordelijkheid werd opgeëist door mantelorganisaties als de Islamitische Jihad.
ACHTERGROND - Jona Lendering tekent een persoonlijk verhaal op over de burgeroorlog in Libanon.
Gisteren was het achtendertig jaar geleden dat het eerste bloed vloeide in de Libanese burgeroorlogen: Pierre Gemayel, de sterk anti-Syrische leider van de christelijke falange-partij, werd bij het verlaten van een kerk door onbekende schutters onder vuur genomen. Hijzelf overleefde de aanslag, maar er waren twee doden gevallen en tijdens de daarop volgende ronde van wraak en weerwraak verloren nog eens zesentwintig mensen het leven.
Het begin van de burgeroorlogen wordt natuurlijk herdacht. Vrijdag was er op de Place des Martyrs in Beiroet eendemonstratie. Vertegenwoordigers van de diverse groeperingen – er zijn in dit land drieëndertig erkende confessies – deelden witte rozen uit en eisten dat er meer duidelijkheid zou komen over de verdwijningen uit die tijd. Er zijn nog altijd duizenden mensen vermist, waarvan wordt aangenomen dat ze zijn gedeporteerd naar Syrië.
Ik sprak een mevrouw die aan het begin van de jaren tachtig woonde in een dorpje langs de grote weg van Beiroet naar Damascus. In 1982 betrokken Israëlische troepen het gebied ten zuiden van haar huis, terwijl de Syriërs hun stellingen hadden in het noorden. De mevrouw had op dat moment een peuter tot haar zorg en was zwanger van haar tweede kind, maar kon toch de humor van de situatie inzien: de Israëli’s waren zó goed georganiseerd dat ze elke dag de beschietingen stipt om zes uur begonnen en er ’s avonds om precies zes uur mee ophielden.
Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.
De enorme stroom Syrische vluchtelingen in Libanon zorgt voor een nieuwe, zorgwekkende markt: die van levende orgaandonoren. Vocativ heeft een korte reportage over een aantal Syriërs die hun nieren verkochten om aan geld te komen.
OPINIE - Libanon wordt overspoeld door vluchtelingen uit Syrië. Maar in het Westen hoor je er niks weinig over.
De regen valt zo hard, dat de riolen het niet meer aankunnen.
Ik heb hier in Libanon geen toegang tot internet, en vertel misschien iets dat u allang hebt vernomen op het Nederlandse nieuws. Ik vermoed echter van niet, want in december zijn de media vooral bezig met jaaroverzichten en wat dies meer zij. Het mediacircus draait in de laatste weken van het jaar een versnelling lager.
Langs de weg van Baalbek naar Zahlé zagen we een groot tentenkamp. Het was geen al te moeilijke gok dat het was ingericht om Syrische vluchtelingen te herbergen, en inderdaad: de mensen bleken afkomstig uit Damascus naar Libanon gekomen. Maar we vernamen ook dat het geen Syriërs waren: het waren Palestijnen, die tot enkele dagen geleden leefden in een vluchtelingenkamp in Syrië.
Zoals we het nieuws de eerste keer hoorden, zijn ze gedurende drie dagen de grens over gekomen: op de eerste en tweede dag 2000 mensen, de dag erna 2800. Waarom ze op drift waren geraakt, werd ons niet verteld.
De tweede keer hoorden we dat bij Damascus een vluchtelingenkamp was overgenomen door de Syrische oppositie en dat president Assad had gezegd dat hij niet kon instaan voor de veiligheid van wie niet binnen zes uur zou zijn vertrokken. Hij zou, zo werd ons verteld, het kamp inmiddels hebben laten bombarderen. De bewoners zijn dus naar Libanon gekomen, deels lopend. De Saoediërs hebben het tentenkamp voor hen ingericht.
DOCUMENTAIRE - In onze rubriek Op weg naar duurzaamheid verkennen we oplossingen voor milieuvraagstukken naar aanleiding van de documentaireserie Earthrise van Al Jazeera. Deze week: walvishaaien die levend meer waard zijn dan dood, hennep als bouwmateriaal en een theatermaker die iets wil doen aan de Libanese afvalberg.
De walvishaai is een van de grootste vissen in de oceaan, die zich vooral voedt met plankton. Vanwege zijn vlees wordt hij bejaagd. In de hoogtijdagen in de jaren negentig bracht een kilo gedroogd vinvlees wel 800 dollar op. Omdat het aantal walvishaaien door de jacht sterk terugliep is namen de Filippijnen onder druk van milieuorganisaties in 1998 uiteindelijk een wet aan die de jacht op walvishaaien verbood.
Langzamerhand ontstaat er een nieuw besef: de walvishaai brengt levend meer op dan dood. Samen met het Wereldnatuurfonds en het VN-ontwikkelingsprogramma (UNDP) zette de lokale overheid een programma op waarin ecotoerisme en natuurbescherming hand in hand gaan. Daardoor heeft de lokale bevolking een duurzaam inkomen en wordt de walvishaai beschermd. Inmiddels is Donsol uitgegroeid tot een populaire bestemming voor walvishaai toerisme.
[kliktv nr=1]Duurzaam bouwen met hennep
Hennep staat van oudsher niet alleen bekend als genotsmiddel, maar ook als nijverheidsgewas. Al in de Middeleeuwen maakte men er touw, kleding en windkeringen van. Een recente toepassing is het gebruik als duurzaam bouwmateriaal.
Dat kan! Sargasso is een collectief van bloggers en we verwelkomen graag nieuw blogtalent. We plaatsen ook regelmatig gastbijdragen. Lees hier meer over bloggen voor Sargasso of over het inzenden van een gastbijdrage.
Dat kan! Sargasso is een collectief van bloggers en we verwelkomen graag nieuw blogtalent. We plaatsen ook regelmatig gastbijdragen. Lees hier meer over bloggen voor Sargasso of over het inzenden van een gastbijdrage.