Recensie | Ministerraad op Vrijdag
RECENSIE - Boy Trip (1921-1990) was tussen 1973 en 1977 minister van Wetenschapsbeleid. Veel mensen zullen zich eer niet van bewust zijn, want Trip was de minst bekende minister van het kabinet-Den Uyl, in een arena van prominenten als Ruud Lubbers, Dries van Agt, Marcel van Dam en Jan Schaefer. Van deze PPR-politicus zijn nu de memoires uitgekomen.
Trip was lid van de Politieke Partij Radikalen (PPR), één van de voorlopers van GroenLinks. Daarmee was Trip één van drie bewindspersonen die GroenLinks en haar voorlopers hebben gehad. (De andere twee, Van Doorn en Van Hulten, waren ook PPR-politici en zaten in dezelfde kabinetsploeg als Trip.) Trips persoonlijke herinneringen aan de tijd in het kabinet zijn nu gebundeld en samen met interviews met andere, nog levende, ministers gebundeld in Ministerraad op Vrijdag.
Trip lijkt vanuit politiek perspectief een opmerkelijk keuze als minister. Hij had zich niet langzaam naar de politieke top gevochten door de rangen van de partij. Hij had carrière gemaakt als bestuurder bij een geurproducent en was daarna voorzitter van het College van Bestuur van de Rijksuniversiteit Utrecht. Na de universiteitsbezettingen van de jaren zestig komt hij in contact met de politiek. Een post in het schaduwkabinet-Den Uyl had hij nog geweigerd, omdat hij zich politiek niet te zeer wilde uitspreken. De toenmalige leider van de PPR, Bas de Gaay Fortman, toonde begrip en zei: ‘Als het menens wordt, kom ik wel terug.’ Welke lessen zou Trip hebben voor anderen die net als hij van buiten de politiek bewindspersoon worden?