Op Sargasso bieden we regelmatig plaats aan gastbijdragen. Hier een bijdrage van Tim Gielissen, overgenomen van Political Mashup.
Heden
De Partij voor de Vrijheid (PVV) krijgt veel media-aandacht. Er worden door leden van de partij nogal eens uitspraken gedaan die door veel mensen als provocerend ervaren worden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de uitspraken rondom boerka’s en hoofddoeken, met als toppunt misschien wel de ‘kopvoddentaks’.
Een Almeerse moslima heeft aangifte gedaan tegen de PVV, zij zegt dat een hoofddoekjesverbod haar identiteit zou aantasten.
Nu de verkiezingen naderen kunnen we enkel fantaseren over de voorstellen waarmee de partij van Geert Wilders nog meer zal komen. Zal hij met nog meer voorstellen komen om immigranten een meer Nederlandse identiteit te geven? Straks stelt hij nog voor om de moeilijk uitspreekbare namen van immigranten te veranderen zodat ze door Nederlanders beter uitgesproken kunnen worden.
Als hij dit doet… is hij niet de eerste.
Verleden
Tijdens werkzaamheden voor het PoliticalMashup project kwam er een motie naar boven die opviel. Op 18 juli 1951 werd door Johan Scheps (PvdA), Jan Fokkema (ARP), Agnes Nolte (KVP), Henk Beernink (CHU) en Siep Posthumus (PvdA) de volgende motie van orde ingediend tijdens een vergadering van de Tweede Kamer: