Winkelwagentje
COLUMN - Vorige week was ik het abrupt zat: ik wil geen kip of vlees meer kopen. De afschuw van de vleeshandel overviel me plotseling. Die werd niet eens veroorzaakt doordat we voor de zoveelste keer middenin een voedselschandaal zaten – ook al schrok ik enorm dat er miljoenen kippen ‘geruimd’ moeten worden, zoals vergassen tegenwoordig eufemistisch heet, omdat een roofhandelaar het efficiënt achtte om flink met gif in kippenstallen rond te spuiten.
Evenmin was het omdat het toezicht van de Nederlandse overheid op de veehouderij kennelijk zo armzalig is dat een veeboer met een beroepsverbod in Duitsland hier stal na stal kan openen, ook al zijn z’n dierenonderkomens evident ondermaats en onveilig, en leidde zijn laatste misstap tot het levend verbranden van maar liefst 20.000 varkens – en dat de overheid zelfs dán nog niet ingrijpt.
Wat me zo faliekant deed omslaan, was een eenvoudig spotje van Wakker Dier.
Je ziet een varkentje dat krabbelt in een winkelwagen en vergeefs probeert om uit het karretje te klimmen. Zo’n winkelwagentje, meldde de stem die bij de spot hoorde ons, komt vrij nauwkeurig overeen met de leefruimte van varkens die wij voor de slacht grootbrengen.