Geen zin in een leuk stukje

Ja, ik schrijf altijd van die leuke stukjes over interessant nieuw of minder nieuw neerlandistisch onderzoek, of met observaties over taal, of met milde grapjes over de managementcultuur. Maar nu heb ik geen zin. Sinds vrijdag ben ik heel bezorgd en heel boos. De idiote aanbevelingen uit het vreselijke rapport van de commissie Van Rijn lijken nu te worden overgenomen door de minister van wetenschappen, drs. I. van Engelshoven. In een tijd van ongekende welvaart, in een tijd van allerlei oververhitte maatschappelijke discussies waarvan we de aard en structuur nauwelijks begrijpen, in een tijd waarin Nederlandse wetenschappers wereldwijd geprezen worden om de doelmatige manier waarop ze met hun middelen omgaan, in een tijd dat menige collega zich volkomen over de kop werkt, besluit drs. I. van Engelshoven dat het wel genoeg is met die hele wetenschap.

Door: Foto: © Bron www.commissievanrijn.nl Aanbieding rapport wissels om. Minister I. van Engelshoven (links), voorzitter drs. M Van Rijn (rechts). copyright ok. Gecheckt 08-09-2022
Foto: IISG (cc)

Een andere kijk op het hoger onderwijs

OPINIE - Ook studentenbonden hebben hun achterban vandaag opgeroepen voor een landelijke staking en demonstratie in Den Haag. Maar zijn de problemen in het hoger onderwijs eigenlijk wel vergelijkbaar met die in de rest van de Nederlandse onderwijssector? Hein Vrolijk vindt dat meer geld voor het hoger onderwijs niet de beste oplossing is.

Natuurlijk weten ook de universiteiten en hogescholen wel raad met het extra geld dat de regering ongetwijfeld zal vrijmaken, de snelste manier  – vooral met het oog op de naderende verkiezingen – om de ontevredenheid in het onderwijsveld enigszins weg te nemen. Maar meer geld is niet beste oplossing. Alleen al omdat zij helemaal geen financiële problemen kennen, mede dankzij de instroom van buitenlandse studenten (zoals hier valt te lezen). Die enorme instroom heeft wel gezorgd tot een toenemende werkdruk maar om minimaal twee redenen leidt meer geld niet tot minder werkdruk.

Meer geld werkt averechts

Om te beginnen heeft niemand de universiteiten gedwongen om meer studenten uit het buitenland te accepteren. Integendeel, zij hebben zelf driftig geïnvesteerd in deze nieuwe inkomstenbron – waardoor hun overhead-kosten behoorlijk zijn gestegen. Wel moet worden gezegd dat zij vanuit de politiek zijn opgezadeld met allerlei perverse prikkels die schaalvergroting zo aantrekkelijk maken.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Lucas Berrini (cc)

Hoe we van de universiteit weer een intellectuele werkplaats kunnen maken

OPINIE - Na zoveel jaar moet er op 14 december eindelijk weer eens een grote demonstratie komen tegen het regeringsbeleid voor het hoger onderwijs. Studenten, docenten en bestuurders lijken een hechte coalitie te vormen. Hun maat is vol, want zowel docenten als studenten zouden onder toenemende werkdruk lijden. Het moet allemaal radicaal anders volgens gastredacteur Hein Vrolijk.

In september waren er al wat ludieke acties om het academische protest in de media te krijgen. De eensgezindheid werd toen verstoord door Willem Schinkel, hoogleraar sociologische theorie in Rotterdam. “Waarom ik niet actievoer voor de universiteit” schreef hij in een brief, die op de website van De Groene Amsterdammer verscheen. Zijn belangrijkste boodschap: meer geld vragen aan Den Haag betekent meer van hetzelfde terwijl we juist een andere universiteit moeten nastreven.

Prompt kreeg hij uiterst kritische reacties. Hoogleraren Ido de Haan en Ingrid Robeyns vonden dat Schinkel de actievoerders “een dolk in de rug steekt door ze als een ‘onfris’ en reactionair gezelschap weg te zetten”. Hun standpunt: voordat we praten over hoe het beter kan, moet er eerst geld bij. De universiteit is immers “een publieke instelling, waarin taken worden verricht die op grond van democratische besluitvorming van essentieel belang worden geacht. Als goede wetenschap een publiek belang is, moet daar ook toereikende publieke financiering voor zijn.” Drie keer hameren op ‘publiek’ maakt echter niet duidelijker wat zij daaronder verstaan. Wat wij doen is belangrijk en daarom moet Den Haag meer geld voor ons vrijmaken, daar komt het eigenlijk op neer.

Foto: SFEPbancourt (cc)

Studentenhuisvesting kan leiden tot een explosieve groei van de totale uitgaven voor huurtoeslag

ANALYSE - Gisteren publiceerden we een gastbijdrage van S. de Beter over de gevolgen van de financiering van het hoger onderwijs voor de toch al nijpende schaarste op de woningmarkt. In een tweede gastbijdrage gaat hij in op enkele andere knelpunten die samenhangen met de problemen bij de huisvesting van studenten. En hij komt met mogelijke oplossingen.

‘Hoe meer, hoe beter’, dat is het verdienmodel van Nederlandse universiteiten en hogescholen. Dit hebben ze niet zelf gekozen maar was een keuze van de overheid, dus van een parlementaire meerderheid destijds. De Rijksoverheid beloont de onderwijsinstelling voor iedere student die zij naar de eindstreep brengt. Dat is een prikkel om te groeien want de marginale opbrengst is een stuk hoger dan de marginale kosten, dus de kosten die een extra student met zich meebrengt. In het hoger onderwijs zijn deze vrij laag als je eenmaal een onderwijscapaciteit beschikbaar hebt.

Vanuit dit groeimodel bezien is het logisch dat universiteiten en hogescholen zich in toenemende mate op buitenlandse studenten hebben gericht toen duidelijk werd dat de instroom van Nederlandse studenten eerder af dan toe zou nemen. En dat in de prognoses deze ontwikkeling wordt aangedikt, om te rechtvaardigen dat de werving van buitenlandse studenten nog meer prioriteit verdient. Zo lezen we in het recente jaarverslag van de Rijksuniversiteit Groningen dat internationale groei nodig is om de krimp van het aantal Nederlandse studenten op te kunnen vangen. Zij had in 2017 5692 internationale en 24010 Nederlandse ingeschreven studenten. De prognose in het jaarverslag is voor 2022 dat het aantal Nederlandse studenten zal dalen naar 22173 en dat het aantal internationale studenten zal stijgen naar 7525. Als u deze aantallen vergelijkt, zal duidelijk worden dat de geprognosticeerde groei van het aantal buitenlandse studenten exact gelijk is aan de te verwachten daling van het aantal Nederlandse studenten. “De wens is de vader van de gedachte” luidt het spreekwoord, wat blijkbaar ook voor veel prognoses geldt.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.