KSTn | Topsectorenaanpak

De plannen van de 10 topsectorenteams zijn binnen. We kunnen aan de slag! Met lezen dan. Want het zijn nogal wat pakken papier. Zoals Maxime Verhagen enige maanden geleden aankondigde wil deze regering met 10 sectoren extra hard aan de slag om de Nederlandse economie de komende decennia nieuw elan te geven. En ik moet zeggen, een eerste snelle lezing maakt enthousiast. Er staan bruikbare voorstellen in die goed kunnen helpen bepaalde ontwikkelingen sneller te laten verlopen. Het is wel sterk gericht op het bedrijfsleven zelf natuurlijk, maar daar werd dan ook om gevraagd. Opvallend (ook weer bij snelle lezing) is dat het voorstel voor de creatieve sector het minst creatief overkomt. Misschien moeten die nog een beetje wennen aan het feit dat ze geïnstitutionaliseerd worden. Ik zou zeggen, neus vooral zelf eens door de plannen en gooi de opmerkelijke zaken in de reacties. Zelf ga ik na de break een kleine kanttekening plaatsen bij de plannen voor de biobased economy (topsector chemie) en die voor topsector energie.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Bezuiniging op kinderopvang blijft zonder grote gevolgen

Deze bijdrage van Egbert Jongen is overgenomen van Me Judice.

De Tweede Kamer debatteert donderdag over het kabinetsplan om flink te bezuinigen op de kinderopvangtoeslag. De door critici voorspelde negatieve effecten van de bezuiniging worden zwaar overdreven, stelt Egbert Jongen, onderzoeker bij het Centraal Planbureau op het terrein van arbeidsmarkt en kindregelingen. De beslissing wel of niet te werken en hoeveel uur te werken wordt maar beperkt beinvloed door de subsidie voor kinderopvang. Personeel van kinderopvang heeft weinig te vrezen: de groei van de formele kinderopvang staat voor een belangrijk deel los van de hoogte van de subsidie. En of kinderen beter of slechter af zijn in de formele kinderopvang is niet goed te zeggen.

Kritiek op bezuinigingsplannen
Minister Kamp heeft onlangs de kabinetsplannen bekend gemaakt voor de kindregelingen. Daarbij is een aanzienlijke bezuiniging op de kinderopvangtoeslag voorzien. Dit heeft de nodige aandacht gekregen in de media en ook op dit forum (Sent en Schippers, 2011). De plannen zijn niet overal enthousiast ontvangen. Aanstaande donderdag debatteert de Tweede Kamer over de plannen. Een goed moment voor een kort overzicht van wat we van de plannen kunnen verwachten. Wat betekenen de plannen voor de arbeidsparticipatie van jonge ouders? Moeten medewerkers in de formele kinderopvang vrezen voor hun baan? Worden de kinderen de dupe? En, tot slot, wat betekenen de plannen voor de administratieve lastendruk?

Géén massale uittocht jonge ouders
Het effect van kinderopvangsubsidies op de arbeidsparticipatie van jonge ouders is beperkt. Ondanks de forse verlaging van de ouderbijdrage in de jaren 2005-2007 is de arbeidsparticipatie van vrouwen in de leeftijd van 20 tot 50 jaar met een kind tot 12 jaar niet uitzonderlijk gegroeid ten opzichte van vrouwen 20 tot 50 jaar zonder een kind tot 12 jaar (Jongen, 2010). Dit geldt zowel voor de participatie in personen als het aantal uren per werkende. Soortgelijke studies in het buitenland vinden doorgaans ook kleine participatie-effecten van wijzigingen in de subsidie voor kinderopvang. Verder blijken in enquêtes de kosten van kinderopvang maar een beperkte rol te spelen bij de participatiebeslissing van jonge ouders (Portegijs e.a., 2006). Ten slotte geeft een simulatieanalyse van het Centraal Planbureau eveneens aan dat er slechts kleine participatie-effecten zijn. (noot 1)

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Weekendquote | Rabobank hypotheekidee

Rabobank: mensen moeten leningen gaan afbetalen. #Rutte: “onzin!” Griekenland: betaalt leningen misschien niet terug. Rutte: “schande!” @kajleers

Rabobank is een bank met ideeën. Gisteren lanceerde de bank het idee om terug te keren naar de oerhypotheek: een geleend bedrag dat de consument volledig terugbetaalt. Dit betekent het einde van de aflossingsvrije hypotheek. Daartegenover moet de overheid wel de overdrachtsbelasting afschaffen om het voor starters makkelijker te maken de woningmarkt te betreden. De internationaal vrijwel unieke (en kostbare) hypotheekrenteaftrek blijft wel bestaan in het hypotheekidee van ‘de wereldspeler die zichzelf blijft’.

De verontwaardiging over het Rabobank hypotheekidee was gisteravond oorverdovend. Zelfs de minister-president voelde zich geroepen het idee gelijk af te fakkelen. Rutte houdt de Grieken strak als het gaat om terugbetalen van staatssteun maar blijft zelf liever op de pof leven met een aflossingsvrije hypotheek. Ook Vereniging Eigen Huis meldde angstvallig dat de Rabobank zulke ideeën nu niet mocht lanceren omdat het ‘alleen maar onrust op woningmarkt’ creëert. Alsof de mondiale kredietcrisis gevolgd door een Westerse begrotingscrisis dat nog niet genoeg heeft gedaan?

Rabobank is naast de duurzame kleinere banken Triodos en ASN de enige grote Nederlandse bank die geen overheidssteun heeft ontvangen (discussiepuntje). Misschien doen ze dus wel iets goed en zou de politiek daar eens naar moeten luisteren? De kredietcrisis kon ontstaan door cumulatie van onbegrijpelijke hypotheek- en andere leenconstructies die vervolgens wereldwijd werden verhandeld. Geld was nog nooit zo gratis en er is daardoor veel meer geld in omloop dan dat er werkelijke waarde tegenover staat. Een aflossingsvrije hypotheek is in feite ook gratis geld. Maar het is alleen gratis als de prijs van het huis zoveel stijgt dat bij verkoop de niet afgeloste schuld ermee betaald kan worden. Dat is anticiperen op een eeuwige economische groei en inmiddels is dat onrealistisch gebleken. Teruggaan naar een transparanter en eenvoudiger systeem is dus juist toe te juichen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De transitiefanfare

Als Energietransitie het antwoord is, wat was dan de vraag? Die vraag wordt te weinig gesteld, en misschien nog wel minder beantwoord. We waren het immers toch roerend met elkaar eens dat de energiehuishouding moet veranderen? Omdat olie en gas opraken en zo, en omdat er een piek zit in de olieproductie, en trouwens ook omdat allerlei naargeestige landen onbetrouwbare handelspartners zijn, o ja, en ook omdat het klimaat verandert door uitstoot van CO2. En trouwens, energietransitie kan onze economie er weer bovenop helpen, en biedt kansen voor ons bedrijfsleven. En kolencentrales kunnen toch écht niet meer. En het is zo goed om zelfvoorzienend te zijn, en lollig op zelf zonnepanelen op het dak te hebben. En om de macht van de grote energiemaatschappijen te breken.

Dus …

foto: Bert Haanstra’s Fanfare: uit een ogenschijnlijke kakofonie kan iets harmonieus tevoorschijn komen, maar dat vergt wel een goede regie.

Ja, dus?

Er zijn veel motieven voor energietransitie in omloop. Onder de vlag van ‘een mandje met eindbeelden’ (een metafoor uit de begindagen van de energietransitie) zouden die verschillende motieven eindweegs samen kunnen optrekken. Maar als er écht moet worden doorgepakt, is dat idee niet langer houdbaar. Dan leiden verschillende motieven tot uiteenlopende pakketten maatregelen, met eveneens uiteenlopende mogelijke energiehuishoudingen als gevolg. Niet zo gek, de aloude wet van prof. Jan Tinbergen luidde al zo: iedere afzonderlijke doelstelling heeft een afzonderlijk instrument nodig. Waarom zou dat voor de veelheid van doelstellingen in de energie- en klimaatdiscussie anders zijn?
Het is de hoogste tijd dat eenieder die zich voorstander van een energietransitie vindt man en paard gaat noemen. Waar is het eigenlijk om begonnen?

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Opleiding is niet scholing voor werk

I profoundly disagree with this:

There’s a lot of higher education that won’t get you a job – arts, philosophy, and do so forth. Unless an institution is engaged in fraud, there’s little reason to pick specifically on for-profit institutions. We should really be asking tough questions about higher education finances in general. Maybe we should have rules barring financial aid for degrees that have horrible job prospects (see here). My goal isn’t to discourage able and committed people from college. Instead, I would like to see some sort of cost-benefit analysis added to the way that we charge people for education.

Education is not job training. If one agrees with the idea that it is, then, we only need vocational programs and the heck with general education. Let’s have students who leave college with technical skills in various fields, but no education.

There is value in programs with “horrible job prospects”. There is value in philosophy, the arts, general science for people not considering science careers. Sure, if “value” only means values = job, then, ok, these programs have very limited value. If, on the other hand, one considers value = education for citizenry, one recognizes that programs with horrible job prospects matter.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Waaien de Spaanse protesten over?

Ik verblijf al jarenlang zo’n 3 maanden per jaar in Spanje. Al mijn Spaanse vrienden en kennissen hebben problemen door La Crisis. Men spreekt over La Crisis met hoofdletter en altijd in de tegenwoordige tijd. De crisis heeft bestaande sluimerende problemen verergerd en nieuwe problemen gebracht. De nieuwe problemen zijn bekend: ingestorte huizenprijzen en torenhoge werkloosheidscijfers die niet willen dalen. De jeugdwerkloosheid blijft hoog, in veel regio’s zo’n 50%. Maar er is meer. Ook de jongeren met werk hebben problemen. Let wel: in Spanje blijf je heel lang jongere.

Ik ken een afgestudeerde jurist die nu al 3 jaar werkt als nachtwaker op een busstation. Hij is tevreden, want hij heeft werk. Een journaliste werkt als presentatrice voor de regionale televisie. In Nederland een goedbetaalde job, op de Canarische eilanden kun je er nauwelijks van rondkomen. Zapatero heeft geprobeerd te zorgen voor meer vaste contracten. Je moet na 9 maanden iemand aannemen of ontslaan. Goed idee, fatale consequenties. De journaliste wordt nu steevast na 9 maanden ontslagen. Ieder jaar zit ze 3 maanden zonder werk. De situatie is niet slecht in Spanje. De situatie is uitzichtloos.

Jongeren voelen zich machteloos. Als ze thuis wonen, kunnen ze niet weg. Als ze een woning bezitten, kunnen ze evenmin weg. Emigratie is, net als in het Franco-tijdperk, een alternatief voor de wanhopigen. Naast senioriteit, lage lonen en corruptie is ook nepotisme nog steeds niet uitgeroeid. Met contacten heb je een kans, zonder contacten ben je kansloos. Lucratieve baantjes, bijvoorbeeld een baan als ambtenaar zijn zeer gewild. Om ambtenaar te worden –postbode, leraar, verpleger – moet je examen doen. Wie mag examen doen? Juist, niet de studenten met de hoogste cijfers, maar de student met de beste contacten. Volg het Spaanse nieuws en er gaat geen dag voorbij dat er geen corruptieschandaal aan het licht komt.

Quote du Jour | Griekse tragedie loert voor Henk en Ingrid…

“Het is onverantwoord om te zeggen: de Grieken hebben er een puinhoop van gemaakt en dus maken we geen geld meer over. Het is een levensgroot risico voor het spaargeld van Henk en Ingrid en Ahmed en Fatima.” (Mark Rutte is het niet eens met de SP en de PVV, vindt dat er Nederlandse euro’s gepompt moeten worden in de Griekse economie en legt uit wie volgens hem de dupe worden als we Griekenland aan zijn lot overlaten).

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Weekendcollege | Een actiehorizon voor de wegwerpeconomie

Dit is de achtste en laatste aflevering in de lezingenserie De Urgentie van Duurzaamheid, van Studium Generale Utrecht. De bijdrage is geschreven door Melanie Peters. Kijk hier de lezing terug.

Geen romantisch verhaal, zo typeerde prof. Jan Luiten van Zanden zijn lezing over duurzaamheid afgelopen dinsdag in de Aula van de Universiteit Utrecht. En ook het verhaal van prof. Herman Wijffels was dat niet. De successen van de industriële tijd, de bevolkingsgroei en de welvaartsgroei, zijn verworden in hun tegendeel: een wegwerpeconomie met instituties die hun houdbaarheidsdatum allang voorbij zijn. Hoe maken we de transitie naar een economie van samenhang, verbondenheid en interdependentie, in balans met wat fysiek mogelijk is? Dat is een zoekproces. In eerste instantie gaat het om bewustwording en het gevoel van urgentie: we gebruiken nu al anderhalf maal wat de aarde te bieden heeft. En dan om maatregelen die deze overshoot en overconsumptie tegengaan, en om het veranderen van de instituties uit de industriële tijd. Daartoe hebben we een nieuwe ethische grondslag nodig waarin de relatie met anderen en de natuur een plaats heeft. Beide economen zijn het erover eens dat we nieuwe concepten moeten ontwikkelen om de economie te sturen. Het BNP is een te beperkte maat om verdelingsvraagstukken en externe effecten te reguleren. Een economie dus die stuurt op people, planet en profit en het creëren van waarde centraal stelt.

Vorige Volgende