Afschrijvingen | Duurzaam vermogen

Het Centraal Planbureau (CPB) heeft becijferd dat Nederland de voorgenomen bouw van tweeduizend windmolens op land maar beter vijf jaar kan uitstellen omdat windenergie nu te weinig oplevert. Daarmee komt onze ambitie om 16 procent schone energie te gebruiken tegen 2020 in gevaar. We gaan waarschijnlijk zelfs de minder ambitieuze Europese afspraak van 14 procent niet halen. Als dit al niet lukt, hoe gaan we dan in godsnaam voor 2050 de 80-95 procent halen die volgens het IPCC nodig is om klimaatverandering niet uit de klauwen te laten lopen? In een interview met het Financieel Dagblad zegt Maarten Hajer, de directeur van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), dat we de organisatiekracht van een ‘oorlogseconomie’ nodig hebben om het tij te keren. Als dat waar is heeft het PBL in ieder geval al één oorlogskas op het oog: de aardgasbaten. Maar er is natuurlijk nog een veel grotere pot: de pensioenen. We hebben, letterlijk, het vermogen om de transitie naar duurzaamheid te realiseren.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: copyright ok. Gecheckt 13-10-2022

Doe eens normaal, joh

COLUMN - Wie bepaalt eigenlijk wat normaal is, en kan wat normaal is nog veranderen?

Onlangs was ik op een filosofisch festival en daar kocht ik een pakje met kaarten, genaamd ‘Praatprikkels’. Het pakje bevat vijftig filosofische vragen voor kinderen. Toen ik de kaarten de volgende dag bekeek met een meisje van een jaar of tien, kwam ik tot de conclusie dat de kaarten ook voor ‘grote mensen’ nog best stof tot nadenken geven.

Vandaag wil ik in deze blog dan ook een van de vragen aan u voorleggen. Het is een vraag die mij bezighoudt: wie bepaalt wat normaal is?

Een week geleden woonde ik een debatje bij over duurzaamheidsvraagstukken. Op een gegeven moment gooide iemand de stelling in de groep: vlees eten moet verboden worden. Het voelt als een absurd idee, dat supermarkten ineens geen vlees meer in de schappen zouden hebben.

Maar terwijl ik daar zo over aan het nadenken was, kwam er een herinnering in me op aan een ander debat, een half jaar geleden. Ook in dat debat kwam een stelling over vlees voor en er waren daar waarachtig mensen die vonden dat er een positief recht was om vlees te eten. Het moest niet alleen niet verboden worden, maar de prijzen moesten bovendien zodanig zijn en blijven dat ook arme mensen iedere dag vlees konden eten. Als dat niet kon, was het namelijk niet eerlijk.

Foto: copyright ok. Gecheckt 13-10-2022

‘Griezelig fundamentalisme’, of toch niet…?

COLUMN - Afgelopen week gebeurde er iets moois: ik kreeg een reactie op mijn blogserie. Dank daarvoor, Camiel van Altenborg. Niks zo fijn als input aangedragen krijgen, waar je vervolgens alleen maar op hoeft te reageren.

Laat ik beginnen met een korte samenvatting van Camiels punt. Het lijkt een tweeledig punt te zijn. Ten eerste zegt hij: doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Doe geen verkrampte, verwoede pogingen om ‘bewust’ te leven. Leef anderzijds ook niet op de pof. Hij noemt het ‘progressief calvinisme’. Zijn tweede punt: ‘Ik pleit voor een cultuuromslag, voor andere ideeën over wat wel en niet normaal is.’ Het eerste punt is gericht tegen mijn ‘griezelige fundamentalisme’. Het tweede punt is zijn alternatief daarvoor. Interessant.

Ok, een kleine analyse. Waarom zou iemand denken dat ik een griezelige fundamentalist ben? Omdat ik me kennelijk ‘in allerlei ongemakkelijke bochten’ wring, waar ik bovendien niet gelukkig van word. Ter illustratie hiervan haalt Camiel aan dat ik er (in mijn eigen woorden) ‘moeite’ voor schijn te moeten doen.

In plaats daarvan stelt Camiel voor dat we onbewust de ingesleten eetpatronen uit onze opvoeding naleven, want ‘zo hoort het nou eenmaal.’ Tegelijkertijd wil hij dus een cultuuromslag met andere ideeën over wat wel en niet normaal is.

Een zichzelf herstellende weg

Met een beetje hulp van buitenaf weliswaar. Door een kleine hoeveelheid staalwol vezels toe te voegen aan het asfalt, kan met behulp van een fors uitgevallen inductiekookplaat het asfalt hersteld worden. Resultaat: langere levensduur van de weg en flink lagere onderhoudskosten.

Foto: Astrid (cc)

EZ snoert decentrale energie de mond

NIEUWS - De nieuwe plannen van EZ voor een wetswijziging zijn een paard van Troje die werkelijke hervormingen van de energiemarkt nog jaren zullen vertragen. Daarom willen ze waarschijnlijk niet dat er over bericht wordt, schrijft Igor Kluin.

Vorige week maandag presenteerde het ministerie van Economische Zaken (EZ) de plannen rond decentrale energie aan diverse leden van eDecentraal. Het ministerie vroeg iedereen nadrukkelijk om alle informatie binnen die vier muren te houden omdat het anders hun proces zou verstoren. Dat is voor mij reden te meer om het bij deze open op internet te bespreken.

Ik zat mij continu af te vragen waarom EZ nou zo graag wil dat hun plannen niet naar buiten komen. Dit is toch de Nederlandse overheid, niet de Cubaanse? Waarom zou je als overheid zo’n merkwaardige, riskante eis stellen tijdens nota bene een inspraaksessie?

En toen, in een onbekommerd moment van de presentatie, liet EZ terloops vallen dat lokale energie geen factor is bij het behalen van de doelstelling voor 16 procent duurzame energie in 2020. Met andere woorden, de zaal was gevuld met mensen en initiatieven die verder geen impact vertegenwoordigen, volgens EZ.

Kortom, een wetgevingstraject, inspraaksessies, geheimhoudingsverzoek en druk op de ketel, allemaal voor iets dat irrelevant wordt geacht. Noem mij maar naïef, maar ik vind dat opvallend. Het wordt nog opvallender als je bedenkt dat precies op dit moment in de SER aan een groot energieakkoord wordt gewerkt dat wanneer het slaagt, allesbepalend zal zijn voor de energiehervormingen die Nederland tot 2020 zal doorvoeren. Waarom zou je dan nu snel nog even een mini-akkoordje er doorheen proberen te jassen?

Om dat antwoord te vinden wil ik het even over de inhoud van het voorstel hebben, omdat dat wellicht duidelijk maakt waarom EZ zo’n haast heeft en niet wil dat we het verder vertellen. Twee dingen zijn daarbij cruciaal en verraden mogelijk de motieven.

Verlaging energiebelasting op zelflevering

EZ stelt voor om de belasting op zelf of samen opgewekte energie iets te verlagen en zo dus gunstiger te behandelen. Daarbij wordt geheel voorbij gegaan aan de nog volop lopende discussie dat je over eigen stroom helemaal geen belasting kunt heffen. Energiebelasting wordt geheven over ‘levering’ en als één partij zowel opwekt als afneemt, dan is er geen sprake van levering. Als je zelf die beroemde tomaten kweekt en vervolgens ook weer op eet, zit er ook geen belasting tussen. Gelukkig maar.
EZ weet dat diverse partijen dit technische argument van ‘geen levering’ aanwenden. Door nu akkoord te gaan met een laag belastingtarief op zelflevering laten we dus een zeer fundamenteel principe los: wat je zelf maakt en zelf gebruikt is gewoon onbelast. Het voorstel van EZ vormt daarmee (als ‘t er door zou komen) zeer belangrijke, schadelijke jurisprudentie voor alle nieuwe energiemodellen die we nog gaan bedenken met z’n allen.  Ik begin die haast al een beetje te snappen.

Geografische begrenzing 

Een ander belangrijk fundamenteel punt dat EZ in haar voorstel introduceert is onderscheid tussen ‘decentrale energie’ en ‘lokale energie’. EZ erkent weliswaar dat al die zogenaamd ‘irrelevante’ lokale initiatieven met elkaar moeten kunnen samenwerken. En dat energie die binnen een coöperatie wordt opgewekt onder gunstige voorwaarden ook weer binnen die coöperatie moet kunnen worden gebruikt. ‘Maar het kan natuurlijk niet zo zijn dat heel Nederland energie met elkaar deelt.’ Daar zitten volgens de ambtenaren van Economische Zaken nu eenmaal grenzen aan.

Maar welke grenzen zijn dat dan? Hoe bepaal je die? EZ vertelde in een deelsessie dat misschien wel tien manieren van grensbepaling de revue gepasseerd zijn. Daarmee is meteen de armoede van de uiteindelijke keuze wel verklaard: postcodes. Dat samenwerken met energie is allemaal wel leuk, maar niet verder dan de volgende postcode. Tja, dat is vragen om ellende. In het eigen voorbeeld dat EZ toonde, was meteen al pijnlijk zichtbaar dat het dan voor kan komen dat je in sommige gevallen wel samen mag werken met iemand dertig kilometer verderop, maar dat iemand tien kilometer verderop buiten de grens valt. Postcodes zijn nu eenmaal gemaakt voor handige postroutes, niet voor energiesamenwerkingen. Het enige argument voor een postcodebegrenzing was volgens EZ het feit dat de Belastingdienst met alle andere afbakeningssystemen administratief  niet overweg kon. Wat een armoe.

De rechtsongelijkheid die hieruit volgt zal diverse rechtszaken tot gevolg hebben. Maar dat is niet het ergste. Veel erger is dat een fantastisch populair initiatief als de Windcentrale hiermee wordt gepasseerd terwijl daar is gebleken dat het een enorme aanjager kan zijn voor de verduurzaming van Nederland. Daarvoor is participatie en investering door burgers cruciaal en de Windcentrale is een bewezen kaskraker. Helaas valt die wel net buiten de volgende postcode, erg jammer.

Betrokkenheid

Het gaat niet om lokaal in geografische zin, maar om betrokkenheid. Dichtbij betekent hier dichtbij je hart en ziel. Nabijheid is dus geen postcode maar een emotionele binding. Dat is waarom energiecoöperaties zo krachtig zijn en dat is waarom ze een gigantische bijdrage kunnen leveren aan het halen van de duurzame doelstellingen voor 2020. Alle mensen die een zonnepaneel willen delen op het dak van de school verderop, of die mensen die een stukje van hun eigen windmolen hebben kunnen kopen, al die mensen zijn in één klap part of the solution geworden. Niet alleen die zelf opgewekte kilowattuurtjes tellen daarbij mee, maar vooral ook de bewustwording en commitment aan het energievraagstuk. Energie zit bij die mensen voor in hun hoofd en dat maakt dat ze zuiniger met hun energie omspringen, meer zullen besparen en zelfs een zuinigere auto kopen als het zo ver is. Echt, mensen die zelf opwekken zijn de beste bespaarders. Als je zelf iets maakt, ga je er zuiniger mee om.

Ik vind dat EZ een gigantische vergissing begaat door bottom-up energie als irrelevant te bestempelen. Dan ga je volledig voorbij aan de kracht en energie van de mens.

Maar nog veel kwalijker vind ik de overduidelijke tactiek om snel een ogenschijnlijk sympathiek wetje er doorheen te drukken. Dit vermoeden werd bevestigd toen ik uit de wandelgangen van het SER-akkoord vernam dat EZ daar duidelijk te kennen heeft gegeven dat over dit plan niet onderhandeld gaat worden.

Noem mij een doemdenker, een zeur, een fanaat. Maar als u mij niet gelooft, geloof dan Herman Wijffels. Die twitterde op 5 februari: ‘Is EZ met nieuwe en overhaaste wetgeving decentrale energie aan t frustreren en het SER traject de pas aan het afsnijden? Lijkt er wel op.’

Dit is geen sympathieke eerste stap naar een hervorming van ons energiestelsel. Het is het paard van Troje dat echte energie-hervormingen voor vele jaren zal vertragen. Ik hoop dat het bestuur van eDecentraal daarom kritischer wordt in haar lobbyrol, want de huidige gezellige samenwerking met EZ leidt tot geen enkele verbetering voor haar leden.

Via Energieplus.

Foto: Jeroen Mul (cc)

Energie in gebouwde omgeving quoteren of beprijzen

OPINIE - Het nieuwe woningmarktakkoord en recente weerstand in de Tweede Kamer tegen energielabels voor huizen zijn een goede aanleiding het energiebeleid voor de gebouwde omgeving eens stevig op de schop te nemen.

Sommigen weten het nog: toenmalig premier Den Uyl die tijdens de oliecrisis van 1973 met een zorgelijk gezicht verklaarde dat het nooit meer zou worden zoals het was en opriep de gordijnen te sluiten. Sindsdien wordt er geknobbeld op manieren om de gebouwde omgeving energiezuiniger te maken. Er is een bonte stoet aan plannen en maatregelen voorbijgetrokken, uiteenlopend van softe convenanten en akkoorden met lagere overheden via task forces en stuurgroepen, tot en met normstelling, verplichtingen en heffingen. Ze zijn afkomstig van overheden, bouw- en installatiebedrijven, milieuorganisaties, woningbouwcorporaties, Europa, of van coalities van twee of meer van deze organisaties.

De nieuwbouw is er de in de afgelopen jaren flink zuiniger op geworden, maar de bestaande bouw blijft problematisch. Voor veel huishoudens is de energierekening een forse last. Dat alleen al is een reden om effectieve beleidsmaatregelen te zoeken.

Over het zogeheten energielabel voor woningen is al een tijd een felle discussie gaande. In november vorig jaar verwierp de Tweede Kamer het wetsvoorstel “Kenbaarheid energieprestatie gebouwen” dat regelde dat huizen zonder zo’n label niet meer mochten worden verkocht. Nou ja, wie geeft een wetsvoorstel dan ook zo’n malle titel? Nu blijft ook het energielabel voorlopig een soft instrument.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Hindrik Sijens (cc)

Vertrouwen en samenwerking essentieel voor duurzame innovatie

OPINIE - In de gemeente Barneveld werd vorige week een kleinschalige biomassavergasser in gebruik genomen. Jan Paul van Soest gaf een toespraak bij de feestelijke opening.

In het dorp waar ik woon is een supermarkt. Dat is niet bijzonder. Wel bijzonder is dat de winkelwagens geen onderpandmuntje hebben. En dat ze desondanks altijd netjes worden teruggebracht. Niemand zal het in zijn hoofd halen ze zomaar ergens te laten slingeren, of zelfs mee te nemen, wat in de steden zou gebeuren als er geen onderpandmuntstukken zouden worden geheven.

De winkelwagentjes staan symbool voor vertrouwen, dat in een kleine gemeenschap nog volop aanwezig is.

U denkt dat dit niets met een innovatieve biomassavergasser te maken heeft? Mis. Voor innovatie is vertrouwen een cruciale factor. Dat zeg ik niet, dat zegt professor Bart Nooteboom, en die kan het weten. Hij was hoogleraar innovatiewetenschappen aan de universiteiten van Groningen, Rotterdam en Tilburg, en lid van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Hij is econoom van origine, dus u voelt wel: als een econoom tot de conclusie komt dat vertrouwen van onschatbare waarde is, dan is er iets bijzonders aan de hand.

Dat geldt voor veel innovaties, denk aan de samenwerking tussen Philips en Douwe Egberts, die samen de Senseo ontwikkelden. Of de koffie eruit ook lekker is laat ik maar in het midden, maar een interessant voorbeeld van een vernieuwend innovatieproces is het wel. Samenwerking als sleutelfactor geldt nog veel meer voor innovaties voor het nut van het algemeen, for the common good, oftewel voor het behoud van onze gemeenschappelijke natuurlijke hulpbronnen, ons natuurlijk kapitaal. Denk aan een stabiel holoceenklimaat, behoud van de productiviteit van ecosystemen zoals oceanen, denk aan aantrekkelijke landschappen, denk aan de ozonlaag die ons tegen UV-straling beschermt, en zo meer.

Foto: copyright ok. Gecheckt 13-10-2022

Veganistische boterhammen

COLUMN - Het is verbazingwekkend hoe snel je je een nieuwe levensstijl kunt aanmeten. Ook als het om veganistisch eten gaat. Maar je moet het wel echt willen.

De tijd vliegt voorbij. Ik denk steeds: ‘ik moet nu toch echt een keer die excursie naar een lokaal, kleinschalig, biologisch boerenbedrijf organiseren, zodat ik erover kan schrijven in mijn blog.’ Maar ik heb het moment nog niet gecreëerd.

Natuurlijk is het doel van zo’n uitstapje ook niet om mijn lezers erover te kunnen vertellen. Het doel was om de mogelijkheid open te houden om dierlijke producten te eten, als ik dat echt graag wilde, en ik de herkomst kende en daarachter kon staan. Feit is echter, dat ik me prima vermaak met dat veganistische eten.

Ik ben geen purist; ik maak steeds weer de afweging tussen de positieve milieueffecten en de hoeveelheid geluk die het eten van iets dierlijks al dan niet zal creëren. Meestal zijn die twee goed met elkaar in overeenstemming. Ik koop zelf dan ook slechts zeer sporadisch iets dat zuivel of ei bevat. Vlees koop ik nooit.

Met eten dat anderen me aanbieden ben ik wat minder strikt. Salade met wat kaas die een vriendin meeneemt? Ach, die salade heeft ze toch al, ze kent mijn motieven en bovendien eten we straks samen de veganistische hoofdmaaltijd. Dan kan ik die kaas wel over mijn hart en mijn tong verkrijgen – een zeer gelukbrengende smaaksensatie.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Vorige Volgende